Mode-ontwerper Christian Wijnants: “Iemand op straat iets van mij zien dragen. Dát is succes voor mij”

© Valerie De Backer

Hij is niet de man van de excentrieke ontwerpen of statements. Maar in de luwte is Christian Wijnants wel al twintig jaar een van onze meest gerespecteerde modeontwerpers. Dries Van Noten inspireerde hem, zijn moeder verzamelt zijn ontwerpen, en vrouwen die zijn kleren dragen, maken hem blij. “In Parijs zag ik een Japanse in een jurk van mij. Ik ben haar gaan vragen of het echt waar was.”

Hans-Maarten Post

Als we zijn atelier verlaten, wensen we Christian Wijnants (47) succes met het witte blad. “Misschien hebben jullie me wel op een idee gebracht”, antwoordt de internationaal gerespecteerde modeontwerper glimlachend, als hij de rol roze stof opbergt die hij uit zijn stock had gehaald voor de foto’s. “Minstens tien jaar oud is deze al. Wie weet kleurt mijn zomer wel compleet roze volgend jaar.”

We treffen de 47-jarige ontwerper – half Belg, half Zwitser – op dat zeldzame moment in zijn agenda waarop er heel even minder druk op de ketel staat. De ene collectie is net voorgesteld en nu moet hij aan de volgende beginnen. Hij toont de grote panelen waarop hij elk seizoen nieuwe foto’s op prikt die ter inspiratie moeten dienen: ze zijn nog leeg. “Idealiter zou ik nu op vakantie gaan”, vertelt hij. “Naar een oord dat mij inspireert. Maar ik verkies om hier verder te doen. Om in boeken en mijn archief te neuzen. Het is tegelijk opwindend en confronterend. ‘Wat kan ik nu nog bedenken?’, durf ik soms weleens te twijfelen.”

Nadat hij afstudeerde aan de Antwerpse Modeacademie, werkte Wijnants een jaar bij Dries Van Noten. We willen weten wat hij dacht toen hij hoorde dat Van Noten stopt. “Ik had me al afgevraagd hoe lang hij nog door zou gaan. Hij tekende als een van de laatste groten nog zelf zijn collecties. Bij merken als Martin Margiela, Ann Demeulemeester, Jil Sander of Helmut Lang, die ooit ook aan een persoon gebonden waren, gebeurt dat inmiddels door anderen.” Er komt een stoel vrij. Zou het iets voor hem zijn? “We hebben vorig jaar twintig jaar Christian Wijnants gevierd. We zijn in volle groei. Ik zou het jammer vinden om dat te moeten opgeven. Twee jobs combineren? Onmogelijk. Plus: hoe vervang je iemand als Dries? Ik weet niet of ik het zou kunnen.”

© Valerie De Backer

Dries Van Noten is de man door wie jij de mode in bent gegaan. Foto’s van zijn collecties hingen in je tienerkamer, samen met de topmodellen van toen.

“Ik groeide op in Brussel, in de jaren tachtig, negentig. Er was nog geen internet en je zag alleen beelden van mode als er af en toe een foto in de krant of in Knack Weekend stond. Er was geen overdosis aan informatie zoals nu. Ik vond de modewereld meteen fascinerend. Ik kaftte mijn boeken met foto’s van en artikels over defilés. Ik hing posters aan mijn muur met collages van foto’s van Dries Van Noten en van andere modeshows en topmodellen .”

“Helemaal verslingerd raakte ik toen ik in 1993 in het Antwerpse Felixpakhuis een tentoonstelling zag over mode en de academie. Ik kwam weleens in Antwerpen omdat daar enkele bijzondere winkels waren; het was de enige manier toen om mode in het echt te zien. Ik liep dan telkens voorbij het Modepaleis, de winkel van Dries Van Noten, maar ik durfde er nooit naar binnen te gaan.”

“Ja, het was vooral Dries Van Noten die me fascineerde. Hij creëerde een prachtige, dromerige wereld. Zijn kleuren, de borduursels, de modellen, die inspiratie uit India, dat beetje glamour en die vrouwelijkheid ... Ik heb toen vrij snel besloten dat ik ook mode wilde gaan studeren.”

Toen je aan de Antwerpse Modeacademie begon, waren jullie met tachtig in dat eerste jaar. Toen je afstudeerde, waren jullie nog slechts met acht.

“Wat er in die opleiding vooral van je wordt gevraagd – en dat is moeilijk voor een achttienjarige – is om een eigenheid te creëren. Om afstand te nemen van trends en ontwerpers. Om naar binnen te kijken en je af te vragen: wie ben ik en wat wil ik? Dat is een lastige zoektocht.”

“Mijn tweedejaarscollectie was heel subtiel, met simpele vormen, eerder minimalistisch. Veel eenvoudiger dan veel van wat je toen op de academie zag. Maar het werd geapprecieerd, in tijden waarin “veel” het codewoord leek te zijn.”

