Libische milities stoppen migratiestroom met geweld

© REUTERS

Aan de Libische kust jagen gewapende milities op migranten. Dat verklaart waarom het aantal aankomsten in Italië deze zomer met 80 procent is gedaald.

Kasper Goethals

Een groep van honderden burgers, politiemannen en soldaten jaagt op migranten in de buurt van Sabratha. De Libische kuststad, 70 kilometer ten westen van Tripoli, is een van de voornaamste vertrekplaatsen voor smokkel­bootjes richting Italië.

Op 15 juli begon de migratiestroom naar Italië snel op te drogen. In vergelijking met dezelfde periode vorig jaar is het aantal aankomsten er met 80 procent gedaald. Normaal gezien sturen smokkelaars in de zomer de ene na de andere boot de zee op, maar dit jaar gebeurt dat niet. Het aantal reddingen in internationale wateren neemt af en ook de Libische kustwacht houdt minder mensen tegen dan twee maanden geleden. De daling begon twee weken voor beslist werd om de reddings­activiteiten van ngo’s terug te schroeven en Italiaanse marineschepen naar Libische wateren te sturen. ‘De reden moet aan land gezocht worden. Niet op zee’, meent onderzoeker Mark Micallef, van Global Initiative, een denktank die mensensmokkel in Libië in kaart brengt.

Op sociale media beamen migranten dat ze er niet in slagen om uit te varen. ‘Steeds opnieuw werden we gespot en konden we niet vertrekken’, vertelt Nazeeh B. in een besloten Facebookgroep waar migranten en smokkelaars elkaar geregeld treffen. De gewapende bendes rond ­Sabratha doken uit het niets op en gebruiken agressieve technieken. Migranten worden volgens het persagentschap Reuters geslagen en opgesloten. Wat er daarna met hen gebeurt, is onduidelijk. Smokkelaars bevestigen dat ze hun activiteiten tijdelijk hebben gestaakt.

De vraag is waarom de bendes dit doen en wie hen financiert. Een hooggeplaatste bron bevestigt aan De Standaard dat de milities banden hebben met de door het Westen gesteunde regering in Tripoli. De EU geeft 162 miljoen euro ontwikkelingsgeld dat gebruikt moet worden om migratie tegen te gaan.