‘Ik wil niet weten voor wie mijn ouders gestemd hebben. Als het voor Trump is, hoe kan ik dan nog van hen houden?'

© Blommestijn

Een vuile lafaard had hij hem al genoemd, nu schakelde Scott Wagner nog een versnelling hoger. In een filmpje stuurde de Republikeinse uitdager een waarschuwing naar zijn tegenstrever, de huidige, Democratische gouverneur van Pennsylvania: ‘Zet maar een baseballmasker op, want ik stamp je gezicht kapot, met m’n golfschoenen.’ De Amerikanen trekken opnieuw naar de stembus, en het klimaat is giftiger dan ooit.

Steven De Foer en Ine Roox, illustratie Rhonald Blommestijn

Het is maar één voorbeeld uit vele. Zoals blanke kandidaten die zeggen dat een zwarte tegenkandidaat ‘de aap niet moet uithangen’. Het is oorlog in de aanloop naar de midterms van 6 november.

Journalisten Steven De Foer en Ine Roox doorkruisen vanaf zaterdag de VS in aanloop naar de verkiezingen. Ze ontdekken een land dat verdeeld wordt door politiek: ‘Vroeger vlogen we elkaar op familiefeestjes constant in de haren over politiek, maar tegen de avond lachten we en zeiden we dat we van elkaar hielden. Dat lukt nu niet meer.’ Volg hun reis vanaf zaterdag op De Standaard, lees hier al een voorproefje.

Politieke wetenschappers gewagen van de belangrijkste tussentijdse verkiezingen in meer dan een eeuw. Er wordt geen president verkozen, maar wel nieuwe gouverneurs en vooral een nieuw Congres. De Democratische oppositie wil de macht teruggrijpen in het Huis van Afgevaardigden, en lijkt daarin te zullen slagen. Een oppositie met de macht om hem te dwarsbomen: voor Trump zou het een nachtmerrie zijn.

The Donald is al weken op campagne. Terwijl orkaan Michael het zuiden van het land teistert, trekt hij van het ene stadion naar het andere om zijn achterban op te jutten. Hij noemt de Democraten ‘boosaardig’: ‘Je geeft geen lucifers aan een pyromaan, en je geeft ook geen macht aan een woedende linkse meute.’

Trumps agressieve toon maakt school. Het regent klachten over racistische propaganda en pogingen tot manipulatie van de uitslagen. Kandidaten vechten (letterlijk!) om een microfoon, canvassers krijgen klappen op straat. Op sociale media lijkt het alsof er ieder moment een nieuwe burgeroorlog kan uitbreken, en zelfs in de kwaliteitspers wordt de vraag gesteld of zoiets denkbaar is.

Iedereen gefrustreerd

Hoe is het zo ver kunnen komen? De sociologe Arlie Russell Hochschild beschreef in Strangers In Their Own Land (2016) hoe blanke kiezers uit de lagere middenklasse zich vreemdelingen voelen in hun eigen land, en daarom hun eieren in het mandje van Donald Trump leggen. Toen die verkozen werd, belde één van haar gesprekspartners haar op: ‘Nu voelt u zelf eens hoe het is.’ Na nog geen twee jaar is het gevoelen van onmacht en vervreemding bij tegenstanders van Trump al bijna even groot (44 %) als bij zijn aanhangers (47 %). Onder vrouwen en raciale minderheden is het extra sterk, maar verder komt het overal voor, in verarmde streken maar ook in welvarende. Iedereen gefrustreerd over de ander: toch één ding waarover de Amerikanen het nog eens zijn.

In dit toxisch klimaat gedijen haatzaaiers beter dan bruggenbouwers. Bij de Republikeinse partij is het laatste greintje redelijkheid en ethiek al enkele jaren geleden op sterk water gezet, maar ook de Democraten hebben nu de handschoenen uitgetrokken. In 2016 oogstte Michelle Obama nog applaus met haar oproep tot waardigheid: ‘When they go low, we go high.’ Maar straatvechter Trump won, veroorlooft zich als president de vreselijkste uitspraken en daden, en blijft toch populair bij zijn achterban. En dus delen Democraten steeds vaker de mening van mensen zoals Michael Avenatti, een mediageile advocaat die droomt van het presidentschap: ‘Als zij het vuil spelen, dan spelen wij het nog vuiler.’ Onlangs daagde hij Trumps zoon Donald jr. uit tot een gevecht in de ring. Een frats van een tafelspringer, maar toch lijkt ook het partijbestuur meer en meer te opteren om vuur met vuur te bestrijden. De druk van de jonge en fanatieke linkervleugel van de partij dwingt het daartoe. Zelfs Hillary Clinton zei op CNN: ‘Pas als we de midterms gewonnen hebben, kunnen we weer aan goede manieren denken. Tot dan moeten we zoals de Republikeinen denken, die maar één ding respecteren: kracht.’

Dat alleen het recht van de sterkste telt, bleek bij de benoeming van rechter Brent Kavanaugh in de Senaat. Na weken onverkwikkelijk gekrakeel, werd de knoop doorgehakt in een stemming die haast perfect volgens partijlijnen liep. Het gaat niet meer om de waarheid, het gaat om winnen.

Zaterdag leest u in dS Weekblad meer over de toenemende polarisering in de VS. ‘Ik wil niet weten voor wie mijn ouders gestemd hebben. Als het voor Trump is, hoe kan ik dan nog van hen houden?’