De persoonlijke kant van kerkverlating
Ruim tien jaar geleden verliet ik na ruim vijftig jaar met groot verdriet de kerk. Al ben ik mij er heel goed van bewust dat ik net zo onvolmaakt ben als mijn medebroeders en zusters die zich daar wél thuis voelen. Maar het verbaast me totaal niet dat er zoveel kerken leeglopen, omdat zoveel leerstellingen en tradities vele bijbelse waarheden en opdrachten voor de ware kerk van Jezus Christus hebben overgenomen.
Ik ben afgehaakt omdat:
- ik regelmatig zuigelingenvoedsel voorgeschoteld kreeg in plaats van de vaste spijze waar de Bijbel over spreekt, en ik dit op het laatst niet meer kon verdragen.
- Gods Geest soms maar heel weinig ruimte krijgt, omdat alles al voorgeprogrammeerd is.
- ik het geruzie, geroddel en scheuringen spuugzat was.
- ik wist dat mijn bediening buiten de kerk lag en dit werd niet begrepen.
- harde praisemuziek soms belangrijker werd dan de stille heiligheid voor God en zijn woord. Zelfs tijdens het vieren van het heilig avondmaal was er geen stilte meer.
De druppel die de emmer deed overlopen, was dat ik wekenlang elke zondag in de kerk zat te huilen vanwege een echtscheiding, en er nooit eens een arm om me heen werd geslagen, ook in de week niet. Al ben en blijf ik mij heel goed bewust van mijn eigen falen en fouten. Toch heb ik door Gods kracht en genade dat allemaal achter me kunnen laten en de weg van vergeving gekozen.
Gelukkig is dit niet overal aan de orde, want ik weet dat God in sommige kerken en op vele plaatsen op een geweldige manier bezig is.
Ik mag in alle bescheidenheid zeggen dat mijn persoonlijk geloofsleven nooit heeft geleden onder het verlaten van de kerk, maar zich door de jaren heen alleen maar heeft verdiept door mijn dagelijkse bijbelstudie, gebed en omgang met medegelovigen. Ik wil beslist niet de indruk wekken dat kerkgang niet meer nodig zou zijn, want het is een bijbelse opdracht, die ik zelf helaas niet meer waar kan maken.
Ik ben niet gelovig opgevoed, maar kwam als meisje van tien jaar tot persoonlijk geloof op een openbare school, via de wekelijkse catechisatie. Later begreep ik dat daar ook een kerk en Bijbel bij hoorde. Eerlijk gezegd, heb ik me daar nooit helemaal goed thuis gevoeld, vanwege de soms sombere en onbegrijpelijke prediking, en wetten en regeltjes door mensen gemaakt. Al heb ik ook hele fijne en geweldige zegeningen in de kerk mogen meemaken. <