Direct naar artikelinhoud

Met zijn allen aan de buurtbatterij: huurders experimenteren met lokale stroomopslag

Het elektriciteitsnet kan overbelast raken als er steeds meer kleine producenten van hernieuwbare energie bijkomen. Om dat voor te zijn, experimenteert netbeheerder Liander met de tijdelijke opslag van groene stroom in een 'buurtbatterij'.

Met zijn allen aan de buurtbatterij: huurders experimenteren met lokale stroomopslag
Beeld Simon Lenskens

Een groene container, kaliber uit de kluiten gewassen tuinhuisje, staat enigszins verscholen tussen ontluikende struiken op de T-kruising Lijzijde en Schipperskade in het dorpje Rijsenhout, Haarlemmermeer. Het metalen hok herbergt het prototype van een apparaat dat een belangrijke rol kan gaan spelen in de duurzame energievoorziening. In de container zit een enorme hoeveelheid aan elkaar geschakelde batterijen. 'Buurtbatterij' is het ding gedoopt.

De buurtbatterij is sinds vorige zomer verbonden met 35 woningen die elk acht zonnepanelen op hun dak hebben. Op zonovergoten dagen gaat het overschot aan die zonnestroom naar de batterij. ‘Bewoners hebben allemaal een eigen hoekje in de buurtbatterij waar ze te allen tijde hun zonnestroom kunnen terughalen’, zegt Jan Willem Eising van netbeheerder Liander, eigenaar van de buurtbatterij. ‘Een app geeft de bewoners inzicht in hoeveel stroom de panelen produceren, hoeveel alle apparaten in huis elk moment nodig hebben en hoeveel stroom naar de buurtbatterij kan.’ Later leert de app bewoners hun gedrag aan te passen aan de zonnepanelen met seintjes à la 'doe nu de was, want de zon schijnt'.

Liander heeft de prijzige batterij – 100 duizend euro – gekocht om ervaringen op te doen met tijdelijke opslag van groene stroom. Netbeheerders als Liander moeten nu gaan inspelen op de overgang van enkele grote fossiele elektriciteitsfabrieken, zoals kolencentrales, naar een toekomst waarin steeds meer stroom duurzaam en decentraal wordt opgewekt.

Met zijn allen aan de buurtbatterij: huurders experimenteren met lokale stroomopslag
Beeld Simon Lenskens

Kleine producenten

‘Wij zijn verantwoordelijk voor het transport van de energieproducenten naar consumenten’, zegt Eising. Als dat allemaal kleine producenten worden, kan het net overbelast raken. ‘Voorlopig is dat niet zo met het huidige areaal aan zonnepanelen en windmolens in Nederland. Huishoudens leveren hun surplus terug aan het net. Maar in de toekomst heeft het elektriciteitsnet te weinig capaciteit voor het sterk toenemende aanleveren en afnemen van stroom. Dan kunnen bovendien spanningsverschillen ontstaan die je televisie en computer kunnen schaden.’

De zomerse dagen dit voorjaar illustreren het toekomstige probleem van de netbeheerders. Al die zonnepanelen leveren veel meer stroom dan de eigenaren en gebruikers nodig hebben. Hun overschot gaat naar het centrale elektriciteitsnet en daar krijgen ze voor betaald. ‘Als de zon weg is, kopen ze hun stroom weer terug’, legt Eising uit. ‘Dat zorgt voor pieken in aan- en afvoer die we slechts kunnen verwerken door overal dure, dikkere elektriciteitskabels te leggen.’ Opslag van energie kan dit deels voorkomen.

Vandaar de proef met de decentrale buurtbatterijen. Goed, ze zijn ook peperduur, maar anders dan van de koperen kabels daalt de prijs van batterijen rap en neemt hun opslagvermogen snel toe. Vooral de technologie voor elektrische auto’s werkt dat in de hand. Bureau DNV-GL (voorheen Kema) verwacht dat de prijs van accu’s in 2020 een tiende is van die van 2008 : van 1.600 euro per kilowattuur naar 160 euro.

Kleine producenten
Beeld Simon Lenskens

Tegenstroom

Liander verwacht daarom dat toekomstige commerciële partijen zich in de energieopslag begeven. De proef in Rijsenhout is vooral om te leren. De bewoners, allemaal huurders van woningscorporatie Ymere, betalen niets voor de buurtbatterij. De acht zonnepanelen op hun dak huren de bewoners van het kleinschalige energiebedrijf Tegenstroom voor 30 euro per maand. ‘Ze nemen veel minder stroom af dus daalt hun energienota. Omdat de huur lager is dan de waarde van de opgewekte stroom hebben ze een paar euro per maand voordeel’, zegt directeur Andrea van de Graaf van Tegenstroom.

Voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal denkt dat opslag, individueel of met een buurtbatterij, financieel niet interessant is. ‘De salderingsregeling, die de aan het elektriciteitsnet teruggeleverde stroom vergoedt, is aantrekkelijker’, zegt een woordvoerder. ‘Als die regeling wordt aangepast en de prijs van accu's dalen, dan komt een thuisbatterij dichterbij. Maar er moet altijd koppeling met het elektriciteitsnet zijn, want je kunt de stroom niet eindeloos bewaren.’

Toch gaat ook Weert later dit jaar een buurtbatterij uitproberen. Die gaat het overschot van een nog te bouwen zonnepark van 5200 panelen opslaan, bijna twintig keer zoveel als in Rijsenhout. ‘De batterij gaat ongeveer 450 duizend euro kosten’, zegt voorzitter Peter Ramaekers van coöperatie WeertEnergie. ‘We denken die in tien jaar terug te verdienen door met energie te gaan handelen.’ Kwestie van energie opslaan als de zon schijnt en in de winter verkopen als er schaarste is.

Tegenstroom
Beeld Simon Lenskens

Hoe sla je stroom op?

‘Buurtbatterijen zijn na vier uur vol en daardoor minder geschikt om straks het overschot aan stroom van grootschalige windparken op zee op te slaan’, zegt Haike van de Vegte, opslagexpert van adviesbureau DNV-GL (voorheen Kema). Een grote hoeveelheid stroom kun je tijdelijk wegzetten in een 'valmeer', waar een waterniveau wordt opgepompt met het surplus aan energie die als dalende waterkracht weer terugkomt in tijden van voldoende vraag. Die optie wordt overwogen op de North Sea Windpower hub, die waarschijnlijk bij Doggersbank op de Noordzee stroom van meerdere nog te bouwen windparken op gaat vangen.

Waterstof is ook een veelgehoord opslagmedium. De windstroom splitst water volgens elektrolyse in waterstof en zuurstof. ‘Je kunt van waterstof later weer stroom maken in een brandstofcel, maar deze dubbele omzetting levert een rendementsverlies van 60 tot 70 procent op’, waarschuwt Van de Vegte. Beter is het daarom de waterstof direct te benutten, in de industrie als vervanger van aardgas of in de transportsector.

Ook een optie is de tijdelijk overtollige stroom opslaan als heet water in een stadswarmtenet of in de industrie. Wat ook kan: lucht samendrukken en opslaan in bijvoorbeeld de fundering van de windmolens op zee. Een alternatief voor opslag is het wat minder hard laten draaien van windmolens. Ook als het heel hard waait op zee.