Direct naar artikelinhoud
Jeugddelinquentie

Minder jeugdcriminaliteitmaar toch steeds meer repressie

Experts stellen zich grote vragen bij evoluties in jongerenwelzijn
Beeld ANP XTRA

Terwijl de jeugdcriminaliteit jaar na jaar daalt, neemt het aantal plaatsen in gesloten instellingen toe. Meer nog: jongeren kunnen dankzij de nieuwe wetgeving nu zelfs tot zeven jaar opgesloten worden. "Ik maak me zorgen", zegt Luc Deneffe, directeur van De Wissel, een organisatie die onder meer meisjes begeleidt van 14 tot 21 jaar.

Luc Deneffe is ongerust. "Met de hervorming van het jeugdsanctierecht was er een momentum", vindt hij. "Maar als ik zie wat de uitkomst is, dan stel ik me daar ernstige vragen bij." Deneffe is de directeur van De Wissel, een vzw die verschillende initiatieven bundelt in de jeugdhulp. Hij ziet in de praktijk hoe opsluiting jongeren tekent. 

Net om die reden vreest hij dat een aantal aspecten van de recente hervorming een nefast effect kunnen hebben. Zo zullen jongeren vanaf 12 jaar maximaal 2 jaar, vanaf 14 jaar 5 jaar en vanaf 16 jaar 7 jaar naar een gemeenschapsinstelling gestuurd kunnen worden. "Eerlijk? Ik begrijp dat niet. Onderzoek toont net aan dat het contraproductief is om jongeren op te sluiten. En toch blijven wij net daarop inzetten. Dit terwijl de jeugdcriminaliteit de voorbije jaren gedaald is."

De cijfers geven Deneffe gelijk. Tussen 2010 en 2015 ging het aantal Misdrijf Omschreven Feiten (MOF) waar jeugdrechtbanken zich over moeten buigen, fors naar beneden. Het aantal eigendomsdelicten daalde met 38 procent, het aantal persoonsdelicten met 31 procent. De cijfers voor 2016 zijn nog niet publiek. Dit terwijl het aantal gesloten plaatsen in gemeenschapsinstellingen toenam. In 2007 waren dat er 130, in 2016 al 162.

'Onderzoek toont net aan dat het contraproductief is om jongeren op te sluiten. En toch blijven wij net daarop inzetten'
Luc Deneffe, directeur van De Wissel

Vraag en aanbod

"Het aanbod creëert de vraag", vindt Deneffe. "Daarom begrijp ik ook niet waarom die uitbreidingen er steeds gekomen zijn. We zouden net meer moeten inzetten op ambulante, individuele hulp en alternatieven. We moeten die jongeren begeleiden, in alle domeinen van hun leven. Hen uit de samenleving halen lost niks op. Ik vraag me af of we het aantal gesloten plaatsen niet kunnen plafonneren, zodat we dit nieuw jeugdsanctierecht op de juiste manier kunnen uitwerken."

Dat jongeren voortaan langer opgesloten kunnen worden, is volgens hem een al even grote anomalie. "De overheid wijst hierbij steeds naar die hele kleine groep die hier nood aan zou hebben. Het probleem is dat we van die kleine groep de norm maken. Een systeem in de wetgeving zetten, zorgt ervoor dat het ook graag gebruikt wordt."

Deneffe is niet de enige die zich vragen stelt bij de ontwikkelingen in jongerenwelzijn. Eerder al lieten tientallen experts zich in een open brief kritisch uit over de hervorming van het jeugdsanctierecht. Ook zij hekelen de grotere focus op repressie. 

Uitzonderlijk

Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) vindt de kritiek onterecht. "Eerst en vooral wil ik erop wijzen dat de twee doelgroepen uit de jeugdhulp niet door elkaar gehaald mogen worden. We betreuren de vreemde eenzijdige focus op gesloten opvang. Bij 95 procent van de jongeren die voor de jeugdrechter komen is er sprake van een problematische opvoedingssituatie."

Vandeurzen benadrukt dat het nieuwe decreet jeugddelinquentie maar een van de initiatieven is. Zo is er nu ook een 'zorggarantieplan' dat moet vermijden dat kinderen op jonge leeftijd geplaatst worden. "Uiteraard delen we de bezorgdheid dat we zo veel mogelijk moeten voorkomen dat jongeren in een gesloten setting worden geplaatst", zegt Vandeurzen. "Dat staat ook zo letterlijk in decreet en memorie." 

'We betreuren de vreemde eenzijdige focus op gesloten opvang. Bij 95 procent van de jongeren die voor de jeugdrechter komen is er sprake van een problematische opvoedingssituatie'
Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V)

Dat het aantal gesloten plaatsen is gestegen, moet hij bevestigen. "Er is de voorbije tien jaar inderdaad bijkomend geïnvesteerd. Maar niet enkel de gesloten capaciteit steeg, ook in de ambulante alternatieven zijn grote investeringen gebeurd." Dat jongeren in sommige gevallen tot zeven jaar opgesloten kunnen zitten, is volgens de minister enkel bij uitzonderlijk situaties.