Direct naar artikelinhoud
Binnenland

Hebben wettelijk samenwonende en getrouwde koppels altijd dezelfde rechten? Zeker niet

Beeld ter illustratie.Beeld ANP

Koppels die wettelijk samenwonen hebben nog niet altijd dezelfde rechten als gehuwde koppels. En vaak zijn koppels die wettelijk samenwonen daar niet van op de hoogte. De federale Ombudsman dringt er daarom bij de overheid op aan niet enkel beter te informeren, maar ook het statuut van wettelijk samenwonenden te uniformiseren. 

Koppels die wettelijk samenwonen, denken vaak dat ze dezelfde rechten hebben als getrouwde koppels. Maar dat is niet zo. De federale Ombudsman kreeg bijvoorbeeld klachten over mensen van wie de partner overleed aan asbestkanker of ten gevolge van de aanslag van 22 maart 2016 in Brussel. Volgens de wet hebben zij geen recht op schadevergoeding en ook geen overlevingspensioen. 

Veel wettelijk samenwonenden kennen de precieze gevolgen van hun statuut niet. Er zijn ook verschillen per domein, gaande van familierecht tot fiscaliteit en sociale zekerheid. De rechten die daaruit voortvloeien verschillen ook. Als het van de federale Ombudsman afhangt, moet het parlement de wetgeving over het statuut van wettelijk samenwonenden uniformiseren, zodat er een gemeenschappelijke definitie is in de verschillende domeinen. De Ombudsman vraagt ook om burgers beter te informeren. 

Wetsvoorstel 

Enkele weken geleden diende N-VA-Kamerlid Goedele Uyttersprot daarover al een wetsvoorstel in. Ze wil dat koppels die wettelijk gaan samenwonen daarvoor altijd persoonlijk moeten langsgaan bij de gemeente, zodat een ambtenaar hun rechten en plichten kan uitleggen, net omdat ze hun rechten overschatten. 

Goedele Uyttersprot, N-VA kamerlidBeeld rv

Verder trekt de federale Ombudsman (opnieuw) aan de alarmbel over de Directie-Generaal (DG) Personen met een Handicap. De problemen bij die dienst, die onder meer instaat voor de tegemoetkomingen aan personen met een handicap, zijn niet nieuw. Maar in 2017 steeg het aantal klachten naar 580, een stijging met 150 procent. Dat had vooral te maken met de onbereikbaarheid van de dienst.

Door de onbereikbaarheid en de vertragingen bij de dienst lopen personen met een handicap vaak maandenlang een verhoogde tegemoetkoming na een medisch onderzoek mis of moeten ze lang wachten op de toekenning van het sociaal energietarief. Dat tarief wordt ook niet retroactief toegepast. Dat is onaanvaardbaar voor de federale Ombudsman. 

In 2017 steeg het aantal klachten naar 580, dat is een stijging van 150 procent

Het zijn slechts enkele van de aanbevelingen in het jaarverslag van de ombudsman. De ombudsdienst kreeg het afgelopen jaar 6.169 dossiers te verwerken, een lichte stijging tegenover de 6.008 dossiers in 2016. Ook het aantal klachten kende een lichte stijging van 4.276 in 2016 naar 4.587 in 2017.
De meeste klachten hebben te maken met de sociale zekerheid (28 procent, onder meer door de piek in het aantal klachten bij de DG Personen met een Handicap), gevolgd door de domeinen Asiel en Migratie (25 procent) en fiscaliteit (17 procent).