“Uiteraard hakte het nieuws van dat ­gerechtelijk onderzoek er ook bij ons stevig in”, vertelt Stijn Vreven. “Alle mensen die ­begaan zijn met het Belgische voetbal ­beginnen plots weer te twijfelen aan ­enkele opvallende resultaten of scheidsrechterlijke beslissingen van de voorbije ­jaren. Want ­iedereen die in het voetbal­wereldje ­rondloopt, hoort wel eens ­vreemde dingen en had bij bepaalde ­wedstrijden duidelijke vermoedens. Ik schrik er wel van dat het ­probleem ­omvangrijker en zwaarwichtiger blijkt te zijn dan ik had verwacht. Misschien was ik daar wat naïef in.”

Integriteit

De coach van Beerschot Wilrijk doelt ­uiteraard op de rol van bestuursleden en refs. “Toen ik hoorde dat er ook scheidsrechters bij betrokken waren, kon ik mijn vele schorsingen als trainer weer wat beter relativeren”, lijkt Vreven te willen grappen. “Nee, serieus: ik schrok me écht kapot toen ik hoorde dat er scheidsrechters, toch de ­bakens van integriteit en neutraliteit, ­waren opgepakt. De twee beste scheidsrechters van het land zitten blijkbaar ­middenin het hele verhaal en hebben zo resultaten ­beïnvloed. Voor spelers en ­coaches die elke week hun stinkende best doen om goede ­resultaten te behalen, is het extreem pijnlijk dat er op die manier wedstrijden boven je hoofd in een ­beslissende plooi worden ­gelegd. Dit ­verhaal schaadt iedereen die in onze sport actief is.”

“Dat makelaars, scheidsrechters en bestuursleden een impact ­kunnen hebben op het resultaat van een voetbalwedstrijd, dat maakt mij bijzonder wantrouwig. Je stelt plots alles in vraag. Wie is er nog ­integer en wie niet? En eigenlijk is die ­reflex fout”, vindt Vreven, die als speler en als trainer naar eigen zeggen nooit werd benaderd om de boel te belazeren. “Ik denk dat ze er ook bepaalde types ­uitzoeken, hoor. Ze zullen wellicht denken dat ik niet ­makkelijk te beïnvloeden ben.”

Door de commotie rond het fraude­onderzoek werd er vorig weekend niet ­gevoetbald in de Proximus League. Een jammerlijke zaak voor Beerschot Wilrijk, vindt Vreven. “Wij waren daar inderdaad niet opgetogen over, want wij hadden ons een week lang voorbereid op die uitwedstrijd tegen Union. We zaten bovendien in een goede flow, met drie overwinningen op een rij. Plots brengt zo’n onverwacht vrij weekend je uit je ­ritme. De voorbije week vroegen sommige spelers zich dan weer af of de wedstrijd tegen KV Mechelen wel zou doorgaan. Voor de ­focus en de concentratie van je ­spelersgroep is dat natuurlijk allemaal erg nefast. Dan moet je als technische staf iedereen weer op scherp proberen te krijgen.”

“Ik kan begrip opbrengen voor de beslissing van de voetbalbond, maar we hebben nooit een officiële reden ­meegekregen. We hadden er eigenlijk het raden naar waarom die ­volledige speeldag werd uitgesteld. En ­waarom spelen we dit weekend dan weer wel? Niemand kan het ons vertellen. En doordat ook niemand weet wat er de ­komende weken en maanden met KV ­Mechelen zal gebeuren, zal het zondag een heel bizarre ­wedstrijd worden. (denkt na) Maar eens die wedstrijd op gang is ­gefloten, zullen wij ­spelen om te winnen. Zoals elke week.”

Spankracht

Na de 6 op 6 tegen Westerlo en Tubeke heeft Beerschot Wilrijk zich opnieuw ­gemengd in de strijd om de eerste periode­titel. Vreven beseft dat zijn spelersgroep een goede reeks nodig had om het ­vertrouwen weer op te krikken.

