Nieuw zorgdecreet zet rond elke patiënt een eigen hecht zorgteam

Als u in de toekomst naar uw huisarts, psycholoog, welzijnswerker, kinesist of een andere hulpverlener gaat, dan zullen die u met meer onderlinge samenwerking en met meer inspraak van u en uw mantelzorger helpen. Dat zijn in een notendop de ambities van de hervorming van de eerste lijn. De Vlaamse Regering gaf vrijdag 7 december 2018 haar tweede principiële goedkeuring aan het basisdecreet dat deze hervorming op de sporen zet.

malbrechts

Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin: “Met dit eerstelijnszorgdecreet bepalen we hoe we in Vlaanderen de zorg organiseren die het dichtst bij de mensen staat. Wat gaat uw huisarts, uw apotheker, uw thuisverpleger, uw kinesitherapeut, uw psycholoog, uw welzijnswerker én nu ook uw lokaal bestuur doen om u de best mogelijke zorg te bieden en wat hebben ze daarvoor nodig? Dit decreet wil de zorg in Vlaanderen door meer samenwerking, expertisedeling en efficiëntie voorbereiden op de maatschappelijke en demografische uitdagingen van de nabije toekomst.

Structurele samenwerking en kennisdeling, ook met de patiënt

Vooral door de vergrijzing kampen meer en meer mensen in Vlaanderen met langdurige en meervoudige zorgproblemen. Zij doen dan dikwijls een beroep op verschillende zorgverleners, sociale diensten en welzijnswerkers. Het nieuwe eerstelijnsdecreet zorgt ervoor dat voor elke patiënt in Vlaanderen al die verschillende zorgverleners telkens één hecht zorgteam vormen. Een team waarbij de zorgverleners elkaar kennen, hun kennis over de toestand en noden van de patiënt met elkaar delen en ook, meer nog dan vandaag, rekening houden met de wensen en mogelijkheden van de patiënt en zijn mantelzorger.

Concreet in de praktijk

Stel dat je vader of moeder aan dementie lijdt en de gezondheid erop achteruit gaat. Een ziekenhuisopname nodig en je zoekt thuishulp. Misschien heb je zelf als mantelzorger ook nood aan steun. Je stapt naar de huisarts. Wat betekenen deze hervorming en structuren dan voor jou?

De huisarts of een andere zorgverlener die jij aanspreekt, zal beter op de hoogte zijn van welke andere zorgverleners er in jouw regio zijn die de juiste expertise en ervaring hebben om je te helpen. Hij kent ze vaker ook persoonlijk. Hij en bijvoorbeeld jouw thuishulp zullen zo beter met elkaar kunnen afspreken over de nodige zorg. Ze houden elkaar op de hoogte van de behandeling, incidenten, vooruitgang, enz. Veel meer dan vandaag kent de zorgverstrekker ook de welzijnswerkers in jouw regio, zoals medewerkers van diensten maatschappelijk werk en CAW’s, zodat ook zij sneller betrokken worden.Via zijn regionaal zorgplatform kent hij de weg naar de expertise van een regionaal expertisecentrum dementie, en vanuit het Vlaams instituut eerste lijn heeft hij al expertise in dementie en mantelzorg aangereikt gekregen.

Is er een ziekenhuisopname of -ontslag, dan is er een betere kennisoverdracht tussen het ziekenhuis en de huisarts en thuishulp.Je zorgverleners hebben samen met jou een zorg- en ondersteuningsplan opgesteld. Daarin staan in een gemeenschappelijke taal de afspraken, behandelingen, taakverdeling enz. Verandert er iets aan de situatie of heb je zelf andere verwachtingen, dan wordt dat in dat zorg- en ondersteuningsplan opgenomen, zodat iedereen die betrokken is bij de zorg en hulp ervan op de hoogte is.

“De persoon met een zorgnood en de mantelzorger moet in dat hele verhaal de hoofdrol blijven spelen en zelf zijn verwachtingen en noden kunnen signaleren. Dat is – zeker voor mensen in kwetsbare situaties – niet altijd evident. Daarom voorzien we in dit decreet ook maatregelen om die persoon en de mantelzorger te versterken. Bij de meest complexe zorgsituaties kan een zorgcoördinator of casemanager mee waken dat er niet over het hoofd van de persoon met een zorgnood heen gewerkt wordt”, zegt Vlaams minister Jo Vandeurzen.

De eerstelijnszones vind je hier (klik op de kaart):

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer