Hugo Coveliers naar rechter om pensioenbonus te behouden

Ex-Kamerlid Hugo Coveliers, voormalig lid van VLD en oud-voorzitter van VLOTT, stapt naar de rechter. Hij pikt het niet dat zijn maandelijks pensioen met 500 euro netto teruggeschroefd wordt, omdat het boven het wettelijke plafond van 7.813 euro bruto uitkomt. Dat schrijft Het Laatste Nieuws op basis van intern mailverkeer van de Kamer.

Bron: BELGA

De Federale Pensioendienst eist een bedrag terug van ongeveer 4.000 euro bruto dat Coveliers (77) sinds 2012 te veel zou hebben gekregen, omdat zijn pensioen boven het wettelijke maximum uitstijgt. “Daarnaast vermindert de Pensioenkas van de Kamer mijn huidige maandelijkse pensioen met netto 500 euro”, zegt hij.

De zaak komt op 20 juni voor in de arbeidsrechtbank in Antwerpen. Coveliers staat naar eigen zeggen recht in zijn schoenen. Zo stelt het Europese Verdrag van de Rechten van de Mens dat het pensioen uw eigendom is, en de staat dat enkel kan verminderen via een onteigening die in een wet wordt ingeschreven, zegt hij. Dus niet via een administratieve beslissing, zoals nu bij de gewezen parlementsleden gebeurd is.

Als voorzitter van zijn eigen partij VLOTT, werkte Coveliers ook nauw samen het Vlaams Belang. Voor Vlaams Belang is het hoogst vervelend dat dit dossier drie weken voor de verkiezingen naar boven komt. Als anti-systeempartij probeert het VB altijd de traditionele partijen weg te zetten als postjespakkers en profiteurs. Geconfronteerd met het dossier, valt partijvoorzitter Tom Van Grieken uit de lucht. “Mocht Hugo mij hebben gecontacteerd, ik zou hem hebben afgeraden om te procederen. Maar Hugo is een vrij man. Momenteel bekleedt hij geen bestuursfunctie binnen Vlaams Belang.”

