Na zwaar ongeval: ‘supergevaarlijke’ varkensruggen staan opnieuw ter discussie
De varkensruggen die nog her en der langs de weg liggen om auto’s en fietsers van mekaar te scheiden zorgen opnieuw voor controverse. De aanleiding is een recent ongeval.
Een jonge bestuurder van 27 heeft begin maart zware verwondingen opgelopen toen hij in Heist-Goor met zijn bestelwagen tegen een verlichtingspaal botste. “Er is weer een accident gebeurd in de ‘kwade bocht’ van de Gommerijnstraat. Over de precieze oorzaak zal iedereen zijn eigen mening hebben. Het lijkt erop dat de uitkomst wel verergerd is geweest door de aanwezigheid van varkensruggen, de bobbels tussen fietspad en rijweg”, zei Jan Baestaens (ETA+) op de gemeenteraad.
“In andere gemeenten zijn er ook al juridische veldslagen opgestart in verband met de aansprakelijkheid door het gevaar dat varkensruggen meebrengt. Daarom vragen we een grondige evaluatie naar alle locaties in onze gemeente en om zo snel mogelijk alternatieven te realiseren”, vroeg hij.
Liever haagjes
Ook Tim Teurfs (N-VA) ijverde al eerder om de varkensruggen te verwijderen. Toen was hij oppositieraadslid, nu is hij lid van de meerderheid. “Ik heb daar begin de jaren 2000 al voor gepleit, maar ze liggen er nog steeds. Ze zouden in mijn ogen zo snel mogelijk weg moeten, want ze zijn supergevaarlijk. Als er een auto op rijdt, dan verliest die sneller de controle”, herhaalde hij.
“Varkensruggen worden al een tijd niet meer gebruikt bij de aanleg van nieuwe straten. Bij een heraanleg worden ze verwijderd, zodat er steeds minder overblijven. We gaan tegenwoordig inderdaad liever voor haagjes om de scheiding tussen fietspad en rijweg duidelijk te maken”, duidde schepen van Mobiliteit Katleen Vantyghem (N-VA).
“Hier en daar liggen er nog wel varkensruggen. Specifiek voor de Gommerijnstraat gaan we bekijken of een haag of paaltjes een oplossing kunnen betekenen. Ze zomaar weghalen zonder alternatief gaan we niet doen, want ze staan daar natuurlijk met een reden: ze moeten de auto’s weghouden van het fietspad. We gaan het verder bekijken”, aldus de schepen. (bepr)