Maar zelfs een afwezige sterspeler kon het humeur van Michel Preud’homme gisteren niet verpesten. All smiles was hij. Het voelde zelfs alsof hij er nooit was weggeweest, zo vertrouwd. “Ik heb enorm veel goesting”, begon hij. “Na mijn sabbatjaar heb ik weer energie. De vermoeidheid is verdwenen. Ik kom terug naar de club waar ik ben opgegroeid. Hier is alles begonnen voor mij. Eerst als jonge speler, dan als profvoetballer, technisch directeur, coach, ik was zelfs half architect van de Académie. Mijn familie is hier dichtbij, dat kan ik niet negeren. Bruno Venanzi heeft me niet alleen als coach gehaald. Ik mag denken aan de toekomst en dat heeft me zeker verleid.”

Preud’homme: “De eerste ontmoeting met de voorzitter dateert van september-oktober en was eerder toevallig. Ik gaf mijn mening over het voetbal in het algemeen. Toen vroeg hij me of we elkaar nog eens konden ontmoeten om een eventuele samenwerking te bespreken. In januari bood Bordeaux mij nog een mooi project aan. Maar ik sprak met Venanzi toen het hier niet goed ging. Ik ben open blijven staan voor zijn voorstel en vanaf februari werd het serieuzer. Daarna werd de beker gewonnen en speelde men zeer sterke play-offs. Ik stelde dus voor om me terug te trekken. Zelfs een keer vijf of zes, maar Venanzi zei me dat hij wist waar hij naartoe wilde en dat hij zijn lijn wilde volgen.”

“Druk is hier altijd. Kijk, je kan vergelijkingen nooit uit de weg gaan. Alleen kan je niet vergelijken wat niet vergelijkbaar is. Ik kan wel zeggen dat ik bij elke club waar ik geweest ben, iets heb gewonnen. Mijn doel is om stabiliteit te brengen zoals ik bij Club Brugge heb gedaan. Dat kwam ook uit een moeilijke periode. Nu is het de meest stabiele topclub van de laatste jaren. Ik ben weg, maar toch wordt het kampioen. Dat wil zeggen dat daar iets staat. Dat wil ik met Standard ook realiseren.”

“Ik zal mezelf soms tot de orde moeten roepen (lacht). Serieus nu: ik verwacht niet dat dat een probleem gaat zijn. Het zal op basis van een vertrouwensrelatie met Bruno Venanzi gebeuren. Ik ben zeer realistisch. Als ik het gevoel heb dat ik het niet goed doe of ik niet aan de verwachtingen voldoe, zal ik de eerste zijn om dat aan te geven. Daar ben ik eerlijk genoeg voor.”

“Je weet in het leven nooit wat er gaat gebeuren, maar het ziet ernaar uit. Ik heb altijd gezegd dat ik bondscoach worden mooi vond, maar ik heb me voor vier seizoenen geëngageerd bij Standard. Gezien mijn leeftijd en mijn driedubbele functie, zal dit normaal mijn laatste project zijn.”

“De eerste helft was, denk ik, een beetje traag van uitvoering. Er was niet genoeg beweging om Panama uit verband te spelen. De twee bepalende figuren waren Mertens - met zijn goal - en Courtois - met zijn redding. Het individueel talent maakt het verschil en daarna ging de ploeg beter voetballen. Ik kan dat wel begrijpen. De eerste match van een club is ook altijd moeilijk. Je werkt een voorbereiding af en speelt oefenmatchen. Op een gegeven moment kom je op het veld en is het toch iets anders. De volgende wedstrijd zal beter gaan.”

“Club is twee keer in drie jaar kampioen geworden en kan veel investeren door de inkomsten uit de Champions League. Wij gaan proberen daar ook in te geraken, maar moeten nog voorrondes spelen en die zijn niet eenvoudig. Er is nog altijd Anderlecht, en Gent en Genk zijn goed bezig. Je kan dus niet zeggen dat wij favoriet zijn.”

“Ze is nog klein. Verschillende spelers keren volgende week pas terug door interlandverplichtingen. We willen een bredere kern omdat we sowieso tot en met december Europees spelen. Ik herinner me een seizoen dat we met Club de kwartfinales van de Europa League haalden en dat ons dat de titel heeft gekost. Nu, als ik iedereen kan houden, zou dat al heel goed zijn. We deden alvast een goede zaak met het verlengen van Mehdi Carcela, hetzelfde willen we doen met Junior Edmilson.”

“Junior is er vandaag inderdaad niet, terwijl hij er zou moeten zijn. Hij had aan het bestuur gevraagd om nog wat extra vakantie te krijgen, maar dat werd geweigerd omdat hij geen geldige reden heeft (de spelers met interlandverplichtingen kregen bijvoorbeeld wel een week extra, nvdr.). We zullen het probleem oplossen wanneer hij terugkeert. Ik hoop dat we een oplossing vinden, want ik wil graag met Junior werken. Het is onze rol om de spelers te laten inzien dat ze op het juiste moment moeten wachten om te vertrekken. Denk aan Izquierdo met Club indertijd.”