“Wat toen mijn werk kenmerkte, zie je nog steeds terugkomen. Ik hou niet van te harde dingen. Ik verkies een soort zachtheid, iets poëtisch. Al mag het ook verrassen en zelfs storen. Uiteindelijk vind ik esthetiek nog altijd het belangrijkste. Kleren moeten aantrekkelijk zijn, je moet ze willen dragen.”

Wat zit er van jou in je collecties? Wat onderscheidt Christian Wijnants van andere merken?

“Ik hou erg van breiwerk, van mooie materialen, kleuren en prints, van comfortabele kleren. Ik heb een haat-liefdeverhouding met mode. Mensen die te zeer in de ban van de trends zijn, die te veel moeite doen, vind ik niet zo inspirerend. Ik hou van haast tijdloze mode, van niét-modieuze mode.”

“Ik hou eigenlijk meer van kleren dan van mode. Mode is fascinerend, maar tegelijk vluchtig, terwijl kleren blijven”

Christian Wijnants

Modeontwerper

“Mode is vaak een statement, iets van één seizoen. Wat mij vooral boeit, is om iets in de wereld te brengen dat nog twee of drie generaties mee kan gaan. Om kleren te creëren die door echte vrouwen gedragen worden, in het echte leven. Veel meer dan om een indrukwekkende modeshow van vijf minuten te maken. Een defilé, hoe mooi ook, wordt snel vergeten. Maar een jas die je uit die collectie koopt, draag je twintig jaar later nog. Die vergeet je niet. Ik hou eigenlijk meer van kleren dan van mode. Mode is fascinerend, maar tegelijk vluchtig, terwijl kleren blijven.”

Heb je je eerste ontwerp nog?

“Ja, gelukkig is er bij mijn ouders veel plaats. (lacht) Ik heb redelijk veel bewaard. Ook al heb ik er al lang niet meer naar omgekeken, toch zou ik het moeilijk vinden om die ontwerpen zomaar weg te doen. In het eerste jaar aan de modeacademie heb ik drie à vier stuks gemaakt. Die heb ik nog. Net zoals mijn schetsboek met mijn eerste tekeningen.”

Is je moeder nog steeds je grootste verzamelaar?

“Absoluut. (lacht) Ik nodig haar telkens weer uit om nieuwe stuks te komen kiezen. Ze kleedt zich bijna alleen in mijn kleren. Mijn zus ook. Ik vind het leuk om een echte vrouw te kunnen kleden, uit mijn eigen omgeving. Net zoals ik het altijd tof vind als ik iemand op straat iets van mij zie dragen. Dát is succes voor mij. Dat vind ik leuker dan een actrice of celebrity die in iets van mij op een rode loper staat, of in een modeshoot in een tijdschrift.”

“We hebben net van één broek 450 stuks verkocht. Dan denk ik: wow, dat is een goede broek. (lacht) Het geeft me veel voldoening, te weten dat er nu ergens in Japan of Nieuw-Zeeland een kledingstuk van mij gedragen wordt. Ik ontwerp iets dat mensen doet dromen, en zij maken er vervolgens hun eigen verhaal mee.”

Is er een anekdote? Jij die ergens op deze aardbol iemand in je kleren tegenkomt?

“Dat gebeurt regelmatig. En al zeker hier in Antwerpen. Soms moet ik twee keer kijken, en als ik twijfel, vraag ik het gewoon, en stel ik mezelf altijd voor. In Parijs gebeurde het recent ook, met de modeweek. Ik zag een Japanse vrouw in een jurk en ik ben het haar gaan vragen. Kan het dat u een creatie van mij draagt? Natuurlijk was ze verrast, want ze had geen idee wat die vreemde haar kwam vragen. Dat was een magisch moment.”

© Valerie De Backer

Welk klein feit of detail deed je in al die jaren beseffen dat je met Christian Wijnants een trapje hoger was geklommen?

“Ik heb een persagent in New York, en ik herinner me dat er ooit best wat celebrity’s mijn kleren droegen. Zoals Kelly Clarkson en Anne Hathaway. Er heeft ooit een actrice in een van mijn creaties op de cover van het weekendmagazine van de New York Times gestaan. Bij zoiets besef je: wow, dat zal door veel mensen gezien worden.”

“Maar voor het eerst mijn naam op de officiële kalender van de modeweek in Parijs zien staan, vond ik nog het meest bijzonder. Tussen al die andere grote merken? Zwart op wit? Op zo’n kalender die iedereen in de modewereld ziet? Die eerste show in Parijs was echt een mijlpaal.”

“En dan zijn er natuurlijk de prijzen. Die met de grootste impact was de International woolmark prize. In de eerste ronde was Alber Elbaz, toen nog artistiek directeur bij Lanvin, een van de juryleden. Ik herinner me nog altijd het leuke gesprek dat we toen hebben gehad. In de finale in Londen zaten Donatella Versace, Diane Von Furstenberg en Victoria Beckham in de jury. Ik ben ook maar een mens. Het is altijd leuk om iemand die je kent van tv of uit tijdschriften in het echt te zien. (lacht) Als ze je dan ook nog complimenteren met je werk?”

