Thomas Pidcock verscheen opnieuw aan de start in Namen. De Brit reed zijn laatste cross in het Deense Bogense, waar hij won, en laste sindsdien een trainingsperiode in om zich klaar te stomen voor de eindejaarsperiode.

Het was Joris Nieuwenhuis die samen met de Fransman Joshua Dubau de start voor zich nam. Lang zou de Nederlander, vorig jaar nog winnaar in Namen, niet vooraan rijden, want na tien minuten werd hij genekt door materiaalpech en moest hij de wedstrijd verlaten.

Vooraan wachtte Dubau niet en nam hij de eerste twee ronden voor zijn rekening. Iserbyt, zaterdag winnaar in Essen, kwam evenwel op dreef en nam daarna de wedstrijd in handen. Hij deelde enkele prikjes uit, maar lange tijd kregen we toch vier leiders: Sieben Wouter, Pidcock, Dubau en Iserbyt.

Iets voorbij halfweg cross raakte de Europese kampioen dan toch weg op de steile stroken. Pidcock sputterde als langste tegen en toen Iserbyt in de voorlaatste ronde lek reed achteraan, net voorbij de materiaalpost, zag hij de Telenet Fidea Lion voorbij snellen. Iserbyt probeerde nog, maar de veer was gebroken en de tank leeg. Geen zege dus, wel een tweede plaats voor de renner van Marlux-Napoleon Games.

“Nochtans was ik vooraf een beetje onzeker”, gaf de Pidcock na afloop toe, “maar tijdens de wedstrijd voelde ik me beter worden. Bij de start voelde ik mij niet erg goed, maar geleidelijk kon ik wel opschuiven en draaiden mijn benen ook beter rond. Iserbyt maakte het me zeker niet gemakkelijk en op bepaalde stukken was hij de betere, maar sommige stroken waren ook in mijn voordeel. Ik houd van zo’n parcours, dat bewees ik vorig jaar al met mijn zege bij de junioren. Ik ben blij dat ik hier nu ook bij de beloften win. Vooraf was ik nog onzeker omdat ik een beetje last had aan mijn knie op het eind van mijn trainingsstage, maar vandaag had ik geen pijn.”

In het klassement behoudt Iserbyt de leiderstrui met 205 punten, 25 meer dan Pidcock die wel drie manches won, tegenover Iserbyt slechts één toen de Brit paste voor de wedstrijd in het Duitse Zeven. Op het eind tellen slechts de vier beste resultaten voor het klassement. Er volgen nog drie wedstrijden: Heusen-Zolder, Nommay en Hoogerheide.

Eli Iserbyt baalde na afloop een beetje om de tweede plaats. “Het is jammer dat ik lek rijd net voorbij de materiaalpost”, gaf hij aan, “ik moest heel lang lopen en verloor mijn leidersplaats. Darna probeerde ik wel om terug te komen, maar ik had al iets te veel krachten verspeeld in de beginfase toen die Franse en Nederlandse renners zo snel van leer trokken. Ik voelde Essen ook nog in de benen bij de start en het duurde lang vooraleer ik zelf kon aanvallen. Dat deed ik, maar die lekke band strooide roet in het eten en daarna had ik gewoon geen kracht meer om Thomas te verschalken.”

Zwitser Rouiller is beste junior

Loris Rouiller heeft de wereldbekermanche in Namen bij de junioren op zijn palmares gebracht. De Zwitser soleerde naar de zege voor de Nederlander Ryan Kamp en de Brit Ben Tulett. De Nederlander Pim Ronhaar, leider in het klassement, werd achtste, maar behoudt zijn positie bovenaan.

Rouiller maakte meteen van bij de start zijn intenties duidelijk en pakte uit met een stevige demarrage. Al snel nam hij enkele lengtes en ondanks pogingen in de achtergrond van Ben Tulett, Ryan Kamp en Ryan Cortjens was niemand nog bij machte hem te bedreigen voor de eerste plaats.

In de strijd om plek twee en drie ontdeed Kamp zich van Tulett en Cortjens. Het duo zorgde voor een pittig duel om de laatste podiumplek en het was de Brit die het haalde.

Het is zijn vijfde zege van het seizoen. Eerder kroonde de Zwitser zich onder meer tot Europees kampioen in Tabor.