Het idyllische privé-eiland van 453 hectare voor de westkust van Schotland werd ooit nog bezocht de Schotse koning Robert the Bruce en de Noorse koning Hacon. Nu wordt het eiland, dat bereikbaar is per boot of helikopter, voor zo’n 2,9 miljoen euro verkocht.

Daarvoor krijg je een vuurtoren én zeven huizen. Vier aan de noordkant en drie aan de zuidkant. In totaal kan 26 man blijven logeren op het eiland. Voldoende volk om de Byron Darnton Tavern, de pub die samen met het eiland verkocht wordt, te vullen.

Eigen pub

Byron Darnton Tavern dankt zijn naam aan een schip dat in 1946 voor de kust van het eiland verging. Het werd in 2003 op opgericht door de vorige eigenaren Dick en Meg Gannon en bediende een aantal jaren klanten die per boot arriveerden, maar het werd gesloten nadat het eiland in 2010 werd gekocht door de Zwitserse zakenman Michi Meier.

De pub “kreeg veel aandacht in de pers en was open tijdens de zomermaanden,” vertelt Tom Stewart-Moore, hoofd plattelandsagentschap voor Schotland bij Knight Frank, het agentschap dat de verkoop regelt aan CNN. “De volgende eigenaar kan het gebruiken voor een privé-uitje of om te diversifiëren en wat geld te verdienen door het aan te bieden als high-end accomodatie. De pub kan ook heropend worden, wat de kans biedt aan mensen die langs de westkust zeilen om daar even te stoppen.”

De pub heeft trouwens nog steeds een alcoholvergunning, mochten de volgende eigenaren de taverne nieuw leven willen inblazen.

Schapen, vogels en postzegels

Is een pub nog niet genoeg? Dan is er goed nieuws voor dierenliefhebbers want er zijn in totaal ook 55 schapen op het eiland. Vroeger was er een boerderij op het eiland en de dieren voelen zich er nog steeds helemaal thuis. “De schapen zorgen voor zichzelf, ze zijn de grasmaaier van het eiland en hebben weinig beheer nodig,” zegt Stewart-Moore. “Ze zijn inbegrepen bij de verkoop.”

Naast vee is er ook wild. Vogelliefhebbers kunnen genieten van de kolonies papegaaiduikers, drieteenmeeuwen, aalscholvers, kuifaalscholvers, alken en nog veel meer gevederde bewoners.

Alsof dit alles nog niet charmant genoeg is, staat Sanda ook bekend als “Spoon Island”, vanwege de gelijkenis met een omgekeerde lepel. Het is ook een van de weinige Schotse eilanden die zijn eigen postzegels drukt.

Het eiland is op het hoogste punt 23 meter hoog en op een heldere dag kun je de Noord-Ierse Antrim Hills zien liggen, zo’n 30 kilometer verderop. Campbelltown, in Schotland, is de belangrijkste toegang tot het eiland per boot en heeft een grote jachthaven, verschillende whiskystokerijen en de oudste bioscoop van Schotland.

Privé of commercialiseren

Het grootste deel van de accommodatie op het eiland is onlangs gerenoveerd, met nieuwe dubbele beglazing. “Momenteel wordt er op het eiland energie opgewekt door drie generatoren,” zegt Stewart-Moore. “De volgende eigenaren hebben echter de mogelijkheid om hernieuwbare energiebronnen te onderzoeken om de elektriciteit op het eiland aan te vullen of te verbeteren.”

Hij zegt dat ze al “een groot aantal kijk verzoeken” hebben ontvangen. “De potentiële kopers zullen voornamelijk in twee categorieën vallen: of een vermogend individu zal het kopen om het voor zichzelf te gebruiken en privé te houden. Of het zal iemand zijn die de pub en de gebouwen wil commercialiseren, de landbouwactiviteiten op de grond wil uitbreiden en mogelijk zelfvoorzienend wil worden.”