Duurzaamheid is belangrijk voor jou en je schrikt er niet voor terug om daar stelling over in te nemen. “Geen enkel product verliest zo snel zijn waarde als kledij: je levert in september en in november is het al Black Friday”, zei je al. Of: “Een vijftienjarig meisje dat elke week op de Meir iets nieuws koopt, dat is niet normaal.”

“Heb ik dat gezegd? (lacht) Het blijft een groot probleem. Daarom vind ik béter consumeren zo belangrijk. Ik ben zelf het levende voorbeeld. Ik koop weinig kleren maar als ik iets koop, dan koop ik iets goeds. Ik draag kleren van twintig, dertig jaar geleden, als ze me nog passen.”

“Wat mij triest maakt, is dat kleren zo weinig waarde hebben in de ogen van velen. Terwijl … (Hij neemt een staal op zijn bureau, red.) Deze stof kost 23,10 euro voor een meter. En dan is er nog niks mee gedaan. De massaconsumptie … Dragen, weggooien, en hup naar het volgende, dat vind ik zo jammer.”

“Die tendens? Nee, je hoeft dingen niet beu te zijn omdat je de juiste keuzes maakt. Soms, door de juiste – wat duurdere – prijs te betalen, zul je langer twijfelen en de juiste beslissing nemen. Je zult het minder snel weggooien.”

“Voor mij heeft duurzaamheid te maken met kleren op de markt brengen die lang meegaan. Het is een houding die bij mij met de paplepel is meegegeven. Mijn moeder is Zwitsers en Zwitsers hebben al lang iets met ecologie en duurzaamheid. Als kind? Wij recycleerden toen al, thuis. Kochten enkel wat we echt nodig hadden.”

Welke vraag ligt er nu op tafel? Waar worstel je mee?

“Toen ik als twintiger mijn eigen merk begon, dacht ik: ik moet iets ánders kunnen bieden. Want er zijn al zoveel merken. Twintig jaar later stel ik mij nog steeds dezelfde vragen. Waarom zouden mensen mijn kleren moeten kopen? Waarom zijn wij nog relevant?”

“Er zijn al zoveel kleren, en ik moet wéér een zomercollectie maken? Ik heb veel vragen, maar niet altijd de antwoorden. Die komen meestal door het werk zelf”

Christian Wijnants

Modeontwerper

“Ze steken vooral de kop op als ik, zoals nu, aan een nieuwe collectie begin. Er zijn al zoveel kleren, en ik moet wéér een zomercollectie maken? Ik heb veel vragen, maar niet altijd de antwoorden. Die komen meestal door het werk zelf. Langzaam bedenk je iets, en op het einde besef je plots: dit is wat ik wilde zeggen.” (glimlacht)

“Door al die jaren ervaring weet ik inmiddels iets beter wat zal werken en wat niet. Alhoewel. We proberen het soms in te schatten: de stoffen en de modellen die het volgens ons goed zullen doen. En toch is het elke keer weer een verrassing om te zien wat de best verkochte items zijn, en wat niet werkt. Soms snap ik het nog steeds niet. (lacht) Dat maakt het best een zware business. Alles kan ook in een vingerknip veranderen. Soms heb je een heel goed jaar, en dan komt er een seizoen dat niet goed loopt, waardoor alles wat je hebt opgebouwd weer afbrokkelt.”

Toen je bij Dries Van Noten vertrok, zei hij: “Je mag me altijd bellen als je in de knoop zit.” Heb je dat in die twintig jaar ooit gedaan?

“Het was niet dat ik hem zelf kon bellen, hoor. (lacht) Hij bedoelde eerder Dries Van Noten als bedrijf. En dat hebben we regelmatig gedaan. Vooral de eerste jaren. Ze waren erg behulpzaam, wat in de modewereld niet de gewoonte is. Een paar weken geleden nog hadden we contact. Dat is het fijne aan Antwerpen: we kennen en respecteren elkaar, en helpen elkaar. Maar Dries, nee, die heb ik nooit gebeld, met de vraag of hij mij kon helpen kiezen tussen de ene of de andere kleur.” (lacht)

Wie is Christian Wijnants?

Christian Wijnants (47) – Belgische vader, Zwitserse moeder – groeit op in Brussel. Hij studeert in 2000 af aan de Antwerpse Modeacademie, waar hij de Dries Van Noten award wint voor zijn afstudeercollectie. Hij brengt in 2003 zijn eerste collectie op de markt, wint in 2005 de Swiss textiles award en in 2013 in Londen de prestigieuze International woolmark prize. Hij opent in 2015 een winkel in Antwerpen en in 2022 een in Berlijn. Wereldwijd heeft hij zo’n 150 verkooppunten.

Aangeboden door onze partners

Meer lifestyle

Aangeboden door onze partners

Meer over Christian Wijnants

Hoofdpunten

Keuze van de redactie