Carrossier/garagist stopt ermee na 50 jaar: “Zelfrijdende auto’s maken ons beroep binnenkort overbodig”

Herman Van de Ven (67) uit Kapellen werkte meer dan een halve eeuw als garagist. De blikken constructies uit zijn beginperiode zag hij evolueren tot veiliger auto’s. Vakkennis blijft essentieel. Maar àlles kennen van een auto is nu niet meer mogelijk, vindt Van de Ven, die in 1988 Ford-verdeler werd. Hij gaat nu met pensioen.

Erik Vandewalle

“Fascinerend als je bekijkt hoe auto’s en bijhorende technologie de voorbije decennia zijn veranderd. Toen ik als 16-jarige knaap begon in een kleine garage aan de Waterstraat in Stabroek, was een auto heel basic. De auto’s van toen waren niet meer of niet minder dan blikken dozen op vier wielen. Wanneer toen twee auto’s frontaal botsten, waren er zo goed als zeker doden te betreuren. De garage waar ik begon, had ook een depannagedienst. Bijna elk weekend moesten we toen uitrukken voor zware, vaak dramatische ongevallen. Dat is nu gelukkig sterk verminderd en dat heeft veel te maken met de veiligere auto’s van nu. Kreukelzones, airbags, veel sterkere carrosserie en stevigere ophanging maken alles veiliger. Er wordt ook veel meer kunststof gebruikt.”

Dat heeft tot gevolg dat er veel minder zwaar werk in de carrosserieafdeling komt. “Toch is het aantal schadegevallen niet echt gedaald. De meeste schadegevallen zijn niet meer het gevolg van ongevallen, wel van aanrijdingen met obstakels. Lage paaltjes zijn bijvoorbeeld heel vervelende hindernissen. De autosensoren merken ze nauwelijks op. Maar wat er ook moet worden hersteld, de kennis van de carrossier blijft essentieel. Volgens mij evolueren we wel naar een tijd waar carrossiers niet meer nodig zijn, want wanneer de zelfrijdende auto’s alles overnemen zijn ongevallen zo goed als onmogelijk.”

Remblokken

De razend vlugge evolutie van de sector heeft tot gevolg dat het bijna onmogelijk is om nog alles van een auto te kennen. In mijn beginperiode liepen er in grotere garages bijvoorbeeld smeerders en mekaniekers rond: ieder had zijn specialiteit. Dat evolueerde naar de garagist die bij wijze van spreken alles kon. Nu de auto een hightechproduct is geworden, zie je dat er opnieuw een opdeling in specialiteiten komt. Toch vind ik dat de meeste scholen te veel nadruk leggen op de moderne technologieën. De IT-specialist is nodig, maar de mekanieker is niet weg te denken uit de garage. Remblokken vervangen, olie verversen of nieuwe banden leggen blijft basiswerk. Het is volgens mij verstandiger om het vak te leren met een oude auto. Zo krijgt mekanieker een brede basis, die nooit mag ontbreken.”

Filestress en dichtslibbende (snel)wegen waren er in een halve eeuw geleden niet. “Niet alle gezinnen hadden toen een eigen wagen. Langzaam veranderde dat en bij veel gezinnen kwam er ook een tweede, kleinere wagen bij. Die tweede auto kwam er vaak wanneer de afbetaling van de eigen woning minder begon door te wegen op het maandbudget, of gewoon wegviel. Nu hebben niet alleen de ouders hun auto, ook de kinderen krijgen hun eigen vervoermiddel.”

Van de Ven heeft de eerste decennia vaak dag en nacht gewerkt, en was sinds 1988 Ford-verdeler. “Ik heb te hard gewerkt! Moest ik het overdoen, zou ik dertig procent minder hard werken en meer kiezen voor levenskwaliteit. Aan de andere kant ben ik blij dat ik van mijn hobby mijn werk heb kunnen maken.”