Direct naar artikelinhoud
Landbouw

Is landbouwgif Roundup nu kankerverwekkend of niet?

Is landbouwgif Roundup nu kankerverwekkend of niet?
Beeld EPA

En daar bereikte de gruwelsoap rond het landbouwgif glyfosaat (bekendste merknaam: Roundup) opeens een grimmige climax. Het is geen toeval dat de Amerikaanse terreinbeheerder DeWayne Johnson lijdt aan terminale lymfklierkanker, oordeelde een jury in Californië afgelopen weekend. Maar betekent dat nu dat glyfosaat kankerverwekkend is?

Johnson moet zijn ziekte hebben opgelopen in de jaren dat hij veelvuldig onkruid bespoot met grote hoeveelheden Roundup. Terwijl producent Monsanto de risico’s willens en wetens onder de pet hield, aldus de jury. Uitkomst: een boete van 250 miljoen dollar (220 miljoen euro) voor Monsanto, en een schadevergoeding van 39 miljoen dollar (35 miljoen euro) voor Johnson, die nog maar enkele maanden te leven heeft.

Is landbouwgif Roundup nu kankerverwekkend of niet?
Beeld EPA

Dood door glyfosaat – miljoenen boeren, groenwerkers, tuinders en hobbytuiniers zullen er bleek van zijn weggetrokken. Het gif zit immers in zo’n 750 producten en is in 130 landen op de markt. En hoewel particulieren binnenkort in België geen Roundup meer mogen gebruiken, geldt dat niet voor professionelen: om onkruid te bestrijden, maar ook bijvoorbeeld om gewassen te laten indrogen voor de oogst of om groenbemesters te doden voor het zaaien.

En dat glyfosaat zou nu kankerverwekkend zijn? Zo simpel ligt het gelukkig niet.

Geen enkel verband te vinden

Neem de Agricultural Health Study, een onafhankelijk volgonderzoek van zo’n 90.000 Amerikaanse boeren en hun gezinnen, uitgevoerd door experts van het National Cancer Institute. Afgelopen winter presenteerden die de uitkomst van een kwarteeuw onderzoek: er was geen enkel verband tussen glyfosaat en kanker te vinden. Ook niet met non-hodgkinlymfoom, de kanker die Johnson heeft getroffen. Eerder kwamen de Europese voedselautoriteit EFSA, de Amerikaanse milieuwaakhond EPA, de Europese chemiekoepel ECHA en de gezamenlijke vergadering van de WHO en de VN-landbouwautoriteit FAO ook al tot het oordeel: glyfosaat is niet kankerverwekkend voor de mens.

Het heeft er veel van weg dat glyfosaat een haai achter glas is

Maar in die waslijst van autoriteiten en agentschappen is er ééntje die ontbreekt: het IARC, het (zelfstandige) WHO-agentschap belast met de beoordeling van de kankerrisico’s. Dat deelde glyfosaat in 2015 in als ‘waarschijnlijk kankerverwekkend voor de mens’, overigens vooral ingegeven door proeven op dieren en gekweekte menselijke cellen. Het is vooral deze classificatie waardoor de Amerikaanse jury zich heeft laten leiden.

Een haai achter glas

Lastig alleen dat de IARC-uitspraak een geval apart is. Het IARC is belast met de vraag of het denkbaar is dat een stof onder enige omstandigheid kankerverwekkend kán zijn. Dat is wat anders dan of de stof dat ook ís – een verschil dat toxicoloog David Eastmond van de Universiteit van Californië in techniektijdschrift Wired toelichtte aan de hand van haaien. Ook die kúnnen onder bepaalde omstandigheden gevaarlijk zijn. Dat wil alleen nog niet zeggen dat blootstelling aan een haai achter het glas van een zeeaquarium gevaarlijk is.

En dat glyfosaat een haai achter glas is; daarvan heeft het veel weg. Zo is het veelzeggend dat het aantal gevallen van lymfeklierkanker de afgelopen decennia niet is toegenomen, terwijl het gebruik van het onkruidgif juist explodeerde. Studies die wél een verband tussen gif en kanker laten zien, hebben bovendien de onhebbelijkheid dat ze de vinger doorgaans niet goed op glyfosaat leggen: boeren gebruiken wel meer chemicaliën. "Dat is de stand van zaken", zoals medisch chemicus David Lowe noteerde in een commentaar voor vakblad Science. "Er is eenvoudigweg niets dat glyfosaat duidelijk in verband brengt met kanker bij de mens."

Wezensvragen

Wat de zaak vertroebelt, is dat in glyfosaat allerlei diepe wezensvragen samenkomen. Krijgen megabedrijven als Monsanto de vrije hand, of blijft er in de landbouw plek voor kleine, lokale boeren? Hoe ver mogen regelgevers zoals de EFSA de industrie tegemoetkomen, en waar begint het luisteren naar de consument? Mogen we gewassen met landbouwgif bespuiten om de voedselzekerheid te garanderen, ook als dat de natuur schaadt? Hoeveel risico is de massaproductie van voedsel ons eigenlijk waard?

Misschien, betogen Nico van Straalen van de VU Amsterdam en Juliette Legler van de Universiteit Utrecht in een recent overzichtsstuk in Science, is het daarom verstandig ‘de discussie weg te bewegen van de huidige tweedeling of een pesticide veilig is of onveilig’. Bij markttoelating zou men ook moeten kijken naar abstractere zaken, zoals het maatschappelijk draagvlak of de vraag hoeveel economisch voordeel een boer eigenlijk heeft van een middel, betogen de twee.

Hoewel geen bewezen verband met kanker, zijn er wel aanwijzingen zijn dat glyfosaat allerlei ándere schade toebrengt

Andere schade

Want – verstijfd door het omineuze woord ‘kanker’ zou je het haast vergeten – er zijn wel degelijk aanwijzingen dat het massaal gebruikte glyfosaat allerlei ándere schade toebrengt aan mens en milieu. Zo lijkt het middel bodembacteriën, wormen en planten rondom te akker te beschadigen, en zijn er aanwijzingen dat het gif verband houdt met een geheimzinnige, dodelijke uitbraak van nierfalen in Sri Lanka en Midden-Amerika, mogelijk doordat het gif op een nog onbegrepen manier inwerkt op gesteentes in de bodem. Los nog van de hulpstoffen waarmee men glyfosaat doorgaans mengt: een waslijst van chemicaliën, waarvan de risico’s minder goed in kaart zijn gebracht dan van het hoofdbestanddeel zelf.

Glyfosaat mag dan niet de grote kankerverwekker zijn die tegenstanders erin zien, de discussie over de voors en tegens is het waard om gevoerd te worden.