© Kioni Papadopoulos

Deurne Spartans nationaal kampioen baseball na zege bij Borgerhout Squirrels: “Baseball is een denksport”

Het Belgische baseball beleefde vandaag het hoogtepunt van het seizoen. Deurne Spartans won de vijfde en beslissende wedstrijd van de Belgian Series en kroonde zich zo tot nationaal kampioen baseball. Borgerhout Squirrels ging op eigen veld met 4-8 onderuit, en grijpt zo naast de triple: landskampioen­schap, Beker van België en Europabeker. Onze man volgde een week lang de Squirrels, in aanloop naar de belangrijke wedstrijd.

Patrick Vincent

Donderdagavond. De duisternis valt over het veld van de Squirrels in de Vosstraat in Deurne. Op een keukenstoel achter een net zit een kolos van een man. Ontspannen haalt hij een eindeloze serie ­ballen uit een witte verfemmer en werpt ze onderhands naar zijn ploeg­genoten, die ze tot op de startbaan van de luchthaven ­proberen te meppen. De 34-jarige kolos heet Romulo Sanchez. De Venezolaan speelde vorig decennium nog voor het beroemdste baseballteam ter wereld. Zelfs wie nog nooit met een bat heeft gezwaaid, zal al wel eens gehoord hebben van de New York ­Yankees. Maar vandaag is ­Romulo – door zijn Vlaamse teamgenoten uiteraard Lukaku gedoopt – de werper van Borgerhout ­Squirrels.

Sinds het begin van het seizoen woont Sanchez aan het Te ­Boelaerpark. Zondag, de dag na de finale, vertrekt hij weer naar Venezuela, naar zijn vrouw en zijn kinderen van 5 en 1,5 die hij een half jaar niet gezien heeft. Twee woorden Nederlands kent hij ­ondertussen: “Duvel en klootzak”, grijnst hij wanneer de ­training is afgelopen. Hij bestelt nog een glas van het eerste.

(Lees verder onder de foto)

© Kioni Papadopoulos

Met Sanchez op de werpheuvel won Borgerhout deze zomer niet alleen de Beker van België, maar ook de CEB Cup, vergelijkbaar met de Europa League in het ­voetbal. Die zege geeft het recht aan de Belgische kampioen om ­volgend jaar aan te treden in de Champions Cup, het allerhoogste niveau in het Europese baseball. ­Alleen… het is nog niet zeker of de Squirrels zelf mogen gaan.

De eerste club die in de Belgian Series drie wedstrijden wint, is kampioen. De stand is 2-2. In de beslissende wedstrijd vandaag om 14.00u heeft Borgerhout Squirrels het thuisvoordeel, maar dat zegt niet veel. Deurne Spartans is de vorige wedstrijden hier komen winnen. Gelukkig voor de Squirrels konden de Spartans het in eigen huis ook twee keer niet halen.

“Wij waren eerst na het reguliere kampioenschap”, zegt de Borgerhoutse hoofdcoach Marc Janssen (59). “We zijn sterker in de breedte. Maar de Spartans hebben ook een uitzonderlijke Venezolaanse werper, Anderson Gerdel. Het wordt een dubbeltje op zijn kant.”

Romulo Sanchez kent zijn landgenoot goed genoeg. Ze zitten ­elke dag samen in de Basic Fit in ­Borsbeek. Trainingen zijn er ­alleen op dinsdag- en donderdagavond. Bij Borgerhout in de ­Vosstraat dan toch. Bij Deurne, in vogelvlucht een paar honderd meter verder in de Ruimtevaartlaan aan de andere kant van het voetbalveld van ­Groenenhoek, trainen ze ogenschijnlijk niet. “Die mannen ­hebben geen licht”, zegt Janssen droog. “Dan wordt het moeilijk in deze tijd van het jaar.”

