Afscheidnemend parlementslid Koen Geens (CD&V): "Vivaldi heeft zich dood geregeerd"

Het is een publiek geheim dat Geens van meet af aan geen fan was van de Vivaldi-coalitie. Zijn voorkeur was een nieuwe coalitie met de N-VA. "De voorzitters van de partijen in deze coalitie waren niet voor elkaar gemaakt. En dat is ook gebleken."

De strijd tussen PS-voorzitter Paul Magnette en MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez heeft ervoor gezorgd dat het "een janboel" geworden is, aldus Geens in het ontbijtgesprek in De Ochtend. 

De voortdurende interne oppositie binnen de regering ziet hij bevestigd door het hoogoplopende conflict tussen Bouchez en minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen). "Gekibbel is van alle tijden, maar dit is niet gezond voor een democratie." 

Volgens Geens zouden ze precies het omgekeerde moeten doen. "Door de expertise van Van der Straeten en de volharding van Bouchez is de regering tot een goede conclusie gekomen over de kerncentrales en de Belgische energiepolitiek. Waarom zetten ze die conclusie niet samen in de verf?"

De Croo en zijn ministers hebben zich "dood geregeerd", vindt Geens. Vivaldi heeft de coronacrisis en gascrisis goed aangepakt, maar daarna "was het vet van de soep". "Als overgangsregering was dat een mooi palmares, maar men had na de crisissen gewoon verkiezingen moeten uitschrijven."

Na jaren als minister koos Geens er bij het begin van de regeerperiode voor om het ministerschap aan zich voorbij te laten gaan en in het parlement te zetelen. Hij werkte er onder andere mee aan het nieuwe Strafwetboek, waarvoor hij eerder als minister de aanzet had gegeven. 

Ondanks zijn staat van dienst voelde ook hij zich beperkt door de stevige greep van de partij op het parlement. "Er is te veel tucht vanuit de partijen naar de parlementsleden toe. Ik probeerde daar boven te staan, maar ik hield mij toch in. De particratie wordt sterker omdat de partijen kleiner worden." 

"Vroeger lieten parlementsleden regeringen vallen. Maar vandaag zijn ze zo afhankelijk van de partij en hun plaats op de lijst dat het heel hard is om tegen je partij in te gaan."

Het belang van de partij geldt ook steeds meer binnen de regering, merkt Geens op: "Ministers worden vertegenwoordigers van partijen binnen de regering, terwijl net zij bij uitstek het algemeen belang moeten dienen."

Geens' carrière als parlementslid zit erop. Hij steunt als lijstduwer wel nog de Europese lijst van de christendemocraten.

Zal hij nog op een andere manier terugkeren in de politiek? "Ik heb met mijn echtgenote afgesproken om op vakantie te gaan op 12 juni. En daarna zal ik zoals altijd doen wat mij gevraagd wordt door de partij."   

Geens klinkt weinig optimistisch over de verkiezingen. "Ik denk dat we ons resultaat van 2019 zullen verbeteren, maar dan nog zal dat geen schitterend resultaat zijn." 

"Indien we het heel slecht zouden doen, zou het geen kwaad idee zijn om in de oppositie te gaan. We hebben dat in de geschiedenis van onze partij 2 keer gedaan, en 2 keer zijn we daar als grote overwinnaar uitgekomen."