Direct naar artikelinhoud
Opinie

Nee, fietsen is niet moreel superieur

Koen Kennis.Beeld BELGA

Koen Kennis is Antwerps schepen voor mobiliteit (N-VA)

Antwerpen is een stad waar debatteren een sport is en waar het normaal is dat iedereen zijn ‘gedacht’ kan zeggen. Zo zijn er veel fietsende Antwerpenaars met een uitgesproken mening over hoe mobiliteit georganiseerd moet worden. Vrije tribunes op verschillende fora komen en gaan met een lofzang voor de fiets. En terecht. Antwerpen is dé fietsstad van Vlaanderen en staat in internationale rankings zoals de 'Copenhagenize index' steeds in de top tien van fietsvriendelijke steden. Daar mogen we fier op zijn. De stad Antwerpen investeert dan ook miljoenen in fietsvriendelijke en veilige infrastructuur: nieuwe fietspaden, veilige kruispunten, fietsbruggen, fietsstraten, enzovoort. Stuk voor stuk nuttige investeringen in het kader van (verkeers)veiligheid en fietscomfort.

Wat we evenwel niet mogen doen, is fietsen verheffen tot een moreel superieure keuze. Zo’n dogmatische houding, waarbij alles moet wijken voor de fiets, is niet alleen een fout uitgangspunt, ze werkt ook polariserend. Er zijn in onze stad ook heel wat mensen die op andere vervoersmiddelen zijn aangewezen. Niet omdat ze willen, maar omdat ze moeten. Heel wat mensen gebruiken het openbaar vervoer, een wagen of gaan te voet, daarnaast moeten onze winkels bevoorraad worden en moeten mensen die moeilijk te been zijn ook nog mobiel zijn. Daar is niets mis mee. Integendeel, het is normaal. Iedereen is immers voetganger en fietser. Vele mensen gebruiken het openbaar vervoer en vele mensen gebruiken een wagen. Net daarom is het tegen elkaar opzetten van verschillende 'soorten' weggebruikers zo onzinnig.

Een dogmatische houding, waarbij alles moet wijken voor de fiets, is niet alleen een fout uitgangspunt, het werkt ook polariserend

Het mobiliteitsbeleid van een stad moet gericht zijn op bereikbaarheid en veilige keuzes voor elke bewoner, bezoeker en ondernemer. Dat is ook ons uitgangspunt. Een mobiliteitsbeleid waarin de overheid niet zal beslissen welk vervoersmiddel iemand moet gebruiken. Een mobiliteitsbeleid waarin wordt uitgegaan van het gezond verstand van de burger, die op basis van goede informatie kiest wat voor haar of hem op dat moment de beste mobiliteitsoptie is.

Wat storend is in de vrije tribunes die hierover geschreven worden, door allerhande mensen die zich als verkeersexpert in de markt zetten, zijn de feitelijke onjuistheden (Kees Meerman, Het Antwerpse stadsbestuur behandelt fietsers als de vijand, DM 19/6, red). De aanleg van de De Keyserlei verwijten aan het huidige bestuur en beweren dat het project van de Quellinstraat botweg is tegengehouden, zijn gewoon flagrante leugens. De De Keyserlei is tijdens de vorige legislatuur aangelegd. En voor de aanleg van de Quellinstraat werden door de vorige bestuurscoalitie van het district Antwerpen in 2012 geen middelen voorzien. In 2013 had het huidige districtsbestuur voorzien om de werken in 2018 of 2019 uit te voeren. De uitvoering van dit plan was sowieso niet meer mogelijk voor de start van de werken aan de Noorderlijn. Nog een extra werf is voor de buurt niet haalbaar. En wat de fietsers betreft: die kunnen al sinds het begin van de werf veilig en comfortabel via de Frankrijklei, parallel aan de Quellinstraat rijden. In elk geval: na de aanleg van de Noorderlijn, wordt de gehele as Quellinstraat-Van Ertbornstraat-Osystraat en verder naar het noorden aangepakt door het district Antwerpen.

De stad Antwerpen heeft vandaag een heldere mobiliteitsvisie op de toekomst. Nieuwe en veilige vervoersinfrastructuur voor elke weggebruiker wordt aangelegd en in gebruik genomen. Internationaal kijkt men toe hoe onze stad de leiding neemt in de nieuwe, veilige en slimme mobiliteit. Via digitale toepassingen is de Antwerpenaar beter geïnformeerd en ontstaan er nieuwe mogelijkheden. Er ontluikt een nieuwe markt aan mobiliteitsmogelijkheden. Deelsystemen van fietsen, scooters en auto’s duiken op en maken de Antwerpenaar mobieler dan ooit.