Maar ook de Squirrels zullen na de training niet uitgeput in de touwen hangen. “Lópen? Wat is dat?”, lacht een speler. “Looptrainingen zijn overbodig”, geeft Janssen hem gelijk. “Baseball is geen fysieke sport, baseball is een denksport.”

Dippen en pitten

Naast Janssen staat zijn ‘hitting coach’ Donald Vertommen (ook 59). Die was vorig seizoen nog hoofdcoach van de Spartans. “Maar Marc, met wie ik al samenspeel sinds onze kindertijd, heeft me terug naar hier gelokt met drankbonnetjes en vijf bakken ­Duvel”, lacht Vertommen. Zijn ­vader was een van de stichters van de Squirrels in 1947, toen nog aan het Foorplein, waar nu Hof ter Lo ligt. “Hij heeft op het Moorkens­plein ook nog een café gehad dat Squirrels heette.”

Dirk Peeters (61) komt er ook bij, de pitching coach. Net als Timen ‘Fonske’ van Geel, normaal speler, maar sinds een hardnekkige schouderblessure first base coach. Fonske steekt nog een klodder snus tussen zijn ­onderlip en zijn tandvlees. “Snus en zonnebloempitten, dat zijn ­onze verslavingen”, zegt Ver­tommen. “Dippen en pitten!”

(Lees verder onder de foto)

© Kioni Papadopoulos

Ondertussen staat Drew Janssen, de 18-jarige zoon van Marc, in de batting cage op Romulo’s ballen te rammen. Drew is een ­talent en een van de acht Squirrels in het nationale team, de Red Hawks, dat ­onlangs vierde werd op een ­tornooi met de beste zes landen van Europa. Drew mocht al twee keer op trainingskamp van de Amerikaanse Major League MLB, in Arizona en in Tennessee.

“Ik kreeg de kans om lid te ­worden van een Amerikaanse ­universiteitsploeg. Maar de ­studies kosten er 4.000 euro voor een jaar en daar moet je dan nog de vliegtickets bijtellen, eten en drinken en zo. Dat kunnen mijn ouders niet betalen. Ik ben nu aan het kijken of ik niet in Melbourne in Australië kan gaan spelen.”

350 euro zakgeld

Toen de Squirrels deze zomer de finaleronde van de CEB Cup speelden in het ­Tsjechische Ostrava, betaalden ook de spelers en de coaches elk 300 euro uit eigen zak. De rest haalde de club bij ­elkaar met inzamelingsacties.

“Voor het geld moeten we het niet doen, hè”, lacht Janssen. ­“Financieel is het vaak behelpen. Gelukkig krijgen we subsidies van de stad en het district Borgerhout. Daarmee hebben we ons veld heraangelegd en kunnen we materiaal kopen. Het is een redelijk dure sport. Een goede bat kost 140 euro, onze spelers moeten die zelf kopen. Al komt de club soms tussen. Vorig weekend sloeg een van onze ­spelers zijn bat stuk in de finale. Het bestuur heeft hem toen een nieuwe geschonken. Maar ook de ballen zijn duur. Een doos van twaalf kost 60 euro en per ­wedstrijd hebben we twee dozen nodig. We spelen in de competitie alleen al twintig thuiswedstijden. En dan spreken we nog niet over de jeugd en de vrouwen. Die matchballen kun je achteraf alleen nog maar op training gebruiken.”

© Kioni Papadopoulos

Een belangrijke bron van inkomsten is het clubhuis. Daarin staan drie bekers schijnbaar achteloos op de hoek van de toog. Die van België is de grootste. De CEB Cup en de Federations Cup (die Borgerhout Squirrels in 2017 won) vervolledigen het trio. Er volgt nog een rondje Duvels. Janssen vertelt dat ze Romulo Sanchez ontdekten toen die vorig jaar met Valencia tegen Borgerhout Squirrels speelde.

