Direct naar artikelinhoud
InterviewBoermans en De Groot

De doorbraak van beachvolleyballers Boermans en De Groot: ‘We dachten: what the fuck hebben we nou laten zien?’

Stefan Boermans ( rechts) en Yorick de Groot, beachvolleyballers.Beeld Klaas Jan van der Weij / de Volkskrant

Stefan Boermans en Yorick de Groot zijn tegenpolen. Als beachvolleybalduo vullen ze elkaar wonderwel goed aan en hebben ze een grote kans op deelname aan de Spelen van Parijs.

Laatst kregen Stefan Boermans en Yorick de Groot tijdens een trainingskamp op Tenerife een Zweeds verzoek. Of ze wilden sparren met David Ahman en Jonatan Hellvig, het team dat de afgelopen jaren het beachvolleybal heeft gedomineerd? Kijk, dachten de Nederlanders: onze concurrenten willen informatie bemachtigen.

Nu, op een doordeweekse middag in een klein kantoor op Sportcampus Zuiderpark in Den Haag, hun vaste trainingsplek in Nederland, reageren ze eensgezind en snel. ‘Dat gaan we niet vertellen’, antwoorden ze op de vraag wat hun geheim is. Een maand geleden verrasten Boermans (29) en De Groot (23) door in Doha het Elite 16-toernooi te winnen – een van de grootste beachvolleybaltoernooien naast de WK en de Olympische Spelen.

Over de auteur
Lisette van der Geest is sportverslaggever voor de Volkskrant en schrijft over olympische sporten als schaatsen, zwemmen en tennis.

Rond zijn 18de stapte de 2,04 meter lange Boermans voor het eerst een volleybalzaal binnen. Tot die tijd voetbalde hij jarenlang in een vriendenteam op laag niveau. Hij wilde iets anders proberen. Hij bleek balvaardig, leerde snel en hoorde in de zaal van teamgenoten dat, als hij zich zo zou blijven ontwikkelen, hij misschien zelfs de eredivisie kon halen. Dat werd zijn doel.

Schoenenverkoper

Tot zeven jaar geleden was hij fulltime schoenenverkoper in Borne, van zijn salaris betaalde hij de benzine voor zijn autoritjes naar de trainingen in Apeldoorn. ‘Hoe realistischer mijn plan werd om de eredivisie te halen, wat uiteindelijk ook lukte, des te sneller er een nieuw doel kwam: beachvolleybal.’

Dat was rond zijn 23ste. Hij wilde ‘meer invloed op het spelletje’. In de zaal speelde hij als midden, als lange man direct aan het net, die vooral ballen blokkeert. Met maximaal zes spelers in het veld zijn de functies van zaalspelers beperkter dan in het beachvolleybal, waar een team uit twee personen bestaat.

Boermans kwam in het vizier van de toenmalige bondstrainers en kreeg het aanbod om naar Den Haag te verhuizen en mee te trainen met de nationale selectie van het beachvolleybal. Inmiddels is hij een paar jaar voltijd topsporter en krijgt hij een stipendium door zijn A-status bij sportkoepel NOCNSF.

Boermans en De Groot praten allebei makkelijk. Verschillend zijn ze vooral in het veld. De Groot is de tacticus, de denker. Zoals Boermans het zegt: ‘Het brein van het team.’ Zelf is hij in het veld de extraverte van de twee, hij ‘brengt de energie’. De Groot ‘schaakt’. Hij probeert de wedstrijd te lezen en bijvoorbeeld te bedenken welke ballen er vermoedelijk gespeeld worden op cruciale momenten.

Dat ze tegenpolen zijn maakt ze tot zo’n goed team, denken Boermans en De Groot. Dat geldt ook voor hun achtergrond: De Groot groeide op in een volleybalgezin, met een vader die jeugdtrainer is en een moeder die in het eerste vrouwenteam van Sliedrecht speelde. Hij stond rond zijn 3de al langs de kant in de zaal te kijken bij volleybalwedstrijden. Boermans komt juist uit een gezin waarin niemand iets met volleybal heeft.