“Het blijft vreemd dat we tegen de op papier zwakste tegenstanders - Roeselare en Lommel - geen punten hebben gepakt en dat we ­tussendoor de twee sterkste tegenstanders - KV Mechelen en Union - hebben geklopt. Ik ben wel tevreden dat we na het debacle tegen Lommel sterk gereageerd hebben met een verdiende bekeroverwinning ­tegen een eersteklasser (Cercle, red.) en twee felbevochten zeges in de ­competitie. Maar die overwinningen bieden geen ­garanties voor de rest van het seizoen. Het niveauverschil in deze reeks is gewoon ontzettend klein. Dat had ik toch enigszins anders ingeschat toen ik hier trainer werd. Ik denk dat heel veel ploegen hebben ­geleerd uit hun fouten van vorig seizoen.”

“En dan heb je nog enkele ploegen die een stevige financiële injectie hebben ­gekregen, waardoor de spankracht nu veel groter is dan vorig jaar. Bijna elk team ­gelooft in promotie. Geen ­enkele ploeg kan op voorhand zomaar ­punten ­‘incalculeren’, elke wedstrijd is een dubbeltje op zijn kant. Alleen KV Mechelen heeft de voorbije weken enkele wedstrijden ­relatief gemakkelijk kunnen winnen. Alle ­andere duels werden beslist op details. Daarom denk ik ook niet dat het resultaat in Mechelen allesbepalend zal zijn.”

Mediastop

Een maand geleden werd het na de ­pijnlijke 1-3-nederlaag tegen Lommel even warm ­onder de stoel van Stijn Vreven. Zo warm dat de coach van Beerschot Wilrijk geen interviews meer wilde geven. Ook niet met uw krant. “Ik was toen erg ­geschrokken van de teneur”, legt hij uit. “Het was de allereerste keer in mijn ­carrière dat er werd geschreven dat een spelersgroep niet meer voltallig achter mij zou staan. Ik vond dat een gemakkelijke houding van de journalisten die over mij schreven. En dan viseer ik voor alle ­duidelijkheid niet alleen Gazet van ­Antwerpen, maar iedereen. Want zelfs als ik tien wedstrijden op een rij zou winnen, dan nog zal je enkele spelers vinden die niet ­tevreden zijn. Ik verwácht trouwens van mijn bankzitters dat ze niet tevreden zijn. Dat is een normale reactie. We hebben een kern van 27 spelers, waarvan er maar elf kunnen spelen. Daarnaast las ik dat ik zou terug­gegrepen hebben naar de ‘succesformule’ van vorig seizoen, maar daar ben ik het niet mee eens.”

“Ten eerste was het ‘succes­systeem’ van Beerschot Wilrijk vorig seizoen lang niet altijd een succes. Elke ploeg kent dipjes en er is geen enkel ­systeem dat élke week werkt. En ten ­tweede hebben we dit seizoen al in ­verschillende formaties gespeeld, maar nog nooit in die 3-5-2 van vorig seizoen. Dat ik de voorbije weken heb gekozen voor spelers die hier al langer rondlopen, heeft met verschillende factoren te maken, zoals vorm en blessures. Ik houd er namelijk ­totaal geen rekening mee of een speler hier vorig jaar al zat of niet. En dat heb ik dan ook meteen aan de nieuwe spelers verteld nadat ik dat verhaal in de kranten had ­gelezen.”

Wat is er dan veranderd sinds die offday ­tegen Lommel? “Over die nederlaag werd achteraf eigenlijk niet dieper of langer ­nagekaart dan over andere wedstrijden. Ook als het goed gaat, houden wij op maandag een uitvoerige tactische ­terugblik op de voorbije wedstrijd. En elke speler mag daarin zijn zegje doen. Ik ­bespreek dat soort ­zaken altijd liever in groep dan individueel. Alles kan hier ­gezegd worden en de spelers hoeven het heus niet altijd met mij eens te zijn. Dat was na Lommel ook zo. We merken wel dat sommige spelers makkelijker durven ­te praten dan anderen. En ik vind het belangrijk dat iederéén meedenkt met de ploeg en met de filosofie waarin ik wil spelen.”