ALLE STANDPUNTEN OVER PENSIOENEN
  • We brengen de wettelijke pensioenleeftijd terug naar 65 jaar. Werken tot 67 is onrechtvaardig en onhaalbaar 
  • We maken komaf met de pensioenprivileges van ministers en parlementairen. We beperken het wettelijk maximumpensioen voor iedereen tot twee keer het minimumpensioen dat we willen invoeren, dus tot 3.700 euro netto per maand  
  • We trekken het minimumpensioen op tot 1.850 euro netto per persoon. Wie een leven lang gewerkt heeft, heeft recht op een menswaardig inkomen 
  • We versterken de pensioenrechten van vrouwen en werken de ongelijkheid weg 
  • We maken het vervroegd pensioen weer mogelijk vanaf 60 jaar na 40 gewerkte jaren 
  • Verhogingen van het minimumpensioen en de inkomensgarantie voor ouderen verdedigen en versterken 
  • De mogelijkheid om met pensioen te gaan vanaf 42 loopbaanjaren, of anders op de wettelijke pensioenleeftijd 
  • Zware loopbaanjaren sterker laten doorwegen bij de berekening van de 42 loopbaanjaren nodig voor een pensioen 
  • Socialezekerheidsmiddelen worden op minder ongelijke manier verdeeld. Zo toppen we de 1 procent hoogste pensioenen af 
  • Eerlijke pensioenen voor mensen die aantal jaren in hun carrière niet of deeltijds gewerkt hebben omdat ze zorgtaken opnamen in hun gezin 
  • Een eengemaakt pensioenstelsel voor werknemers, zelfstandigen en ambtenaren 
  • Een volledig pensioen ofwel na 66.000 uur werken voor de leeftijd van 65 jaar, ofwel een pensioen proportioneel naargelang het aantal gewerkte uren vanaf 65 jaar 
  • Een gegarandeerd te indexeren minimumpensioen van 1.799 euro (i.p.v. 1.637) bruto per maand.  
  • Een redelijk maximumpensioen van 4.750 (i.p.v. 7.813) euro bruto per maand 
  • Gelijkgestelde periodes (ouderschapsverlof en consoorten) wegen minder zwaar door in pensioenberekening (50-55% i.p.v. 60% van loon nu). Gewerkte periodes tellen voor 65 à 70% van loon 
  • Behoud pensioenbonus 
  • Eén pensioenstelsel: ambtenarenpensioenen worden op zelfde manier berekend als pensioen zelfstandigen en werknemers 
  • Tweede pensioenpijler (groepsverzekering) versterken: deel van indexering wordt omgezet in aanvullend pensioen, tenzij men kiest voor opt-out 
  • Aanscherpen van de tewerkstellingsvoorwaarde voor de toegang tot het minimumpensioen. Meer effectief gewerkte jaren vooraleer je het minimumpensioen kan krijgen 
  • Elke gewerkte dag telt mee voor het opbouwen van een minimumpensioen (vandaag moet je een loopbaan van 30 jaar hebben om recht te hebben op een minimumpensioen) 
  • Een pensioenhervorming die langer werken beloont: de band tussen het loon en het aantal gewerkte dagen wordt versterkt bij de pensioenberekening   
  • Een tweede pensioenpijler voor iedereen, ook de lage lonen. De bijdrage van de werkgever moet verhoogd worden van 2 procent van het brutoloon naar 3 procent  
  • Iedereen heeft de keuze voor een wettelijk pensioen tussen 62 en 67 jaar (daarna verder werken blijft mogelijk): dat geeft mensen meer controle over hun eigen loopbaan en de effecten op hun pensioenrechten  
  • Zorg opnemen telt mee voor de opbouw van pensioenrechten 
  • Er is een nieuwe pensioenhervorming nodig die de link tussen effectief gewerkte jaren en het pensioen versterkt, die een eerlijke bijdrage vraagt van de hoogste pensioenen en bijzondere pensioenregime laat uitdoven 
  • Na 42 jaar moet je met pensioen kunnen gaan indien voldoende gewerkte jaren 
  • Ambtenaren die langer willen werken, moeten niet meer verplicht met pensioen 
  • De inkomensgarantie voor ouderen moet worden opgetrokken tot de armoederisicodrempel 
  • Een aanvullend pensioen moet verplicht worden in alle sectoren, en de bijdrage moet buiten de loonnorm vallen 
  • Naast een sterke eerste pijler veralgemenen we het aanvullend pensioen voor iedereen. Dat evolueert van drie naar vijf procent van het brutojaarloon. Elke werknemer kan ervoor kiezen om uit het systeem te stappen. We verlagen de ­fiscale en sociale lasten op de pensioenbijdragen voor werkgever en werknemer 
  • We voeren een systeem in van pensioenpunten, die de hoogte van het pensioen bepalen. Daarbij kennen we als basisregel één pensioenpunt toe aan iemand die gedurende één jaar het gemiddelde bruto-inkomen heeft­ verdiend 
  • Om te bepalen vanaf wanneer iemand pensioengerechtigd is, stellen we voor om voortaan eerder te kijken naar de loopbaan dan naar de lee­ftijd. Met andere woorden: eerder naar de kilometers op de teller dan naar de leeft­ijd van de wagen 
  • 45 jaar blij­ft de referentieloopbaan. Wie minder lang wil werken, krijgt die mogelijkheid. Wie langer wil werken ook. In beide gevallen past een solidariteitsfactor het pensioenbedrag aan naar beneden of naar boven 
  • We maken via de hervorming komaf met de eindeloze uitzonderingen zoals brugpensioen (SWT), eindeloopbanen en andere gunstregimes die er vandaag nog zijn. De hervorming zorgt ook voor een harmonisering tussen alle verschillende stelsels die we kennen 
Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Bekijk meer ATV