Nieuw leven voor oude Britse brug in woestijn Arizona
Lake Havasu City
De stad Londen zette in 1967 de London Bridge te koop. De stokoude brug daterend uit 1831 kon het toenemende verkeer over de Thames niet meer aan. Maar wat moet iemand met een brug? Groot was dan ook de verbazing toen de Amerikaanse zakenman Robert P. McCulloch in 1968 de brug kocht voor 2,4 miljoen dollar. Hij liet hem vervolgens steen voor steen afbreken en overbrengen naar de stad Lake Havasu City in de Amerikaanse staat Arizona.
De deal was des te opmerkelijker omdat Lake Havasu City destijds helemaal niet beschikte over een rivier of kanaal waar de brug overheen moest komen te liggen. Daar zat visionair McCulloch niet mee; hij wilde eerst een brug en liet daarna onder de brug een kunstmatig kanaal graven.
nummer
De verhuizing van de klassieke brug van Engeland naar het zuiden van de Verenigde Staten was makkelijker bedacht dan uitgevoerd. De 10.276 stenen en onderdelen kregen bij de afbraak in Londen allemaal een nummer om de wederopbouw in Arizona te vergemakkelijken. De granieten blokken ging per schip over de Atlantische Oceaan, via het Panama Kanaal en de Stille Oceaan naar Californië. In de haven van Long Beach werd het bouwpakket overgeladen in trucks die de afstand van 500 kilometer overbrugden naar Lake Havasu. Daar startte in september 1968 – deze maand vijftig jaar geleden – de wederopbouw van de brug, met een versterkt betonnen frame.
Ruim drie jaar later, op 10 oktober 1971, ging de London Bridge voor de tweede keer in zijn bestaan open. Nieuw leven voor de bejaarde Britse brug. Een brok Britse geschiedenis was neergestreken in de Amerikaanse woestijn. Het hele project kostte McCulloch uiteindelijk de lieve duit van 5,1 miljoen dollar. Omdat de nieuwe brug ‘hol’ is en voorzien werd van een stalen frame kon het gewicht worden teruggebracht van 130.000 naar 30.000 ton.
Lake Havasu, op de grens van de Amerikaanse staten Californië en Arizona, is 70 kilometer lang en ontstond in 1938 toen de rivier de Colorado werd afgedamd bij Parker. Aan de oevers van dit meer ontwikkelde McCulloch (1911-1977) het stadje Lake Havasu City.
Aanvankelijk was de locatie bedoeld als huisvesting voor de 400 werknemers van McCulloch’s onderneming in kettingzagen en scheepsmotoren. Toen dat was gepiept, zag de zakenman kansen om meer van het stadje te maken. Hij huurde de bekende architect Cornelius Vanderbilt Wood, ontwerper van onder meer Disneyland, in om zijn droom te ontwikkelen.
Toen het plan van Wood halverwege de jaren zestig van de tekentafel kwam, kocht McCulloch een aantal vliegtuigen en nodigde geïnteresseerden vanuit alle hoeken van de Verenigde Staten uit om naar de oase in de droge woestijn van Arizona te komen. Vlucht, verblijf en eten was gratis. See-before-you-buy (zien voor je koopt) noemde McCulloch deze uitstapjes. Dik 130.000 potentiële kopers van grond en huizen zagen op deze manier Lake Havasu City. In 1975 woonden er 15.000 mensen, in 2015 ruim 53.000.
gek
Hoewel velen McCulloch voor gek verklaarden, zag de zakenman in de London Bridge een absolute trekker en interessante bezienswaardigheid voor zijn plan. De klassieke brug moest de gloednieuwe uit de grond gestampte stad ‘karakter’ geven en praktisch gezien de stad verbinden met een eilandje in het meer. De overlevering wil overigens dat McCulloch in de veronderstelling was dat hij de grotere en veel mooiere Tower Bridge van de Britten had gekocht.
Pas na zijn dood kreeg de zakenman gelijk; Lake Havasu verwelkomt nu jaarlijks meer dan 800.000 bezoekers en is na de Grand Canyon de populairste attractie in Arizona. De zon schijnt er 300 dagen per jaar, waarbij wel moet worden aangetekend dat het er ’s zomers bloedheet kan zijn. Vooral tijdens weekenden, feestdagen en vakanties trekken hordes toeristen naar het meer om te watersporten. Langs de oevers van het meer staan 26 kleine replica’s van vuurtorens zoals die langs de Amerikaanse oost- en westkust staan.
De London Bridge is anno 2018 de spil waar Lake Havasu City om draait. Tijdens allerlei festiviteiten staat de brug centraal. Pal naast de Britse brug ligt een resort met dezelfde naam. Op een van de oevers is een Engels getint pleintje verrezen, compleet met hekwerk, rode telefooncel en fontein. Al is de naam English Village wel te veel eer voor niet veel meer dan een souvenirwinkel en een hamburgertent.
De brug telt drie rijbanen: twee van het eilandje naar de stad en een terug. Wie naar de jachthaven of camping Crazy Horse wil, moet hier langs. Een standbeeldje van McCulloch en Wood – in goed Amerikaanse het Dynamic Duo – staat fier naast het voetpad op de brug. Britse vlaggen wisselen de Amerikaanse Stars & Stripes af.
lampen
De originele gietijzeren lampen op de brug zijn gemaakt van omgesmolten kanonnen van het leger van Napoleon Bonaparte dat in juni 1815 verloor bij Waterloo. Nog een oorlogsdetail zijn de namen van twee soldaten in een van de stenen. Wie de moeite neemt een trap af te gaan en goed te kijken, ziet “1942 Sgt. Fitzwater PFC Smith” in het graniet gekerfd. Het zijn de namen van twee Amerikaanse militairen van de First Infantry Division die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Londen hun namen achterlieten in de brug. <