Direct naar artikelinhoud
AnalyseBart Eeckhout

Een troostrijke gedachte voor de vele kiezers van Wilders’ PVV: ze hebben de ­‘progressieve elite’ eens goed in het zand doen bijten

Links: Bart Eeckhout. Rechts: Geert Wilders (PVV) komt aan voor de voortzetting van de formatiegesprekken.Beeld Eva Beeusaert / ANP

In Nederland vormen de rechtse tot uiterst rechtse antisysteempartijen PVV, NSC en BBB met de traditioneel-liberale VVD ‘samen een meerderheid’. Wat betekent dat voor de regeringskansen van radicaal-rechts in Vlaanderen?

Voor het Vlaams Belang kon de doorbraak in de Nederlandse regeringsvorming van deze week niet beter getimed zijn. Juist nu ook in België slash Vlaanderen partijen en kiezers zich klaarmaken voor de eindsprint naar 9 juni speelt het ‘hoofdlijnenakkoord’ van de nieuwe Nederlandse regering uiterst rechts ook hier een extra argument in handen: zie je wel, het kan, ‘samen een meerderheid’ vormen, naar de fameuze woorden van N-VA-boegbeeld Theo Francken na de verkiezingen van 2019.

Dat is wat politieke wetenschappers het ‘bandwagoneffect’ noemen: kiezers haken het karretje liever aan bij een partij die kans maakt om te winnen. Dat is zeker zo bij een stembusgang waar de verschillen relatief klein zijn en elke stem er spreekwoordelijk toe doet. De aanstaande Vlaamse verkiezingen passen in dat profiel: het VB mag volgens elke peiling de hoop koesteren dat ze de koppositie van concurrent N-VA overneemt, maar of de twee ook samen een meerderheid halen in het Vlaams Parlement (de enige kans op regeringsdeelname voor het VB) valt nog erg te bezien.

In analyses worden psychologisch-emotionele fenomenen als het bandwagoneffect soms nog over het hoofd gezien. Want jazeker, kijk je met een koele, rationele blik, dan zou je kunnen vermoeden dat uiterst rechts het moeilijk heeft in de campagne. Chinagate ontmaskerde VB-stemmentrekker Filip Dewinter als een ordinaire handlanger van de Chinese inlichtingendiensten. De doorrekening van het Planbureau zette de uiterst rechtse beloftes voor lagere belastingen en hogere uitgaven weg als onbetaalbaar en onbetrouwbaar. En in de boeiende politieke tv-reeks Het conclaaf veegde N-VA-voorzitter Bart De Wever zonder veel moeite de vloer aan met het idee van Tom Van Grieken om over vijf jaar Vlaanderen onafhankelijk te maken.

Eender welke andere partij zou bij zo’n tussenstand van de campagne beginnen te zweten. Wie weet ondervindt ook het VB er gevolgen van, maar voor die partij lijken toch andere regels te gelden, zoals wel vaker bij radicale of populistische politici. Het vage, veeleer emotionele idee dat het ‘helemaal anders’ moet, dat het ‘nu aan ons’ is en dat ‘iedereen tegen’ het VB is, zou wel eens een sterkere overtuigingskracht kunnen hebben dan gelijk welk inhoudelijk argument. Dat elke partij, tot zelfs Groen toe, zich in de campagne probeert te knokken door zich als alternatief voor het VB te presenteren, versterkt dat idee nog. Het maakt dat Vlaams Belang − voor of tegen, zonder of met? − tot dusver zelf het belangrijkste thema in de kiesstrijd is geweest.

Ontgoocheling

Als de vraag dus is of de vorming van een Nederlands kabinet met Geert Wilders het VB in de kaart speelt, dan zou mijn spontane, ongenuanceerde antwoord ‘ja’ zijn. Niet dat dat betekent dat die Vlaamse regering met het VB er ook zeker komt. Daarvoor is de weerstand ook bij het grootste deel van de top van de N-VA te groot. Maar de kans dat uiterst rechts nog extra electorale winst puurt uit het formatiesucces van uiterst rechts in Nederland, is reëel.

Een interessantere, maar nog moeilijker te beantwoorden vraag is of de op handen zijnde nieuwe Nederlandse coalitie ook iets zegt over hoe een Vlaamse regering met uiterst rechts er zou kunnen uitzien. Inhoudelijk zou een VB-politicus zich ongetwijfeld kunnen vinden in een beleidsprogramma dat minder geld voor klimaat en natuur, voor kunsten en de openbare omroep of voor asielzoekers en migranten uittrekt, en meer voor woningbouw of het leger, zoals het hoofdlijnenakkoord in Nederland belooft. Maar zo eenvoudig is het allemaal niet.

