© Kioni Papadopoulos

De Lijn reageert op kritiek over ijsgladde perrons: "We zetten dag- en nachtploegen in”

Niet alleen fietsers, maar ook de reizigers van De Lijn moesten gisteren nog uit hun doppen kijken voor ijs. Op de perrons was het spekglad. Op GvA.be kwamen 140 reacties binnen van reizigers die klagen over gladde haltes. “We hebben dag en nacht ploegen ingezet om de perrons ijsvrij te maken”, zegt Tom Van De Vreken, woordvoerder De Lijn.

SACHA VAN WIELE

De gladde perrons aan de haltes van De Lijn waren gisteren hét gespreksonderwerp. De openbare vervoermaatschappij De Lijn verdedigt zich.

“Al sinds maandag zijn ploegen de klok rond op pad om te strooien bij de haltes die we zelf beheren”, zegt Tom Van De Vreken, woordvoerder van De Lijn. “Daarvoor waren woensdag 26 mensen, dertien ploegen van twee, beschikbaar, gespreid over de dag en de nacht. In normale omstandigheden, zonder dringende technische interventies, vergt het twaalf uur om alle haltes aan te pakken.”

Waarom lagen de perrons er woensdagochtend dan nog zo glad bij?

Van de Vreken: De regen heeft het zout meerdere keren weggespoeld en onze inspanningen teniet gedaan. Ook de collega’s van de strooidiensten van het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) hadden daar last van. Bovendien werkt zout het best als het wordt ingereden of ingelopen. Bij onvoldoende of geen beweging is het effect veel minder. Daarnaast is het smeltwater dinsdagavond opnieuw bevroren en moesten we woensdagochtend alles helemaal opnieuw doen. Ook de drukke halte aan de Nationale Bank is meerdere keren onder handen genomen. Maar het verkeer zorgt op die plek voor smurrie op de perrons en de sporen. AWV en het Verkeerscentrum hebben dinsdagavond uitdrukkelijk gewaarschuwd voor spekgladde wegen en aangeraden om thuis te blijven. Onze perrons ontsnappen evenmin aan de grillen van de natuur.

Zou het niet beter zijn om de belangrijkste haltes aan bijvoorbeeld park&rides eerst aan te pakken?

De ploegen beginnen met de uitritten van onze stelplaatsen ijsvrij te maken, zodat onze trams al kunnen uitrijden. Vervolgens werken ze naar de stad toe, te beginnen met de ‘koudere’ rand. In de stad is er meer beweging en is het een tikkeltje warmer, dat scheelt. Eenmaal een ploeg alle haltes en spoorwissels van haar ronde heeft afgewerkt, begint ze van voor af aan.

De ploegen werken in regio’s. Ze gaan dus niet een hele lijn af, dus niet van Boechout tot Melsele. Door de ploegen te concentreren op een regio, kunnen ze meer doen. Beginnen met een selectie van belangrijke haltes lijkt logisch, maar is niet efficiënt, want dan komen de ploegen vast te zitten in het verkeer.

Is De Lijn verantwoordelijk voor alle haltes?

De provincie Antwerpen telt 6.504 bus- en tramhaltes. Daarvan liggen er 1.259 in de stad en de districten. De Lijn heeft ongeveer 250 haltes die we zelf moeten ruimen. 6.222 haltes liggen niet aan een eigen bedding en worden ijsvrij gemaakt door de stad, gemeente of gewest, of door de bewoner van het aangrenzend gebouw. 2.250 haltes in een eigen bedding in de provincie vallen onder de verantwoordelijkheid van De Lijn. Bij 32 haltes, de lijnen Boechout-Mortsel, Deurne-Wijnegem of Wommelgem-Florent Pauwels is het de aannemer. We hebben de aannemer gevraagd zijn contractuele verplichtingen na te komen.