De brandweer rukte in de nacht van vrijdag 15 december op zaterdag 16 december 2023 uit naar de parking aan het Rozenbergpark in Mol. Een auto brandde daar volledig uit en een Mercedes die naast de brandende auto geparkeerd stond, raakte ook beschadigd. Het was al snel duidelijk dat er sprake was van opzettelijke brandstichting na een inbraak in de auto.

B.M. (43) uit Mol bevond zich in dronken toestand op de parking en stond dinsdag terecht voor de opzettelijke brandstichting en voor diefstal. “De politie trof de beklaagde op de parking aan met een rugzak en allerlei spullen van de eigenaar van de uitgebrande auto”, zei openbare aanklager Annelore Kennis op de correctionele rechtbank in Turnhout. “Een buurtbewoner was B.M. even voordien tegengekomen. M. had hem verteld dat hij een auto in brand had gestoken, maar hij zou dit nadien hebben weggelachen.”

Nachtwinkel

De procureur verwees ook naar camerabeelden waarop B.M. op het tijdstip van de brand in de buurt te zien zou zijn. “Om 1.10 uur werd de brand gemeld en om 1.17 uur kwam de beklaagde al in beeld in de buurt van het winkelcentrum Rozenberg. Om 1.24 uur wandelde hij het Charel Coolspad op naar de nachtwinkel. Toen had hij al de rugzak bij. Daarna ging hij opnieuw naar de plaats van de feiten”, legde Annelore Kennis uit. “De beklaagde verklaarde aan de onderzoeksrechter dat hij die avond op café veel Duvels had gedronken. Hij zou de rugzak hebben gevonden naast de spoorweg. De man werd al negen keer veroordeeld onder meer voor diefstallen en vernielingen en hij was vrij sinds mei 2022. Hij is hervallen in de problematiek van alcoholmisbruik.”

Het Openbaar Ministerie vond dat er genoeg bewijzen waren om B.M. en vroeg de rechtbank om de veertiger te veroordelen tot een effectieve celstraf van dertig maanden of 2,5 jaar.

De eigenaar van de uitgebrande auto stelde zich burgerlijke partij en vroeg een schadevergoeding. “Het slachtoffer was die avond op bezoek bij vrienden en had zijn auto op die parking gezet”, verduidelijkte meester Lore Dyckmans, de advocate van het slachtoffer.

Onsamenhangend

Volgens de raadsman van B.M. is zijn cliënt helemaal niet schuldig aan brandstichting en moet hij daarvoor worden vrijgesproken. Hij vroeg ook om de feiten van diefstal van de rugzak te herkwalificeren naar heling.

“Op de camerabeelden op het Stationsplein in Mol is hij te zien in het bezit van de rugzak. Hij zei me dat hij die rugzak die nacht had gevonden op het Charel Coolspad”, pleitte meester Andy Boermans. “Nadat hij een fles drank had gekocht, is hij weer naar de Rozenberg gewandeld. Maar de camerabeelden zijn onduidelijk en het relaas van de getuige is onsamenhangend. Het Openbaar Ministerie faalt in de bewijslast wat betreft de brandstichting. Mijn cliënt had gedronken, maar hij dacht dat hij werd opgepakt voor openbare dronkenschap.”

De rechtbank houdt de zaak in beraad en doet een uitspraak op 28 mei.