Direct naar artikelinhoud
Islamitische Staat

IS hardnekkiger online dan in het veld

Het profiel van Silent Bomber op Twitter, een IS-sympathisant die in korte tijd 127 tweets de wereld instuurde. Nadat hij zijn haatboodschappen heeft gedeeld, verdwijnt zijn account even snel als ze is verschenen.Beeld RV

Ondanks de verhoogde strijd van overheden en mediabedrijven blijft IS online erg veerkrachtig. Voortdurend verschijnen en verdwijnen nieuwe profielen, snel en ongrijpbaar als virtuele zelfmoordcommando’s. ‘Het is lang geleden dat ze nog met zoveel waren.’

In Syrië en Irak boekt Islamitische Staat belangrijke verliezen. Na het Iraakse bolwerk Mosul lijkt nu ook het Syrische Raqqah binnen handbereik. De afgelopen jaren dreven overheden de strijd ook op tegen het zogeheten cyberkalifaat, maar daar lijkt de overwinning nog lang niet binnen.

IS voert haar oorlog voor een belangrijk deel via haar propaganda online en overheden hebben dat de afgelopen jaren begrepen. De Belgische federale politie kreeg bijvoorbeeld de Internet Referral Unit, een eenheid die het afgelopen jaar 174 websites offline heeft gehaald. Binnenkort krijgt die afdeling nieuwe software ter waarde van 6,8 miljoen euro. Met OSINT (Open Source Intelligence) moet ze nog gerichter kunnen­­ ­speuren.

Op sociale netwerken kan de federale politie niet patrouilleren, maar bedrijven als Facebook en Twitter beweren dat ze niet stilzitten. Zo delen ze informatie met elkaar in een hashdatabase, een gegevensbank van co­des waar­mee gegevensreeksen in kleine informatie-eenheden worden verdeeld. Als een gebruiker een foto of video plaatst die overeenkomsten vertoont met beeldmateriaal in de databank, dan treden de socialenetwerksites in actie.

'IS zet meer en meer expliciet druk op haar sympathisanten om op Twitter te gaan'
Pieter Van Ostaeyen, jihadexpert

Facebook stelt dat het ook artificiële intelligentie gebruikt om terroristische inhouden sneller te ontmaskeren. Twitter zegt dat het in de eerste zes maanden van dit jaar 299.649 profielen heeft geschrapt. In 75 procent van de gevallen gebeurde dat voor ze nog maar een tweet konden sturen.

En toch. Toch blijven er maar IS-profielen opduiken op Twitter. “Elke dag verdwijnen er, en elke dag komen er ook weer bij”, zegt jihadexpert Pieter Van Ostaeyen. “Tegenwoordig zijn het er meer dan ik ooit gezien heb. IS zet steeds explicieter druk op haar sympathisanten om op Twitter te gaan.”

De afgelopen twee jaar zocht IS nochtans steeds meer haar toevlucht tot Telegram. Die berichtendienst werkt eerder als een verzameling van chatkanalen. IS-sympathisanten kunnen er communiceren zonder dat hun account geschrapt wordt en kunnen berichten versleuteld versturen.

“De verhuizing van IS naar Telegram was een soort tactisch terugtrekken”, zegt Raphael Gluck van onderzoekerscollectief Bellingcat. “Maar hoe versleuteld en interessant het ook voor hen is, Telegram is geen breed gebruikt sociaal medium zoals Facebook en Twitter dat zijn. Ze kunnen er geen nieuwe zieltjes winnen.”

Mediajihad

De terreurbeweging gebruikt Telegram daarom als uitvalsbasis om te communiceren met haar ingewijden, die op gepaste tijdstippen de opdracht krijgen Twitter-accounts aan te maken en de juiste boodschap te verspreiden. Gluck kan zo verschillende berichten tonen op Twitter die exact dezelfde tekst, emoticons en video’s bevatten, maar van verschillende profielen komen. Profielen die 24 uur later niet meer bestaan.  

'Door ’s avonds, op feestdagen en in weekends berichten te plaatsen, proberen ze Twitter te slim af te zijn'
Raphael Gluch, Bellingcat

“IS probeert Twitter ook te slim af te zijn door in weekends en op feestdagen berichten te plaatsen, of als het avond is in de VS”, zegt Gluck. “Ook al wint het daar maar enkele uren mee, het helpt om haar boodschap voorbij de vijandelijke linies te krijgen.”

Voor haar mediajihad heeft IS dus virtuele zelfmoordcommando’s in dienst. Die blijven onder de radar op Telegram, slaan vliegensvlug toe op Twitter en komen weer even snel aan hun einde.  

Shiraz Maher van het International Centre for the Study of Radicalisation and Political Violence noemt de strijd tegen extremistische inhoud op het web dan ook een sisyfusarbeid. Ondanks de verhoogde strijd tegen het cyberkalifaat blijft het met andere woorden dweilen met de kraan open.