Kort:

Start: om 10.25 uur

Aankomst: rond 16.11 uur

Afstand: 222 km

Het parcours:

Cian Uijtdebroeks vertelde op de eerste rustdag dat dit de rit was waar hij heel erg naar uitkeek en als klimmer pur sang begrijpen we waarom. De rit is 222 kilometer lang en de renners moeten maar liefst 5200 hoogtemeters overwinnen. Een monsterbergrit dus. Uijtdebroeks is er door ziekte niet meer bij in de Giro en zal met pijn in het hart thuiszitten.

Die 5200 hoogtemeters zitten verdeeld over vijf gecategoriseerde beklimmingen. De Lodrino van derde categorie is een opwarmertje, de Colle San Zeno van tweede categorie is al een pak steviger met z’n 13,9 kilometer aan 6,6% gemiddeld. Na een lang tussenstuk dat al serieus oploopt begint op tachtig kilometer van de aankomst de Mortirolo. Deze keer doen ze hem niet langs de lastigste kant, maar met 12,6 kilometer aan 7,6% en met stukken tot 16% is ook deze kant ervan behoorlijk pittig.

Daarna is het tijd voor het orgelpunt van de rit. De Passo di Foscagno is 15 kilometer lang aan 6,4% gemiddeld, maar ook voor het officiële begin van de beklimming loopt het enkele kilometers op aan meer dan zeven procent. Op de top van de Passo di Foscagno is het nog 8,7 kilometer van de aankomst. Eerst kunnen de renners de benen nog wat zuurstof geven in de afdaling van vier kilometer, daarna stijgt de weg nog aan 7,3%. De aankomst ligt in het skistation Mottolino in Livigno.

Onze sterren:

Origineel is het al lang niet meer, maar Tadej Pogacar is gewoon de topfavoriet. Hij is nu eenmaal een paar klassen te sterk voor zijn tegenstanders in deze Giro en normaal gezien zal dat in zo’n loodzware rit als deze nog meer tot uiting komen. Of krijgt de Sloveen een inzinking zoals in de rit naar de Col de la Loze in de Tour de France van vorig jaar? Het zou ons ten zeerste verbazen.

Achter Pogacar ligt de strijd voor het podium helemaal open. Misschien is Ben O’Connor intrinsiek de beste klimmer bij de rest en z’n ploeg Decathlon AG2R La Mondiale leeft op een roze wolk na de zege van Valentin Paret-Peintre. Deze etappe moet ook Geraint Thomas liggen en Antonio Tiberi gaf deze week bergop – op Pogacar na – misschien wel de beste indruk.

*** Tadej Pogacar

** Ben O’Connor, Antonio Tiberi, Geraint Thomas

*Romain Bardet, Valentin Paret-Peintre, Daniel Felipe Martínez

Dit zijn de sleutelmomenten:

Op de eerste twee beklimmingen van de dag zal er gestreden worden om mee te zitten in de vlucht van de dag, voor de dagzege zijn de laatste twee beklimmingen cruciaal. De beklimmingen voordien zullen vooral zorgen voor een opeenstapeling van vermoeidheid en dan zou er in de finale wel eens met minuten gegoocheld kunnen worden.

Doordat er na de Passo di Foscagno een korte afdaling volgt alvorens het nog meer dan vier kilometer omhoog loopt, is het belangrijk om niet over de limiet te gaan op de Passo di Foscagno en nog iets over te houden voor die lastige laatste kilometers. Indelen wordt het codewoord.

Dit moet u nog weten:

•Livigno is een populaire plaats voor een hoogtestage en dus zal een groot deel van het peloton deze rit goed verkend hebben.

•Met 222 kilometer is het de langste rit in deze Giro, met 5200 hoogtemeters is het de rit met het meeste hoogtemeters in deze Giro.

•Voor de bergtrui wordt dit een belangrijke etappe. Wie in de vroege vlucht zit en lang overleeft, kan heel wat bergpunten sprokkelen. Pogacar zal z’n slaap niet laten voor de bergtrui, voor andere renners is het het hoofddoel van deze Giro. En dan moet je in deze rit meezitten in de vlucht.