Ze zijn ook in lengte verschillend: 2,04 meter tegenover 1,92 meter (De Groot). ‘Behoorlijk groot, maar niet voor een zaalvolleyballer’, zegt De Groot. Het was een van de redenen voor zijn overstap naar het beachvolleybal, waarin bovendien de kans om de Spelen te halen groter is dan in het zaalvolleybal.

Blessureleed

Sinds 2021 spelen ze samen internationale wedstrijden. In de afgelopen drie jaar kampten ze lange tijd met blessureleed; eerst lag De Groot er elf maanden uit met een hernia, vervolgens zat Boermans 4,5 maand aan de kant door een blessure aan zijn onderrug. Dat maakt hun succes nog opmerkelijker. Afgelopen winter werden ze voor het eerst niet geplaagd door blessureleed en trainden ze maandenlang samen. Dat is een verklaring voor hun succes, denken ze. In relatief korte tijd ontwikkelden ze zich tot een team dat nu bijna standaard bij de beste vijf teams van de wereld eindigt.

Het beachvolleybal veranderde in de afgelopen jaren. In het traditionele spel is er doorgaans drie keer balcontact voordat de bal het net over gaat; de pass, gevolgd door de set-up en dan de aanval. Het Noorse duo Anders Mol en Christian Sørum maakte jarenlang de dienst uit op die wijze. De Groot: ‘Anders Mol heeft zo’n vier jaar iedereen de ballen uit de broek geblokkeerd. Zij wonnen alles wat er te winnen viel.’

Maar na jaren investeren kwamen de relatief kleine Zweden Ahman (1,89 meter) en Hellvig (1,93 meter) met een nieuwe speelwijze. Zij zochten een antwoord op de langere mannen, tegen wie ze moeilijk scoorden. De Zweden kiezen soms voor twee keer balcontact, in plaats van drie. Dan slaan ze de set-up over. Zij proberen patronen te verstoren, spelen dynamischer en snel.

De Groot: ‘De enige manier om een lange, grote blokkering onschadelijk te maken, is door de tegenstander veel te laten bewegen en op het verkeerde been te zetten. Die Zweden zorgen voor chaos aan de overkant.’

Boermans en De Groot bedachten een duidelijkere rolverdeling, zo geven ze voorzichtig prijs. Daardoor is er minder chaos bij een onverwachte bal. Wordt die bal alsnog gemist, dan is dat maar zo. Maar dan was dat niet door twijfel over wie welke kant van het veld verdedigt.

Mentaal scherper

Ze zijn tegenwoordig mentaal scherper. Ballen die onmogelijk haalbaar lijken, proberen ze nu alsnog te raken. Een korte aanraking met de vingertoppen kan een bal vertragen of naar een net iets gunstigere positie brengen, merkten ze.

Maar de meeste aandacht van de beachvolleyballers en hun coaches Michiel van der Kuip en Reinder Nummerdor ging uit naar het tot vervelens toe trainen op een confrontatie met de Zweden, bijvoorbeeld met behulp van andere Nederlandse topteams die het spel nabootsten. ‘Soms had ik zoiets van: het is verdorie één team dat zo speelt, er zijn er op een toernooi nog zestien waar we tegen moeten’, zegt De Groot. ‘Maar daarna merkten we in trainingen ook dat we beter werden. Dat we vaker een antwoord hadden op het systeem dat zij spelen.’ De eindzege in Doha is het ultieme bewijs dat hun aanpak werkt.

Ze wonnen er twee keer van de olympisch kampioenen Anders Mol/Christian Sørum en vooral de winst met dikke cijfers op de regerend Europees kampioen uit Zweden maakte indruk – dat was de afgelopen jaren niemand op zo’n manier gelukt.