Als trainer hakt Vreven uiteraard wel de ­belangrijkste knopen door. “Ik ben de ­eindverantwoordelijke, ja. Ik zet de lijnen uit, maar de spelers moeten het wel ­uitvoeren. En dan vind ik het niet meer dan logisch dat ik hun mening vraag.”

Ajax-systeem

Een trainer die openstaat voor suggesties vanuit de spelersgroep, hoe uitzonderlijk is dat? “Ik denk niet dat dat zo uitzonderlijk is”, repliceert Vreven. “Ik dacht als speler ook altijd mee met de trainer en vond het dan fijn als die naar mij luisterde. Ik wil geen ex-trainers van mezelf kopiëren, dat kan niet de bedoeling zijn. Ik doe het op mijn manier, maar ik heb uiteraard wel ­zaken opgepikt van trainers als Gerets, ­Sollied en ­Boskamp. Ik ben heel open in mijn ­communicatie naar de spelersgroep, maar ik heb wel mijn eigen filosofie. In een ideale wereld zou ik in elke partij met de dominante 4-3-3 van Ajax spelen. Maar ­uiteraard moet je je als trainer instellen op de specifieke kwaliteiten van je spelerskern. Een van onze ervaren spelers gaf hier tijdens zo’n tactische ­bespreking overigens de suggestie om ­terug te keren naar die 3-5-2 van vorig seizoen. En ik was oprecht blij met zijn input, maar geen enkel ­systeem is heilig.”

“In mijn voetbalfilosofie zijn bepaalde zaken ­fundamenteel: ­omschakeling in balbezit en balverlies, het creëren van driehoeken op het veld, veel kantelen en schuiven. En met de juiste ­afspraken kan je die zaken ­integreren in verschillende systemen. Ik wil gerust ­afwijken van mijn basisidee of basis­systeem, maar ik ga mijn filosofie niet ­omgooien. Dat gaat niet.”

Door de vele nieuwkomers en het vertrek van enkele ervaren pionnen heeft ­Beerschot Wilrijk dit seizoen nog niet zijn maximale potentieel bereikt. Vreven is ­ervan overtuigd dat er nog progressie­marge is. “Het is duidelijk dat wij dit ­seizoen geïnvesteerd hebben in een ploeg, in een sterk collectief. Wij moeten het dan ook hebben van onze collectieve sterkte, op pure individuele klasse moeten wij het afleggen tegen andere teams in deze reeks. En een ploeg kan je collectief alleen maar sterker maken door veel samen te spelen, veel te trainen en veel te analyseren. We zijn nog aan het bouwen, maar we moeten ondertussen ook al resultaten neerzetten. Dat maakt het moeilijker. Als coach is het dan handig als je een speler hebt die ­individueel het verschil kan ­maken. ­Sommigen zijn aan het groeien in die rol. Maar het heeft geen zin om te ­vergelijken met vorig seizoen. Verschillende sleutel­pionnen van dat team zijn er niet meer of zijn geblesseerd.”

“Vergeet niet dat ­Pietermaat en Placca nog moeten terug­komen. Bovendien kunnen we binnenkort ook rekenen op nieuwkomer Dudouit. Dat zijn spelers met specifieke kwaliteiten die een serieuze meerwaarde kunnen bieden. Ik verwacht veel van Emeric Dudouit. Als hij erbij komt, kunnen we misschien ­opnieuw met Joren Dom schuiven. Die ­zaken gaan ons een boost geven, daar ben ik zeker van. Er zit zeker nog rek op deze groep. Maar voorlopig beschouw ik ons nog als een underdog. KV Mechelen blijft de topfavoriet voor de promotie.”

KV Mechelen - Beerschot Wilrijk, zondag 16u