© W&F

Kleinzoon Jorg gaat op zoek naar het verleden van grootvader Odile, de eerste champetter in Mariaburg

De Eerste Wereldoorlog leidt de West-Vlaming Odile Vereecke naar Sint-Mariaburg. In 1918 zit zijn compagnie de terugtrekkende Duitse troepen op de hielen. Zo belandt Odile in de buurt van Ekeren. Na de demobilisatie wordt hij de eerste ‘champetter’ in de wijk Sint-Mariaburg. Dochter Lucienne (88) heeft nog vage herinneringen over haar vader. Kleinzoon (53) Jorg dook in het verleden van zijn grootvader en ontdekt beetje bij beetje zijn oorlogsverleden. Later wil hij hierover een boek schrijven.

Marc Wouters

Wanneer Koning Albert I, opperbevelhebber van het Belgisch leger, op 31 juli 1914 de mobilisatie afkondigt, woont de 19 jarige Odile Vereecke in het rustige West-Vlaamse dorp Keiem, nabij Diksmuide. Hij is net als zijn vader bakker. Op 4 augustus van hetzelfde jaar overschrijden de Duitse troepen de Belgische grens ter hoogte van Luik. ‘De Groote Oorlog’ is een feit.

“Na de invasie vlucht Odile, net zoals vele jongemannen naar Frankrijk. Zijn vader bezorgt hem de nodige proviand om de eerste dagen door te brengen. Odile springt op zijn fiets en vertrekt”, vertelt Jorg. Wat volgt, is het zwarte gat voor de familie Vereecke. “Vader sprak niet over zijn oorlogsverleden”, zegt dochter Lucienne. “Hij wou ons blijkbaar sparen voor de gruwel die hij had meegemaakt.”

© rr

Eenzelvigheidattest

Nadat kleinzoon Jorg de familiegeschiedenis langs moeders kant had uitgevlooid, wou hij meer weten over zijn grootvader Odile. “Ik vond hier een daar een vergeeld briefje, een foto of een doodsprentje. Het eenzelvigheidattest (identiteitskaart) vertoonde een aantal stempels dat enig licht wierp op het verblijf van grootvader in Frankrijk.” Het zou een helse tocht worden, zo blijkt toch uit de archieven die Jorg beetje voor beetje wist te verzamelen. Eind september steekt Odile in Veurne de grens over, waar hij zich meldt. “Waarom mijn grootvader met de Chemin de Fer d’ Orlean naar Zuid-West Frankrijk spoorde, weten we niet. Wellicht dacht hij dat de Duitsers dat gebied nooit zouden bezetten.”

Om Belgische dienstplichtigen op te sporen richtte de regering in ballingschap in het voorjaar van 1915 een aantal wervingsburelen in Frankrijk op. “Dit jaar besloot ik tijdens onze vakantie eens te grasduinen in de archieven in Angoulême. Een vriendelijke ambtenaar overhandigde mij een nog ongeopende bruine enveloppe met het opschrift ‘Miliciens Belges.” Daarin vond Jorg de oproepingsbrief van Odile, die zich op dat ogenblik bevond in het dorpje Saint-Georges vlakbij Ruffec. Op 23 juni vertrekt Odile naar het front in de regio Diksmuide en wordt ingekwartierd bij boer Hollevoet in Booitshoeke. Tijdens zijn verblijf leert hij daar zijn later vrouw Marie-Louis Hollevoet kennen. De hele oorlogsperiode doet Odile dienst als ordonnance te paard. Wat hij tijdens die periode heeft meegemaakt, blijft voorlopig een open vraag.

Champetter

Na de oorlog beloonde het vaderland verschillende oud-strijders met de post van garde of veldwachter. Odile werd de eerste champetter in Mariaburg-Ekeren en vervulde zijn ambt met militaire preciesheid. “Hij was streng, maar rechtvaardig”, vertelt dochter Lucienne. Door de ene bemind, door de andere vergruisd. Hij was een uitbundig type die graag op café een babbeltje sloeg. Hij was lid van verschillende verenigingen, zoals de duivenbond en de biljartclub. Eén van zijn opdrachten was het sluitingsuur van de cafés te doen respecteren. Na het besluit van de Antwerpse burgemeester Frans Van Cauwelaert om alle bordelen en warme cafés uit het stadsbeeld te bannen, verhuisden de dames van plezier naar Mariaburg. “Daar had vader zijn werk mee. Hij kwam ’s avonds soms heel laat thuis”, vertelt Lucienne met een knipoog.

© rr

Na zijn loopbaan als agent werd Odile cafébaas in Kapellen. Hij overleed onverwacht op 24 september 1957 op 62-jarige leeftijd. Odile werd vereremerkt met onder meer de medailles in de Leopoldsorde, de Vuurkruiser en de Overwinnings- en Herinneringsmedaille. Vereecke blijft een gekende familie in Mariaburg en omgeving. “Het is de bedoeling verder in het verleden van mijn grootvader te graven. Later wil ik hierover een boek schrijven”, zegt Jorg. Verschillende straatnamen in Sint-Mariaburg zijn naar oud-strijders uit de Eerste en Twee Wereldoorlog genoemd. De naam van Odile Vereecke ontbreekt tot op heden in het straatbeeld.