Neem dat asielbeleid. Vanuit een eventuele volgende Vlaamse regering zou het VB daar sowieso geen zeg over hebben, maar de partij zou vast en zeker ook hier wel tot ‘nul’ nieuwe asielzoekers willen komen. Wilders & co. willen daartoe een nieuwe asielcrisiswet invoeren die de asielpoort (tijdelijk) volledig sluit en tegelijk bij de EU een ‘opt out’-uitzondering op de asielregels vragen. Alleen kan dat niet zomaar. De nieuwe Nederlandse regering stevent af op een snelle botsing met de Europese rechtsregels en internationale verdragen. Daar kun je niet eenvoudigweg op eigen verzoek uitstappen.

Dit kan alleen maar in ontgoocheling eindigen, zoals ook de onderhandelaars van de Nederlandse regering verdraaid goed weten. Hetzelfde geldt voor de beloofde forse beperking van arbeids- en studentenmigratie. Snel zal blijken dat dat de economie zware schade toebrengt, zodat ook dat plan op losse schroeven staat. Met budgettaire gevolgen: de nieuwe regering gaat naar Nederlandse normen vrij diep in het rood, en rekent op hoogst onzekere besparingen op Europees en asielbeleid om de begroting enigszins op koers te houden. Dat lijkt bij voorbaat te gaan mislukken.

Antisysteemriedel

Maar hoe zal de teleurstelling over dat voorspelbare falen zich uiten? De kans bestaat dat kiezers Wilders ontgoocheld de rug toekeren, omdat de dure belofte van de ‘asielstop’ niet waargemaakt kan worden. Dat is waar de ‘trek uiterst rechts mee in het bad’-voorstanders op hopen, ook in Vlaanderen. Zou kunnen, maar het zou ook kunnen van niet. Evengoed is het mogelijk dat Geert Wilders nog eens de antisysteemriedel afsteekt dat ‘men’ het hem niet gunt. Aangezien hij zelf niet in de regering stapt, kan hij vanaf de zijlijn zijn beproefde tactiek van luid roepen blijven toepassen, terwijl het kabinet feitelijk een noodgedwongen realistischer beleid aanhoudt. Hoe zeker zijn we dat zo’n tactiek niet opnieuw succes kan opleveren?

Als het de kans zou krijgen, zou het VB het in Vlaanderen net zo doen: besparen op de VRT, besparen op ‘experimentele’ cultuur en licht ontvlambare, identitaire relletjes uitlokken in onderwijs of opvoedingskwesties. Die plannen, die weinig inzicht vergen in hoe een staat werkt, liggen al klaar.

Met de regering in Nederland is conflict verzekerd, en dat kan vele kiezers van Wilders' PVV de troostrijke gedachte bieden dat ze de ‘progressieve elite’ eens goed in het zand hebben doen bijten

Wilders houdt een sterk wapen achter de hand. Ook als de asielopvang niet tot nul wordt gereduceerd, blijven er symbolisch zichtbare maatregelen over die tot hevig cultureel-identitair debat zullen leiden: knippen in cultuurinstellingen, de ‘linkse’ universiteiten kortwieken, de openbare omroep op droog zaad zetten, toezicht op seksuele opvoeding, enzovoort. Conflict verzekerd, wat vele kiezers van de PVV de troostrijke gedachte kan bieden dat ze de ‘progressieve elite’ eens goed in het zand hebben doen bijten en dat regeringsdeelname wel degelijk een verschil heeft gemaakt.

Zo doet Giorgia Meloni het in Italië ook. Om de werkwijze van uiterst rechts in een regering te begrijpen − of het nu in Nederland of in Vlaanderen is − is Meloni een interessante gids. Ook zij raakte verkozen op een platform dat een strengere migratiepolitiek beloofde, terwijl ze in werkelijkheid coulant tienduizenden extra arbeidsmigranten toelaat in het land. Dat blijft verborgen onder een identitair-rechtse spektakelpolitiek, die onder meer de ouderrechten van homokoppels beperkt.

Tegelijk maakt ze internationaal goede sier door galant de bocht te nemen naar een pro-Europees en solidair Oekraïne-standpunt. Het werkt nog ook: zelfs de ernstige The Economist loofde onlangs nogal oppervlakkig de “toch niet zo angstaanjagend rechtse regering-Meloni”.

Alvast op dat punt heeft Wilders het voorbeeld van Meloni al gevolgd. Ook Nederland zal Oekraïne onverkort blijven steunen. Het is een bocht die de uiterst rechtse politicus met de glimlach maakt, terwijl hij toekijkt hoe zijn coalitiepartners zo ver zullen meegaan in zijn asiel- en migratiebeleid als de internationale wetten het zullen toelaten. Ook al liggen de bevoegdheden in ons ingewikkelde land wat anders, er zijn weinig redenen om aan te nemen dat het hier anders zou lopen als die ‘meerderheid samen’ er toch van zou komen.