Mensenhandel raakt uit beeld
Den Haag
De Raad van Europa publiceert vandaag een rapport over de Nederlandse aanpak. Naast lof over vooruitgang, klinkt er ook kritiek. Zo dringt de Europese mensenrechtenwaakhond aan op een nieuw Nationaal Actieplan tegen mensenhandel, ‘inclusief de nodige financiering’. Het vorige actieplan verliep al in 2014.
Volgens de Raad moet het kabinet vooral meer doen voor buitenlandse slachtoffers die hier worden aangetroffen. Zo zouden zij niet alleen hulp moeten krijgen als er een strafrechtelijk onderzoek loopt. Ook zouden alle slachtoffers zonder papieren altijd langer in Nederland moeten kunnen blijven, voor ‘een periode van herstel en reflectie’.
Tegelijk meldt Herman Bolhaar, de Nationaal Rapporteur Mensenhandel, dat politie en hulpverleners steeds minder zicht hebben op de slachtoffers van mensenhandel. Vorig jaar waren er slechts 958 slachtoffers ‘in beeld’. In 2014 waren dat er nog 1256.
escortbranche
Vooral de daling in de aantallen slachtoffers van seksuele uitbuiting is opvallend – zeker gezien het feit dat dit de meest voorkomende vorm van mensenhandel is. In 2014-2015 ging het om gemiddeld 365 slachtoffers; vorig jaar waren dat er slechts 263. ‘De daling komt mogelijk doordat slachtoffers steeds vaker gedwongen worden te werken in de escortbranche en als ‘thuiswerkers’’, staat in het rapport ‘Slachtoffermonitor mensenhandel’. Dat zijn juist de twee sectoren waar steeds minder goed zicht op is, schrijft Bolhaar.
In 2013-2015 kwam 66 procent van de slachtoffers van seksuele uitbuiting uit dit deel van de prostitutiesector. In de laatste twee jaren steeg dit naar 81 procent.
De politie krijgt fors minder meldingen van mensenhandel. Daarbij zijn er grote verschillen tussen politieregio’s, ‘die niet verklaard kunnen worden door het aantal inwoners in de regio’. Zo komt meer dan driekwart van de meldingen uit de vier politie-eenheden Rotterdam, Oost-Brabant, Oost-Nederland en Zeeland/West-Brabant. De oorzaak van deze verschillen is niet bekend. Bolhaar pleit voor meer onderzoek, ‘zodat alle politie-eenheden in staat kunnen worden gesteld om mensenhandel zo goed mogelijk aan te pakken’.
Het Centrum voor Kinderhandel en Mensenhandel noemt de bevindingen van Bolhaar ‘schrikbarend’. ‘Tot nu toe is het echter windstil bij het kabinet. Behalve het meermaals uitstellen van kabinetsplannen die nu in november worden verwacht, hebben we nog weinig concreets gezien’, aldus woordvoerder Shamir Ceuleers.
In een reactie aan de Raad van Europa laat staatssecretaris Mark Harbers (Justitie en Veiligheid) weten dat veel genoemde verbeterpunten al in het nieuwe actieplan staan, dat deze herfst moet verschijnen. ‘De afstemming met alle overheden en hulporganisaties kost tijd.’ <
De nieuwe privacyregels belemmeren het melden van slachtoffers van mensenhandel. Jeugdinstellingen, zorgcoördinatoren en andere hulpverleners hebben geen opsporingsbevoegdheid, en mogen dus alleen in actie komen als ze schriftelijke toestemming van het slachtoffer hebben. Dat staat in de Slachtoffermonitor Mensenhandel. Circa 40 procent van de slachtoffers wordt door die organisaties gemeld. Staatssecretaris Mark Harbers (Justitie en Veiligheid) weigerde vorige maand een uitzondering te maken op de privacywet.