De nieuwe fabriek Mammoth ligt niet ver van de oudere, kleinere installatie Orca.
Foto: Getty

In IJsland draait de grootste machine ter wereld om CO2 uit de lucht te plukken, hoe werkt het en hoeveel kost het?

Op IJsland is de grootste installatie ter wereld in gebruik genomen om CO₂ weer uit de atmosfeer te plukken. De machine, die de naam 'Mammoth' meekreeg, moet per jaar 36.000 ton CO₂ uit de lucht halen met een soort gigantisch dampkapsysteem. Hoe werkt het, hoeveel is het klimaat hierbij gebaat en wat zijn de addertjes onder het gras? 

'Mammoth' is woensdag in werking gesteld. De fabriek omvat 72 containers met ventilatoren die lucht naar binnen trekken. Het is een project van de Zwitserse start-up Climeworks, een van de pioniers van de technologie.  

Terwijl een installatie van Climeworks uit 2021 ('Orca') nog maar 4.000 ton CO₂ kon afvangen per jaar, is dat nu 9 keer zoveel, eens de installatie op volle toeren zal draaien. 

Een kwestie van seconden

36.000 ton is veel en niet veel: het is het equivalent van de jaarlijkse uitstoot van 8.600 auto's op fossiele brandstoffen. Dat is een begin, maar het is slechts een fractie van de jaarlijkse wereldwijde uitstoot aan broeikasgassen die de klimaatopwarming en -verstoring veroorzaken.

Het gaat om minder dan een miljoenste deel, niet eens 0,0001 procent dus. Nog anders gezegd: wat de installatie in IJsland jaarlijks "opeet" aan CO₂, is goed voor enkele seconden van onze uitstoot op een heel jaar. Maar de techniek is in opmars, en dat aandeel zal wellicht snel toenemen. 

Hellisheidi, waar geothermie groene energie levert

De installatie staat in Hellisheidi, in de buurt van Reykjavik. Ze staat op een slapende vulkaan en niet eens zo ver van het actieve vulkanische systeem Svartsengi in het zuidwesten van het land, maar de locatie is niet toevallig gekozen. 

In Hellisheidi staat een grote geothermische centrale die dankzij natuurlijke aardwarmte de nodige energie levert. Groene energie is een absolute noodzaak voor dergelijke energieslurpende installaties, of het positieve effect voor het klimaat zou zich meteen tenietdoen. De vulkanische ondergrond is ook ideaal om de gevangen CO₂ in op te slaan. 

Hoe werkt het? Met stoom en filters

In de fabriek wordt de CO₂ uit de binnengetrokken lucht gehaald met behulp van stoom en chemische filters. Het koolstofdioxide wordt daarna opgeslagen in bassins met water, en voor een deel hergebruikt.

Het overtollige water wordt dan in ondergrondse basaltlagen gepompt, waar het reageert met magnesium, calcium en ijzer en op die manier veilig wordt vastgeklikt in de bodem. 

Het systeem staat in het Engels bekend als DACCS, Direct Air Capture and Carbon Storage, het vangen van CO₂ uit de lucht en het opslaan ervan.  

De plannen zijn groot (en er is veel geld mee gemoeid)

De "oogst" is momenteel nog klein, voorlopig toch. "Het is niet alleen aan ons, ook anderen moeten meedoen", zegt Jan Wurzbacher daarover, medestichter van Climeworks. Hijzelf heeft alvast grote plannen. Hij spreekt over miljoenen tonnen in 2030, om dan in 2050 richting een miljard ton te gaan.

In de VS bouwt Stratos momenteel aan een grote installatie in Texas die op kruissnelheid een capaciteit van 500.000 ton zou moeten hebben. De fabriek moet volgend jaar opengaan. 

Volgens het Internationale Energieagentschap (IEA) zou DACCS tegen 2030 effectief goed moeten zijn voor ongeveer 10 miljoen ton. De investeringen die daarvoor nodig zijn, blijven groot.

De prijs voor een gevangen ton CO₂ ligt momenteel dichter bij 1.000 dollar dan bij 100

Jan Wurzbacher van Climeworks

Wurzbacher zegt dat de kostprijs "dichter bij 1.000 dollar ligt dan bij 100 dollar" per gevangen ton CO₂. Het doel voor 2030 is een kostprijs van 300 dollar per ton, om richting 2050 naar 100 dollar te gaan (93 euro).

Maar er valt ook geld mee te verdienen. Bedrijven kunnen bij Climeworks en collega's koolstofkredieten kopen, al dan niet om hun eigen uitstoot te compenseren. Hoeveel klanten betalen is niet bekend en hangt af van de markt, maar op veilingen worden carbon credits in de markt gezet aan 1.500 dollar per ton.  

Lego heeft onlangs een deal met Climeworks bekendgemaakt ter waarde van 2,4 miljoen dollar. Lego zei daarover dat het zijn klimaatimpact wil verkleinen en wil zorgen voor een betere toekomst voor de kinderen. 

De grootste DACCS-installaties ter wereld (bestaande en geplande):

  • 2021: Climeworks (Orca): 4.000 ton CO₂ per jaar in IJsland
  • 2024: Climeworks (Mammoth): 36.000 ton in IJsland
  • 2025: Occidental en 1PointFive (Stratos): 500.000 ton in Texas
  • 2030: Climeworks (Project Cypress): 1.000.000 ton in Louisiana
  • 2030: CarbonCapture (project Bison): 5.000.000 ton in Wyoming

Addertje(s) onder het gras

Critici zeggen dat de techniek door grote vervuilers misbruikt kan worden, als een excuus om door te gaan met fossiele brandstoffen. Zo heeft Stratos een duidelijke link met oliegigant Occidental. 

Het geld beter zou worden geïnvesteerd in groene energie om de uitstoot van broeikasgassen te voorkomen, eerder dan de kwaal te genezen, argumenteren critici. Ook wijzen ze op ecologische risico's voor de opslag van het CO₂. 

Bovendien zouden fossiele energiebedrijven de gevangen CO₂ kunnen hergebruiken om olie naar boven te halen uit bestaande olievelden, olie die nu moeilijk of niet bereikbaar is. 

Zelfs als onze CO₂-uitstoot naar beneden gaat, blijft de techniek maar een deel van de oplossing. Het zal er dus op aankomen om de natuur zo goed mogelijk haar werk te laten doen en om de uitstoot zo snel mogelijk af te bouwen.

Maar het is dus een verhaal van beide: klimatologen zeggen dat de tandem nodig zal zijn om de opwarming van de planeet alsnog onder de 2 graden Celsius te houden op de lange termijn. De anderhalve graad hebben de meeste wetenschappers intussen al opgegeven. 

AFP or licensors

Meest gelezen