Direct naar artikelinhoud
Opinie

Frappant hoe mensen zo snel hun eigen geschiedenis lijken te vergeten

Jozefien DaelemansBeeld Sarah Van Looy

Jozefien Daelemans is hoofdredacteur van Charlie Magazine.

Zo'n 100 jaar geleden stuurde Hongarije, dat zware verliezen had geleden in Wereldoorlog I, 150.000 uitgehongerde en verzwakte kinderen naar Nederland en België. Een van hen was mijn oma, Teruska Házi. Ze was de jongste dochter van een arm arbeidersgezin. Toen haar moeder stierf en haar vader niet meer voor de kinderen kon zorgen, werden zij en haar zus, samen met duizenden andere kinderen op een zogenaamde 'kindertrein' gezet.

De ondervoede en arme Hongaarse kinderen werden, met hulp van het Internationale Rode Kruis en plaatselijke christelijke organisaties, naar pleegouders gestuurd in België en Nederland waar ze een tijdje konden aansterken. Ze kregen er kleding, onderdak en een goeie maaltijd.

Aanvankelijk zouden de kinderen slechts drie maanden blijven, maar een deel van hen kwam regelmatig terug 'op vakantie' en een ander deel (zo’n 15.000) zou permanent in België of Nederland blijven, enkelen werden zelfs officieel geadopteerd. De actie betekende de redding voor veel kinderen, die zo ontsnapten aan verhongering en ontbering.

Gratis hulpjes

Toch ging er ook van alles mis tijdens de plaatsingsprocedure; zo werd mijn oma op het station door een administratieve fout gescheiden van haar zus en kwam ze als zesjarige moederziel alleen in een dorp terecht waar ze niemand kende en de taal niet sprak. De meeste pleegouders verwelkomden ‘de Hongaartjes’ in hun huis met open armen. Sommige ouders konden zelf geen kinderen krijgen, en kregen de kans om met hun pleegkinderen toch een soort van gezin te vormen. Maar andere ouders behandelden de pleegkinderen als gratis huishoudhulpjes. Ze moesten koken en poetsen voor het hele gezin en het werd hen verboden om nog Hongaars te spreken in huis.

Mijn familiegeschiedenis is er een van migratie. Ik zou er vandaag niet zijn indien organisaties de actie voor de ‘Hongaarsche Vacantiekinderen’ niet hadden opgezet

Mijn oma keerde na een eerste verblijf in Nederland terug naar Boedapest, maar toen ook haar vader stierf werd ze op twaalfjarige leeftijd permanent teruggestuurd naar Nederland. Haar zus had een plaats gekregen in België. Mijn oma trouwde op jonge leeftijd met een Nederlander en samen verhuisden ze naar België, in de buurt van waar haar zus woonde. Ze kregen zes kinderen, van wie de jongste dochter mijn moeder is. Familie was het allerbelangrijkste voor mijn oma. In de buurt noemde men haar ‘Moeder Meijer’ omdat ze voor alle kinderen uit de hele straat zorgde, ook al had ze zelf geen grote luxe. Ze kon van niets een feest maken, wordt er nog steeds op familiefeesten over haar verteld.

Onverbiddelijk

Ik sta er niet vaak bij stil dat ik het kleinkind ben van een economische vluchtelinge of migrante. Ik ben bleek en blond en mijn familienaam klinkt Vlaams. Maar op momenten als vandaag, wanneer migratie dagelijks in het nieuws komt en op een steeds negatievere manier, besef ik het eens te meer. Mijn familiegeschiedenis is er een van migratie, van verhuizen, van telkens opnieuw beginnen en aanvaard worden door de mensen om je heen. Ik zou er vandaag niet zijn indien organisaties in België en Nederland de actie voor de ‘Hongaarsche Vacantiekinderen’ niet hadden opgezet.

100 jaar geleden rekende Hongarije op hulp van andere landen om zijn kinderen een betere toekomst te bezorgen. Vandaag is Hongarije een van de meest onverbiddelijke landen in Europa wat migratie betreft

100 jaar geleden rekende Hongarije op de hulp en menslievendheid van burgers in andere landen om zijn kinderen een betere toekomst te bezorgen. 150.000 kinderen kregen de mogelijkheid om een ontzettend zware periode net iets draaglijker te maken. Anderen, zoals mijn oma, konden een nieuw leven opbouwen in een ander land.

Vandaag is Hongarije echter een van de meest onverbiddelijke landen in Europa wat migratie betreft. Nochtans leven er amper 3.500 vluchtelingen, op een bevolking van 10 miljoen. Premier Victor Orbán voert zijn antimigratiebeleid sterker uit dan ooit; door een nieuwe wet is het er vanaf nu strafbaar om illegale migranten en vluchtelingen te helpen. Ngo’s of liefdadigheidsorganisaties wordt het moeilijk of onmogelijk gemaakt om humanitaire hulp te verlenen aan vluchtelingen. Wie toch helpt, riskeert één jaar cel.

Het is frappant hoe mensen zo snel hun eigen geschiedenis lijken te vergeten.