“Hij vond ons wel een tof ploegske en was bereid om hier te komen spelen.” Veel overredingskracht was daar niet voor nodig. “We betaalden zijn vliegtickets, gaven hem een fixke, zorgden voor kost en inwoon, en geven hem nog 350 euro zakgeld in de maand.” Hij is de enige speler die betaald wordt. De rest moet het doen met drankbonnetjes.

De 50.000 fans die hij gewend was in Yankee Stadium in de Bronx, zijn vervangen door een 200-tal fans aan de luchthaven (“Al verwachten we er zaterdag minstens 400”, zegt Marc. “Het is gratis”). De limousine met chauffeur is vervangen door een fiets van de club.

“De vibe en de adrenaline in New York zijn inderdaad lichtjes ­anders”, zegt de reus in moeilijk verstaanbaar Engels. Zijn lippen krullen zich in een ironisch lachje. “Maar ik voel me goed hier. Ik heb al overal gezeten: Taiwan, San Marino, Spanje, Mexico en uiteraard Japan en de VS. Zeventien jaar ben ik al prof. Als ik volgende week thuis ben in Venezuela, begin ik de voorbereiding op de wintercompetitie daar. Tijdens de play-offs ­komen daar ook tot 20.000 fans op de wedstrijden af. In mijn land is baseball populairder dan voetbal.”

Veel vreugde is in zijn geboorteland nochtans niet te rapen. “Het leven is er nu ronduit deprimerend. Van wat ik hier verdien gaat ook een deel naar mijn gezin. Ik ben content dat ik hen binnenkort weer in de armen kan sluiten.”

Eén ding mag niet in zijn bagage ontbreken. “In Venezuela hebben we geen Duvel. Ik ga op de lucht­haven nog een kratje kopen voor ik vertrek.”

TE VOET OP VERPLAATSING

Wanneer de Los Angeles Dodgers volgende dinsdag hun eerste wedstrijd in de World Series moeten spelen, de finale van het Noord-Amerikaanse baseballkampioenschap, moeten zij eerst meer dan vijf uur vliegen naar hun tegenstander, de Red Sox in Boston. Wanneer de Deurne Spartans deze namiddag de beslissende wedstrijd in de Belgian Series spelen, kunnen ze hun sportzak over hun schouder zwieren en de 500 meter naar het veld van de Borgerhout Squirrels stappen. “Dat ­hebben wij toch gedaan bij onze twee vorige uitwedstrijden”, zegt Marc Janssen. “We gaan te voet op verplaatsing.”

Het baseball kwam België binnen via Antwerpen tijdens het interbellum. Japanse matrozen introduceerden de sport op de Wilrijkse pleinen. De doorbraak kwam er aan het eind van de Tweede Wereldoorlog, toen veel Amerikaanse troepen ­gekazerneerd waren op Linkeroever en de Luchtbal. Het zwaartepunt ligt nog altijd in deze regio. Sinds het eerste ­kampioenschap in 1947 zijn slechts vier titels niet in ­Antwerpen gebleven. De hoofdklasse van het baseball in ­België, de Gold Division, is ook vandaag nog bijna volledig Antwerps. Naast Borgerhout en Deurne zijn er Brasschaat ­Braves, Hoboken Pioneers en de net gedegradeerde Mortsel Stars aan de andere kant van de luchthaven. Louvain-La-Neuve Phoenix is de enige vreemde eend in de bijt. In de First ­Division spelen Royal Greys uit Merksem en Beveren Lions en in de tweede divisie Antwerp Eagles uit Wilrijk.

De rivaliteit blijft goeddeels vriendschappelijk. “Al kan het er tijdens de wedstrijd serieus tegenzitten”, zegt Donald ­Vertommen. “Vorige zaterdag was er nog een benchcleaner na een akkefietje op het veld tussen twee Venezolanen. Dan stromen beide banken leeg en is het hard tegen hard. Maar het bleef bij roepen en duwen. En achteraf dronken we samen Duvels in het clubhuis.” (pavi)

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Keuze van de Redactie

MEER OVER