Deze bio-ingenieur gaf zijn job op om schaakcoach te worden in Nieuw-Zeeland

Laurens is nog maar 27 en gepassioneerd door schaken. Zoveel zelfs dat hij een plotse carrièreswitch maakt en zijn ingenieursjob bij een biotechbedrijf opgeeft om in Nieuw-Zeeland het schaakspel op de kaart te zetten. De jonge Vlaming maakt een radicale keuze om zijn dromen waar te maken. In het provinciestadje Rotorua richt hij de Rotorua Roaring Knights op, een club van beginnende schakers die hij wil opleiden tot professionele denksporters.

bs

De Gentenaar Laurens Goormachtigh en zijn zus Sofie krijgen het schaken van kleins af aan binnen. Onder leiding van hun schaakgekke vader Johan zitten ze elke zondag in een klein, muf lokaal met de pionnen te schuiven. Van zijn zesde tot twaalfde levensjaar betekent het schaken alles voor Laurens. Eten, slapen en opnieuw schaken. En dat werpt ook zijn vruchten af. Hij verovert in die zes jaar één keer de titel van Belgian Youth Chess Champion.

Hij en zijn zus doen zelfs drie jaar mee aan het wereldkampioenschap schaken bij de min twaalfjarigen. “We vlogen naar Barcelona tijdens de schooldagen. Op het WK speelden we tegen jonge schakers van over de hele wereld: Chinezen, Russen, Kazachen.”

Middelbare school

Maar dan moet Laurens naar de middelbare school en moet hij keuzes maken. “Er kwamen voor mij heel veel extra bezigheden bij. Ik zwom competitief, daarnaast had ik nog scouts en tenniste ik af en toe. Mijn zus en ik hebben dan samen de keuze gemaakt om te stoppen met schaken.”

Die breuk met het spel was plots en definitief. Laurens werd thuis omringd door boeken over schaaktheorie en natuurlijk zijn vader. Ondanks dat alles speelt hij niet eens recreatief meer. “Ik legde mij toe op zwemmen en school. Het was voor mij bovendien de leeftijd dat ik meer met vrienden afsprak en begon uit te gaan.”

Maar de liefde voor het spel blijft. Dat blijkt als Laurens 14 jaar later op een rustige zondagochtend nog eens een partijtje speelt. Onmiddellijk merkt hij dat het plezier en de obsessie terug daar zijn. “Ik keek op mijn klok en zag dat ik al drie uur bezig was. Toen ik het bord en de pionnen wegzette, vroeg ik me af: waarom ben ik ooit gestopt ?”

Schaakmissionaris

Ondertussen is Laurens 27 en afgestudeerd als bio-ingenieur. “Mijn eerste job was bij textielbedrijf Beaulieu waar ik onderzoek deed naar hernieuwbare stoffen in textiel. Toen ik een aanbieding kreeg van een biotechbedrijf in Nieuw-Zeeland nam ik het meteen aan. Ik ben altijd aangetrokken geweest tot het buitenland en andere culturen.” Laurens pakt onmiddellijk zijn zakken en vertrekt.

© Walter Lim

Laurens arriveert in Rotorua, een klein maar groeiend provinciestadje met zo’n 65.000 inwoners. “Rotorua trekt vooral toeristen aan. Mensen die willen zwemmen, kajakken, geisers zien of gewoon wandelen in de natuur. Die is hier prachtig, we hebben hier het Whakarewarewa bos met enorme sequoia-bomen. Door de vulkanische activiteit hangt er wel een constante zwavelgeur.”

Schaken? Dat deden ze of amper in het stadje. De enkele, volwassen schakers die Laurens er aantreft, rijden in alle stilte naar Tauranga, een grotere stad 60 kilometer verderop om daar met de pionnen te schuiven. Het aantal schakers in heel Nieuw-Zeeland is ook klein en Rotorua is geen uitzondering.

Om het ledenaantal van zijn pas opgerichtte schaakclub de Roturua Roaring Knights op te krikken, besluit de jonge Vlaming om actief te gaan ronselen. “Ik geef nu individuele coaching aan enkele jongeren die zich willen verdiepen in de sport, maar het grootste deel van mijn job bestaat nog steeds uit introductielessen geven in scholen.”

“Toen ik net begon, combineerde ik het nog met mijn job als bio-ingenieur. Tijdens de middagpauze rende ik dan naar een lagere school in de buurt om schaakles te geven.” Dat blijkt al snel moeilijk vol te houden. Op een gegeven moment kan Laurens het niet meer combineren en offert hij zijn job op: een moeilijke beslissing.

© Wikimedia Commons

“Die verhuizing naar Nieuw-Zeeland was een grote verandering, professioneel maar ook persoonlijk. In tijden van verandering stel je jezelf vragen: wat doe ik hier, wat is het doel in mijn leven ?” Laurens beslist dat hij zijn passie voor schaken wil combineren met een talent dat hij ontdekte in België: lesgeven.

“Mijn passie voor lesgeven, ontdekte ik eigenlijk bij het zwemmen. Het achtjarige zoontje van een collega van mij had angst voor het water. Ik slaagde er in om één op één met hem te trainen en hem er vanaf te helpen.”

