Links een traditionele pacemaker, rechts de draadloze mini-versie. hbvl
Nieuw toestel van 10.000 euro wordt rechtstreeks in hartkamer geplaatst
Eerste Limburgse draadloze mini-pacemaker in Jessa Ziekenhuis
Hasselt
In het hartcentrum van het Hasseltse Jessa Ziekenhuis is voor het eerst in Limburg een draadloze pacemaker ingeplant. Het toestelletje is tien keer kleiner dan een traditionele pacemaker en wordt rechtstreeks in een hartkamer geplaatst. De ingreep werd uitgevoerd door cardiologen Joris Schurmans en Pieter Koopman.
De eerste draadloze pacemaker werd in ons land in 2015 voor het eerst ingeplant in het UZ Leuven, en nu dus voor het eerst in Limburg. Of er op korte termijn veel zulke ingrepen zullen gebeuren, is zeer de vraag. De ziekteverzekering komt niet tussen en een mini-pacemaker kost om en bij de 10.000 euro. Een standaard pacemaker kost 4.000 euro en wordt wel door de ziekteverzekering terugbetaald.
Bij een te traag hartritme stuurt een pacemaker impulsen naar het hart, waardoor dat terug sneller gaat kloppen. Traditioneel worden pacemakers onder de huid ingeplant ter hoogte van de schouder. Door middel van contactdraden of ‘leads’ die via de aders in het hart worden geplaatst, zijn ze verbonden met de plaats(en) waar de elektrische impulsen moeten worden afgeleverd. Dergelijke conventionele pacemakers zijn nog steeds standaard en erg doeltreffend. Maar net die ‘leads’ vormen ook de zwakke plek van het systeem en ze kunnen voor problemen zorgen omdat ze stuk gaan of infecties veroorzaken.
“Al die problemen kunnen vermeden worden dankzij de draadloze pacemaker”, zegt dokter Pieter Koopman. “Deze mini-pacemaker wordt via de lies rechtstreeks in de rechter hartkamer ingeplant. Draden zijn er niet meer, net zo min als een onderhuids toestel in de schouderstreek. Het hele systeem, dat tot 10 keer kleiner is dan een traditionele pacemaker, bevindt zich volledig binnen in de hartkamer. De patiënt kan snel weer naar huis, zonder al te veel belemmeringen.”
Toch heeft de nieuwe pacemaker ook zijn beperkingen. “Hoewel deze technologie veelbelovend is voor een aantal van de patiënten, is er vanuit de ziekteverzekering geen enkele terugbetaling voorzien”, legt dokter Joris Schurmans uit. “De kost van het toestel wordt volledig door het hartcentrum gedragen. We willen niet alleen onze patiënten zo optimaal mogelijk behandelen, maar ook onze expertise in innovatieve technieken blijven uitbouwen.”
Waarom wordt deze ingreep pas nu in Limburg uitgevoerd? “Dat is vooral een praktisch verhaal. We moesten samen een opleiding hiervoor in Zwitserland volgen en een gezamenlijk gat in de agenda’s vinden was een hele klus”, aldus beide cardiologen. (dj)
