Beeldende kunst

Ook op de Biënnale van Venetië valt de oorlog in Oekraïne niet te negeren

We zien de ontvoerde kinderen slapen op een veilige plek, maar we kennen hun trauma’s niet.© Nicolas Lobet Pryzm

Oekraïne is in Venetië op liefst drie plekken vertegenwoordigd: in het eigen paviljoen, dat van Polen en in een palazzo waar de kunst uitdaagt om te durven dromen.

Geert Van der Speeten

Polen trok zijn inzending voor de Biënnale in en verving ze door Repeat after me. Dat moeten we letterlijk nemen: het Poolse paviljoen roept de bezoeker op om, in ware karaokestijl, te imiteren hoe het geluid van drones of mortieren bij de Oekraïners is blijven nazinderen.

Rusland is dit jaar opnieuw niet van de partij bij de Olympische Spelen van de kunst – al palmt een geëmigreerde Russische kunstenares wel het Oostenrijkse paviljoen in. Oekraïne vind je daarentegen in veelvoud. De eigen, krappe presentatie in de Arsenale heet Net making. De titel verwijst naar het weven van camouflagenetten, een gemeenschapsvormend initiatief dat al voor de oorlog ontstond. Vier kunstwerken gaan over ervaringen delen, onder meer van burgers die het Youtube-kanaal over hun hobby’s omschakelden naar oorlogsverslaggeving. Van enig cynisme getuigt de bijdrage van Andrii Dostliev en Lia Dostlieva. Ze ronselden elf Britse gelegenheidsacteurs om voor de camera de stereotiepe, lijdende Oekraïense vluchteling uit te beelden zoals wij die blijkbaar voor ogen hebben.

Bij de Biënnale van 2022 haalde het Pinchuk Art Centre kort na het uitbreken van de oorlog het nieuws met een pop-uptentoonstelling over Oekraïne. Zelenski gaf een boodschap mee, ook de kunst was vooral een luide schreeuw om aandacht.

De Vlaming Björn Geldhof, directeur van dat kunstencentrum in Kiev, bouwde met zijn team een nieuwe presentatie op die een stap verder gaat. De vragen die in het achterhoofd spelen: “Wat verandert er als deze oorlog voorbij is? Hoe gaan we dan om met de vijand? Met de uitgeputte natie?” Oekraïne moet verbinding zoeken met de rest van de wereld, vindt Geldhof. Dare to dream voert daarvoor utopieën en doembeelden aan.

De oorlog zelf valt ook in dit statige palazzo niet te negeren. Aangrijpend zijn de beelden van grafdelvers. Of van ontvoerde kinderen die teruggekeerd zijn: we zien hen slapen op een veilige plek, maar we kennen hun trauma’s niet. De slotvideo, Bird cage van David Claerbout, over een explosie die een paradijselijke wereld besmet, krijgt hier een eigen lading: het Avondland staat onder permanente dreiging van geweld.

Onderweg hoor je gezangen van verzet, uit diverse landen, die de kracht van een gemeenschap illustreren. Op een berg aarde plantte Fatma Budcak rozen uit Damascus, die dezelfde route hebben afgelegd als de migrant. De kleine plantjes zijn metafoor voor groeien en je plaats veroveren. Maar ook voor: hoe moet Oekraïne zijn roos vinden?

‘Dare to dream’ van Pinchuk Art Centre, Palazzo Contarini Polignac tot 1/8/2024.