Buitenlandse supporters deelden online videobeelden. Zo van: dit is de tactiek om Zweden onschadelijk te maken. Een fan maakte een filmpje waarbij hij analyseerde: ‘Je serveert dus aan de binnenkant van die speler, de blokkering gaat vervolgens daar staan en de verdediger dan daar.’ Boermans: ‘Een flink compliment voor ons harde werk. Maar ik dacht ook: er komt meer bij kijken dan alleen die posities. We hebben maandenlang getraind.’

Dominant

Verbaasd over hun winst in Doha waren ze niet. Eind november werden ze al derde bij een ander Elite 16-toernooi, in Brazilië. Op de WK in oktober in Mexico strandden ze nipt voor de halve finale. De Groot: ‘Maar ik was wel verbaasd over de manier waarop we speelden. Dat we in Doha zo dominant wonnen (het werd in Qatar 21-11, 21-10, red.) Je zag dat die Zweedse jongens onder druk kwamen te staan en vervolgens een heel hoge foutenlast kregen.’

Boermans keek later de wedstrijd terug en hoorde de tv-commentator zeggen: ‘Jongens, we hebben de eerste set gehad, nú gaat de wedstrijd beginnen.’ Hij was ervan overtuigd dat de Zweden er even moesten inkomen; ook bij topteams niet ongebruikelijk. Het beste team van de wereld zou vast veranderen van tactiek, of gas geven in set twee en drie. Maar dat gebeurde niet. De Groot: ‘Ik dacht: we moeten zo snel mogelijk door, ze blijven maar fouten maken. We moeten ze niet de kans geven terug te komen.’

Boermans lacht: ‘Maar na afloop dachten we wel: what the fuck hebben we hier nou laten zien? Wat is er gebeurd?’

Al rekenen ze zich na een overwinning nog niet rijk. De Groot: ‘Ik kwam die jongens al tegen bij jeugdtoernooien, zij zijn een jaar of acht bezig met deze manier van spelen. Dat haal je niet met één wintertje trainen in.’ En de Nederlanders weten: ook zij worden geanalyseerd. De Groot: ‘Ze voelden zich waarschijnlijk voor lul gezet.’

Daarom vroegen de Zweden op Tenerife of ze konden sparren; confrontaties op hoog niveau maken spelers beter, maar het is ook een manier om tegenstanders te testen. De Nederlanders gingen op het verzoek in. De Groot: ‘Dan doe je bewust bepaalde dingen niet. Maar ook juist dingen wel, om te kijken hoe ze zouden reageren. Als ik merkte dat ik ze aan het twijfelen bracht met een actie, deed ik datzelfde niet nog een keer. Ik wil ze geen oplossing laten verzinnen, maar gebruik het liever bij een volgende wedstrijd.’

Beachvolleybal op de Olympische Spelen

Bij de Zomerspelen in Parijs mogen per gender 24 beachvolleybalteams deelnemen, maar maximaal twee teams per land. Hierbij geldt als uitgangspunt de olympische ranglijst met als einddatum 10 juni. Daarnaast wordt gekeken naar de prestaties in twaalf toernooien.

Boermans en De Groot zijn op dit moment het derde Nederlandse team op de ranglijst, maar hebben door blessures minder toernooien gespeeld dan hun Nederlandse concurrenten. Zij staan nu op een totaal van negen toernooien. Door in de komende weken nog drie toernooien te spelen halen ze zeer waarschijnlijk minstens een van de andere Nederlandse duo’s in.

Alexander Brouwer en Robert Meeuwsen zijn op dit moment het hoogstgeplaatste duo op de ranglijst. Zij zijn ook verantwoordelijk voor de enige Nederlandse olympische medaille in de geschiedenis van het beachvolleybal: in Rio bemachtigden zij in 2016 brons.

Beachvolleybal valt onder de wereldvolleybalbond (FIVB), waar ook zaalvolleybal toe behoort. Naast de EK, WK en Olympische Spelen spelen de beste teams ter wereld in de World Beach Pro Tour, met toernooien op verschillende niveaus. De Elite 16, waartoe ook het door Boermans en De Groot gewonnen toernooi in Doha behoort, is het hoogste niveau in de Pro Tour.