Paul B (53) wordt beschuldigd van doodslag op zijn partner Anja Vanheer in hun woning in Kortenaken tussen 13 en 14 augustus 2017. De 47-jarige kapster kwam om het leven door verstikking.

Het laatste wat B. zich herinnert van zondagavond 13 augustus is dat hij zijn stomdronken vriendin na een dubbele val in de zetel legde en nadien zijn ogen ging uitwassen. Toen is ook hij gevallen en ging het licht uit. “Vanaf dan weet ik niets meer”, verklaarde de man zowel tijdens het onderzoek als op de zitting. Aan zijn black-out kwam pas een einde op donderdagmiddag 17 augustus toen de politie aan de deur stond. “Ik ben vier dagen van mijn leven kwijt. Al die tijd heb ik daar gelegen.”

Gerechtsdeskundige Eddy Trippas onderzocht de specifieke kenmerken van amnesie bij geweldpleging. De psycholoog onderwierp B. aan de Amsterdamse test naar het kortetermijngeheugen, die onder meer herkenning meet. “Bij de beschuldigde is er een duidelijke tendens tot onderpresteren. Dat wijst op simulering van het geheugenverlies”, zei Trippas. “De kans dat hij zijn black-out veinst, is vrij groot. Die komt niet voort uit hersenamnesie door bijvoorbeeld alzheimer. De man vertoont een misleidende houding en zijn verklaringen zijn weinig waarachtig.” Volgens Trippas is er sprake van overgecontroleerde vijandigheid, maar de link met agressie kon niet worden vastgesteld.

Gerechtspsychiater Rudy Verelst had in zijn eindverslag al gesteld dat B. toerekeningsvatbaar is. “Zijn medicatiegebruik tast die toerekeningsvatbaarheid niet aan. Chronisch gebruik van medicatie wekt geen agressie op, maar vermindert die veeleer”, stelde Verelst. “Uit testen blijkt dat de beschuldigde een benedengemiddeld intelligentieniveau heeft, maar niet zwakzinnig is. Hij is achterdochtig en vertoont kenmerken van paranoia en emotionele labiliteit. Maar mijn conclusie is dat hij niet lijdt aan een persoonlijkheidsstoornis.”

Volgens de gerechtsdeskundigen stelt B. zich geen vragen bij de manier waarop zijn partner overleden is en weet hij het juist daardoor wél. Dat hij tijdens zijn verhaal geen emoties toont, is voor hen een indicatie van misleiding. De beschuldigde beweert dat dit al zijn derde black-out was. Zijn eerste liep hij op “door te sporten” toen hij jong was. De tweede black-out had hij na een ongeval met de auto. “Bij een black-out weet je helemaal niets meer. Vaak is die periode kortstondig, door heftige emoties of met de focus op het plegen van een nakend misdrijf. Maar het kan ook langer duren”, zei Trippas. Tijdens zijn verhoor gaf B. plots te kennen dat hij bereid is om een hypnose te ondergaan om te weten wat er precies gebeurd is.

B. nam volgens het openbaar ministerie in het verleden al vaker een loopje met de waarheid.