Direct naar artikelinhoud

In dit land geen sterkere verbindende factor dan code rood

In dit land geen sterkere verbindende factor dan code rood

Het sneeuwde gisteren. En niet zo'n beetje, een paar vlokjes, maar het sneeuwde maatschappij-ontwrichtend. Althans, vanaf 11.58 uur, toen de NOS een alert de wereld instuurde: code rood. In het NOS Journaal legde weerman Marco Verhoef aan Amber Brantsen uit wat code rood eigenlijk betekende. Hetzelfde als code oranje, zei Marco, maar dan met een 'grote impact op de samenleving'. Tot aan maatschappij-ontwrichtend toe dus. Als je niet oppaste, stond je zo vijf uur lang muurvast in de file, zei Marco. Amber keek geschrokken, ze moest er duidelijk niet aan denken.

Het was een schitterende dag. Het weer hoeft zich hier nog niet eens van z'n allerextreemste kant te laten zien, of al het andere nieuws stelt opeens niks meer voor. Dat is erg prettig. Donald Trump wil weer naar de maan - so long sucker, het is hier code rood, ja!

Het weer hoeft zich hier nog niet eens van z'n allerextreemste kant te laten zien, of al het andere nieuws stelt opeens niks meer voor

Verslaggever Henrik-Willem Hofs stond ergens langs de A27. Hoe het was geweest onderweg, vroeg Amber Brantsen. 'Het viel me eigenlijk nog wel mee', zei Hofs. Maar met de avondspits, dan werd het toch zeker wel chaos? Het kon volgens Hofs twee kanten op: 'Het kan meevallen, maar het kan ook tegenvallen'.

Niet wat je wilt horen, op zo'n dag. Henrik-Willem Hofs begreep even zijn rol niet. Bij storm en ontij stuurde de NOS vroeger altijd Kees van Dam op pad en die wist hoe het moest. De grootmeester van code rood. Hij ging vol in de storm staan, bond zich desnoods vast aan een lantarenpaal en interviewde intussen met de microfoon tussen de tanden een dijkgraaf. Kees zei nooit: 'Het valt mee.' Hij begreep dat er in dit land geen sterkere verbindende factor is dan code rood en dat je de schaarse keren dat die zich voordoet niet mag verspillen door de zaak een beetje te gaan staan relativeren. Dan moet je er ook vol inkleunen.

De NOS had al vroeg een filmpje met tips online gezet: 'Wat als je toch op pad moet?' Je moest het zadel van je fiets lager zetten zodat je snel met je voeten bij de grond was, of lucht uit de banden laten lopen voor de grip. In de auto was het aan te raden in z'n twee op te trekken en niet vol op de rem te gaan staan in de bocht. Wandelaars konden het best hun leren zolen 'ruwer maken met schuurpapier'. Dat waren prima tips.

Kees van Dam begreep dat er in dit land geen sterkere verbindende factor is dan code rood

Juist toen ik me voor het raam stond af te vragen hoeveel sneeuwvlokken er op zo'n dag in Nederland eigenlijk naar beneden dwarrelen, gaf weerman Peter Kuipers Munneke op Twitter het antwoord: zeventig miljoen miljard. In welk ander land tellen ze de sneeuwvlokken?

Suzanne Bosman interviewde bij EénVandaag cultuurhistoricus Gerard - ik ga het huis niet uit! - Rooijakkers, die altijd wel wat interessants heeft te melden. Volgens hem waren onze voorouders beter voorbereid op winterweer dan wij. Hout voor de kachel, de kelder vol winterwortels, klaar. Nu kan onze volksaard de sneeuw niet meer aan, zei Gerard, iedereen staat meteen in de alarmstand.

Helemaal niet: onze volksaard kan er prima tegen. We vinden niks leukers dan dat de boel zo nu en dan in het honderd loopt en het de hele dag over niets anders gaat dan het weer, de files en uitgevallen treinen. Met wat vaker code rood zag dit land er heel anders uit. De wereld wordt opeens wit en overzichtelijk en Nederland een lief dorp.

De wereld wordt opeens wit en overzichtelijk en Nederland een lief dorp

Het Openluchtmuseum was vanwege de sneeuw gesloten; maar dat gaf niet, want het was toch even overbodig.

In de supermarkt had iedereen het over de sneeuw en code rood. Het was gezellig. Bij de tabaksbalie kocht iemand een slof Marlboro. Het hamsteren was begonnen.