Het vergeten drama achter een van de meest iconische sportfoto’s: het “blanke gastje” dat genegeerd werd door een voltallige natie

© AP

Op 16 oktober 1968 steken twee zwarte olympische medaillewinnaars tijdens het Amerikaanse volkslied hun gebalde vuist in de lucht op het podium. Uit protest tegen de onderdrukking van zwarten in de VS en vóór ‘Black Power’. Meteen is een van de meest iconische foto’s ooit geboren. Maar wat weinigen weten, is dat ook de derde (blanke) man van de ceremonie zijn aandeel had in het protest.

vtvn

NFL-speler Colin Kaepernick zette recent zijn carrière op het spel door tijdens het Amerikaanse volkslied op zijn knieën te gaan zitten. Uit protest tegen de ongelijkheid in de VS. Kaepernick zit intussen al twee seizoenen zonder team. Vijftig jaar geleden deden Tommie Smith en John Carlos het hem voor tijdens de Olympische Spelen in Mexico City, protesteren voor ‘Black Power’.

Smith had niet veel eerder de 200 meter gewonnen in een wereldrecord (19”83), voor Peter Norman en Carlos. Op het podium hadden de gouden en bronzen medaille verschillende symbolische attributen aan: een zwarte leren handschoen (het Black Power-symbool), zwarte sokken zonder schoenen, een sjaal, een kralenketting en een open vest. Smith en Carlos bogen bovendien het hoofd, als teken van ongehoorzaamheid.

© AFP

De zwarte sprinters werden meteen na de ceremonie verbannen uit het stadion en het olympisch dorp. In de VS, hopeloos verdeeld na de moorden op Martin Luther King en Robert Kennedy en over de Vietnamoorlog, werden ze publiekelijk aan de schandpaal genageld en kregen ze doodsbedreigingen. Smith en Carlos werden zelfs “Zwarte Nazi’s” genoemd.

Pas een goed decennium later werden ze als helden aanzien, enkele jaren nadat de vrouw van Carlos zelfmoord had gepleegd. “Het ene moment was alles nog zonnig en gelukkig, het volgende was er één van chaos en gekte”, aldus Smith. “Maar ons protest was een schreeuw voor vrijheid en mensenrechten. We moesten ons wel laten zien, omdat we niet werden gehoord.” Carlos beaamt: “Ik ben daar als een waardige zwarte man gaan staan en ik heb gezegd: wat er aan de gang is, klopt niet.”

“Dat blanke gastje”

Wat velen niet weten, is dat ook de zilveren medaille van de 200 meter op de Olympische Spelen van 1968 zijn aandeel had in het protest. Peter Norman liep met een tijd van 20”06 naar een prachtige tweede plaats voor Australië, nog steeds het nationaal record op die afstand. Een grote verrassing want niemand, inclusief het Australische Olympische Comité, had een medaille verwacht.

© AP

“Ik had drie regels meekregen”, vertelde Norman in de documentaire Salute! van zijn neef Matt. “De eerste was dat ik minstens zo snel moest lopen als de tijd waarmee ik me voor de Spelen had gekwalificeerd. Daarnaast mocht ik in geen enkele ronde laatste worden. En de derde regel was dat ik in geen geval verslagen mocht worden door een Britse atleet.”

Norman werd onderschat door de Amerikanen, zelfs nadat hij in de reeksen een olympisch record had gelopen in de ijle lucht van Mexico City. Carlos leek in de finale op weg naar het zilver, maar werd in extremis nog overvleugeld door de Australiër. “Wie is dat kleine blanke gastje?”, had Carlos zich eerder afgevraagd.

Genegeerd

Ook in Australië was het destijds onrustig. Het White Australia-beleid van de regering en de strenge wetten voor de Aboriginals, de oorspronkelijke bewoners Down Under, zorgen voor verdeeldheid. Norman bevond zich in het kritische kamp en dus wilde hij graag mee protesteren tegen ongelijkheid. Toen de Australiër hoorde van de plannen van zijn Amerikaanse concurrenten zou hij meteen gezegd hebben: “Ik sta achter jullie”.

Om dat te bewijzen, stapte Norman af op een lid van de Amerikaanse roeiploeg. Sommige Amerikaanse atleten droegen toen namelijk een Olympic Project for Human Rights-badge, wat destijds symbool stond voor antiracisme. “Hij kwam op me af en vroeg me of ik ook zo’n badge voor hem had”, aldus roeier Paul Hoffman. “Als een blanke Australiër zo’n badge wilde dragen, wie was ik dan om dat te weigeren? Dus gaf ik hem de mijne.”

Toen het drietal naar het podium wandelde, wist Carlos meteen dat Norman zeker was van zijn zaak. “Ik verwachtte angst te zien in zijn ogen, maar ik zag geen angst. Ik zag liefde.” In eigen land werd Norman echter compleet genegeerd. “Gehaat zelfs”, volgens zijn neef Matt. Carlos had medelijden met zijn Australische vriend. “Wij hadden elkaar en onze gemeenschap tenminste nog. Peter stond er helemaal alleen voor en kreeg het hele land over zich heen.”

Norman bleef echter lopen en plaatste zich verschillende keren voor de Olympische Spelen van 1972 in München. Hij mocht echter niet mee naar Duitsland. Achttien jaar later werd hij ook straal genegeerd toen er uitnodigingen verstuurd werden voor de Olympische Spelen in Sydney. De Amerikaanse delegatie liet hem uit protest overvliegen. In de VS ontmoette Norman legende Michael Johnson. “Jij bent één van m’n grootste helden”, zou die zeggen tegen het “kleine blanke gastje”.

In ere hersteld (maar veel te laat)

© REUTERS

Zes jaar later zou Norman overlijden aan een hartaanval. Als een gebroken man, uitgespuwd door zijn eigen land. Een man die in 1985 bijna zijn been kwijtraakte door een blessure, die in een depressie sukkelde, aan de drank geraakte en verslaafd werd aan pijnstillers. “Hij was in Australië een eenzame soldaat”, aldus Carlos. “Velen van jullie begrepen dat niet. Want waarom zou die witte gast bij die zwarte individuen gaan staan? Hij was een Australiër, maar meer nog was hij trots om de mensheid te vertegenwoordigen. Daar stond ik van versteld. Peter knipperde nooit met z’n ogen. Hij is nooit weggelopen van wat hij die dag heeft gedaan.”

Pas zes jaar na zijn overlijden kreeg Peter Norman excuses van het Australische parlement. Pas 42 jaar na datum zag men Down Under in wat voor prestatie hij geleverd had, zowel op als naast de piste. Het Australische Olympische Comité ging nog eens zes jaar later overstag. Begin 2018 kwamen ze met een Order of Merit, de hoogst mogelijke onderscheiding in de Anglicaanse wereld, over de brug. Al bleef het AOC erbij dat Norman als atleet terecht niet aanwezig was op de Olympische Spelen van 1972 en als gast in Sydney voor die van 2000.

In de VS werd 9 oktober intussen omgedoopt tot Peter Norman Day en vandaag, 50 jaar na zijn zilveren medaille, komt zijn biografie uit. “Hij heeft een prijs betaald”, aldus Smith. “Dat was toen de Peter Norman die voor mensenrechten stond, niet de Peter Norman die Tommie Smith en John Carlos een handje hielp. Hij was toevallig een wit iemand, maar iemand die geloofde in hetzelfde als twee zwarte jongens.”

Aangeboden door onze partners

Meer sportnieuws

Aangeboden door onze partners

Meer over Internationaal Olympisch Comité

Hoofdpunten

Keuze van de redactie