Direct naar artikelinhoud
Anticonceptie

Crombez gooit verplichte anticonceptie weer op tafel. Moet het in sommige gevallen kunnen?

Sp.a-voorzitter vindt dat het mogelijk moet zijn onbekwame ouders minstens tijdelijk het recht op kinderen te ontzeggen
Beeld Getty Images

Sommige thema’s beroeren om de haverklap de gemoederen. Het al of niet opleggen van anticonceptie aan ‘onbekwame ouders’ is er zo één. Deze keer trok sp.a-voorzitter John Crombez aan de alarmbel. “De bescherming van het kind moet voorgaan op het recht op ouderschap.”

“Als je hulpverleners hoort vertellen over baby’s met een overdosis, omdat ze via de navelstreng te veel rotzooi hebben binnenkregen, twijfel je niet meer”, stelt Crombez in een interview in Humo. “Dat kun je als maatschappij niet blijven slikken. We moeten sommige mensen minstens tijdelijk beletten om kinderen te krijgen.”

Het is niet de eerste keer dat de sp.a-voorzitter dat thema aankaart. En hij is ook niet de eerste die ermee komt. Open Vld-politicus en huisarts Patrik Vankrunkelsven had in 2005 al een voorstel klaar om verplicht anticonceptie op te leggen bij ouders die hun kinderen mishandelden. Dat was een reactie op de zaak-Xena, waarbij een baby maandenlange mishandeling en verwaarlozing door haar ouders niet overleefde. Van de bewuste ouders waren voordien al twee kinderen geplaatst na ernstige mishandeling.

Wat wordt precies voorgesteld?

Crombez wil vooral inzetten op preventie, en wil mensen die er zelf slecht aan toe zijn, bijvoorbeeld drugsverslaafde moeders, voorstellen te werken met anticonceptie. Hij kreeg meteen de steun van N-VA-Kamerlid Valerie Van Peel, die zelf al langer op die nagel klopt. Zij benadrukt dat heel wat OCMW’s al zulke gesprekken houden.

Het voorstel van Vankrunkelsven uit 2005 was nog duidelijker: een rechter moet de mogelijkheid hebben onbekwame ouders tot het gebruik van omkeerbare anticonceptie te verplichten. En de huisarts staat nog altijd achter dat voorstel. “Het moet wel vaststaan dat ze onbekwaam zijn. Dat is essentieel. Dat wil zeggen dat het niet bij de eerste misstap opgelegd kan worden. Maar bij mensen die recidiveren moet de maatschappij kunnen ingrijpen.”

‘Bij mensen die recidiveren moet de maatschappij kunnen ingrijpen’
Patrik Vankrunkelsven, Open Vld-politicus en huisarts

Hoe moet dat concreet?

Crombez ziet vooral heil in het aanstellen van een kinderrechter die moet waken over de rechten van het ongeboren kind, naar Nederlands voorbeeld. Als er in Nederland bij de moeder sprake is van middelengebruik, kan die rechter maatregelen nemen, zoals de vrouw onder dwang laten opnemen zodat de foetus geen schade meer ondervindt. 

Van Peel gaat nog een stap verder en stelt voor anticonceptie te hanteren als voorwaarde voor eventuele strafvermindering of om voorwaardelijk vrij te komen. Dat is juridisch niet eens zo moeilijk te regelen, denkt ook Vankrunkelsven. “Dan geef je een vrouw de keuze tussen de gevangenis of een spiraaltje. Houdt ze zich niet aan de afspraak, dan kan er alsnog een gevangenisstraf van komen. Zo’n maatregel moet wel op geregelde tijdstippen geëvalueerd worden. Mensen kunnen ondertussen in een andere levensfase zitten, een nieuwe relatie hebben of afgekickt zijn van de drugs. Iedereen heeft recht op een tweede kans.”

Sp.a-voorzitter Crombez trekt in ‘Humo’ hard van leer tegen ouders die hun (ongeboren) kinderen zwaar mishandelen.Beeld Bob Van Mol

Waarom blijft de discussie altijd terugkomen, zonder concreet gevolg?

Omdat er een hoop, vooral ethische bezwaren zijn, legt gezinswetenschapper en pedagoog Hans Van Crombrugge uit. Een van de meest aangehaalde is dat het verplichten van anticonceptie een inbreuk is op de fysieke integriteit van de ouders. “Dat klopt, maar wat met de fysieke integriteit van de kinderen?”, vraagt hij zich af. “Het is onze plicht als samenleving om de rechten van de meest kwetsbaren te vrijwaren. En dat zijn toch onze kinderen?”

Nog zo’n bezwaar: moet je zo’n maatregel dan ook opleggen aan pakweg zwakbegaafden of mensen met een handicap? Kortom: waar trek je de grens? Een klassieke truc om een voorstel af te wimpelen, meent de pedagoog. “Als we iets willen invoeren, dan wordt dat meteen veralgemeend naar alle situaties. Waarop de discussie plat valt. Maar zo’n veralgemening hoeft helemaal niet. Je kunt ook elke situatie apart bekijken en zien wat er het best gedaan wordt.”

Ook de ethische vraag wie moet beslissen of iemand verplicht anticonceptie moet nemen, is een valse vraag, meent Van Crombrugge. “Er kan met een multidisciplinair team bekeken worden wat de beste opties zijn in een concreet geval. Dan is het aan een juridische instantie om de knoop door te hakken.”

Het komt er dus op aan wat pragmatischer te denken. De meeste ethische bezwaren vertrekken volgens Van Crombrugge vanuit een verkeerde assumptie, namelijk dat het krijgen van een kind een recht is van een ouder. “Dat klopt niet. Opgevoed worden daarentegen is wel een recht van een kind. Al te vaak wordt in dit soort discussies het eigendomsargument gebruikt: dat het tot de vrijheid van de mens behoort om aan zichzelf een vervolg te breien. Daar moeten we toch van af.”

‘Het is onze plicht als samenleving om de rechten van de meest kwetsbaren te vrijwaren. En dat zijn toch onze kinderen?’
Hans Van Crombrugge, gezinswetenschapper en pedagoog

Maakt een regelgeving over verplicht opgelegde tijdelijke anticonceptie ooit een kans?

Patrik Vankrunkelsven blijft er alvast in geloven, al zal het niet voor morgen zijn. “Het is een bijzonder delicaat thema, zoveel is duidelijk. Daarom stel ik voor om het los te koppelen van de politiek. Organiseer een uitgebreid colloquium over de materie, waar je allerhande experts, mensen uit het werkveld, ethici, rechters en justitie-assistenten samenbrengt. Als dat voorbereidend werk gebeurd is, kunnen we misschien naar het parlement.”

Ook Hans Van Crombrugge ziet het er ooit van komen, want de geesten zijn wel aan het rijpen. Maar de echte duw zal volgens hem komen vanuit een heel andere overweging. “De wereld is overbevolkt aan het geraken, en van daar uit zal het hebben van een kinderwens steeds meer afgewogen worden tegenover andere belangen. Of we dat nu leuk vinden of niet.”