Het was tijdens die zwemlessen dat Laurens zijn visie op lesgeven ontwikkelde. “De techniek is belangrijk maar nog belangrijker is het geloof van het kind in zichzelf. Dat zelfvertrouwen naar boven brengen is ook noodzakelijk bij schaken. Dat is het beginpunt dat je moet hebben om te beginnen aan een wedstrijd.”

“Schaken is geen spel, het is oorlog!”

“Schaken is niet zoals andere bordspelen. Het aantal mogelijke zetten is bijna eindeloos en de wedstrijden zijn pure krachtmetingen tussen tegenstanders.” Het leuke aan Nieuw-Zeeland is volgens Laurens dat er geen vooroordelen zijn tegenover schaken. En het fantastische aan coaching en lesgeven zijn de kinderen. “Wanneer ik mijn leerlingen laat nadenken over hoe we het beste de koningin van de tegenstander pakken, vertel ik hen dat er twee legers oorlog voeren met elkaar. Zij gaan daar letterlijk in mee. Zo levendig is de fantasie van een kind. Geweldig toch ?”

Een van die eerder genoemde vooroordelen over het schaakspel is de associatie met wiskunde. “Schaken is vooral een psychologisch spel. Veel mensen denken dat een sterke schaker goed moet kunnen rekenen en zetten memoriseren. Dat is maar voor een deel zo. Je moet eigenlijk in de huid kruipen van je tegenstander en anticiperen wat de volgende zet zal zijn door de situatie vanuit zijn of haar perspectief te bekijken.”

Niet erkend

In België is schaken geen erkende sport. Dat wil onder meer zeggen dat het maar weinig aan bod komt tijdens lessen lichamelijke opvoeding en dat professionele schakers geen statuut kunnen krijgen als topsporter. Bovendien kan geen enkele schaakcoach in België van lesgeven zijn hoofdberoep maken. In een land met nog minder schakers en waar de sport nog in zijn kinderschoenen staat, bewijst Laurens, vreemd genoeg, dat het daar wel mogelijk is. “Je kan er van leven. Er is in Auckland zelfs een organisatie die schaaklessen aanbiedt. De coaches van dat bedrijf doen dat voltijds.”

Toegegeven, de reden waarom Laurens aan de andere kant van de wereld voltijds kan werken als schaakcoach is voor een deel omdat er gewoon niet veel schaakcoaches zijn in Nieuw-Zeeland. Maar toch lijkt het enthousiasme van Laurens en de nieuwsgierigheid van de Nieuw-Zeelanders het verschil te maken. De vergelijkingen tussen de verschillende landen komen al snel naar voren.

© Rotorua Roaring Knights

“In Rusland zitten de schaaklessen ingebouwd in het schoolcurriculum. Het gebeurt achter gesloten deuren maar de Russen zijn gewoon fanatiek over het schaken. Daarom overleeft de sport. In Amerika is het weer anders. Ik was recent nog in New York, daar zit schaken niet in het onderwijs verwerkt maar je ziet wel mensen schaken in de parken en op de terrassen van cafés.”

Wat België betreft is er volgens Laurens nog veel ruimte voor verbetering. Vooral het gebrek aan middelen vanuit de overheid zit hem dwars. “Een professionele schaker sponsoren, kost helemaal niets!” Natuurlijk zijn er de reis- en verblijfskosten die er bijkomen wanneer iemand internationale tornooien speelt, maar volgens Laurens is schaken nog steeds een pak goedkoper dan eender welke andere sport. “Een schaker heeft geen duur materiaal of sportveld nodig. Juist het feit dat schaken voor iedereen toegankelijk is, zou dé reden moeten zijn voor de overheid om het schaken te promoten en professionele schakers te ondersteunen.”

“De beslissing om schaken niet te erkennen als topsport is gebaseerd op het feit dat schaken geen fysieke sport is.” Volgens Laurens zien nog teveel mensen schaken als een spel. Het verschil tussen sport en spel ligt volgens hem niet in de fysieke inspanning maar in de hoeveelheid geluk die met de competitie gemoeid is. “In schaken is er geen geluk, alleen de competentie telt. Je zou kunnen zeggen dat schaken de ultieme sport is.”

Meer vrouwen graag

“Het is waar”, zucht Laurens. “Schaken heeft nog steeds een mannelijk, nerdy imago. Nog een reden waarom ik mijn lessen moet geven, dan raken we tenminste van dat laatste af.” Die reputatie is echter niet helemaal onverdiend. Vrouwen mogen bijvoorbeeld al lang meedoen aan het wereldkampioenschappen schaken, dat staat open voor zowel mannen als vrouwen. Toch bleef het aantal deelneemsters erg beperkt.

Een eerste wereldkampioene schaken kwam er pas in 1929 toen er een apart wereldkampioenschap voor vrouwen werd ingericht. Op de lijst van de allerbeste schakers, de zogeheten Grandmasters of Grootmeesters, stonden er in november vorig jaar slechts 35 vrouwen tegenover 1559 mannen. “Ik denk niet dat vrouwen gemiddeld minder goede schakers zijn. Het heeft er denk ik meer te maken dat mannen over het algemeen competitiever zijn. Bovendien, als er een sport is waar elke deelnemer gelijke kansen krijgt, is het wel schaken.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen