Wat leert de politieke barometer?

© bdw

Voor het eerst slaan De Standaard, La Libre, VRT en RTBF de handen in elkaar voor een nationale bevraging van de kiesintenties. Wat leert die voor Vlaanderen, Wallonië en Brussel?

Jan-Frederik Abbeloos

Een redelijk vertrouwd beeld in Vlaanderen. N-VA blijft veruit de grootste partij met 28 procent van de stemmen. CD&V tekent voor de tweede plaats met 19,4 procent, en Open VLD volgt als derde met 15,4 procent. De drie regeringspartijen blijven dus de grote. En ten opzichte van de vorige peiling van april dit jaar gaan ze er alle drie een procentpunt of meer vooruit.

Ten opzichte van de verkiezingen van 2014 blijft CD&V en Open VLD ongeveer status quo. Ze lijden dus niet onder regeringsdeelname. Ook N-VA beperkt het verlies met 4,4 procent. Volgens Open VLD-voorzitster Gwendolyn Rutten bewijst de uitslag dat de politieke strijd in het centrum gestreden wordt.

Aan de kant van de oppositie bevestigt deze peiling de wissel van de wacht. Groen (13,9 procent) vergroot de afstand ten opzichte van SP.A (11 procent). Dat is vooral omdat SP.A verder achteruit. De socialisten verliezen nu al 3 procent sinds de verkiezingen van 2014. Groen staat op plus 5,3 procent. Volgens voorzitster Almaci een gevolg van hun ‘verbindend’ verhaal. ‘Wij kiezen voor hoop en verbinding en niet voor de electorale doping van angst en polarisatie.’

WALLONIË: GROTE VERSCHUIVINGEN

Door de graaischandalen en de coup van CDH dat de PS uit de Waalse regering knikkerde, staat het politieke landschap in Wallonië op losse schroeven. Was de PS traditioneel met voorsprong de grootste partij, nu zijn MR en de socialisten zo goed als even groot met 21,5 procent. Dat betekent een verlies voor de PS met maar liefst 10,5 procent ten opzichte van 2014. MR beperkt het verlies tot 4,4 procent.

Grote verrassing is de komst van Ecolo op plaats 3 met 18,5 procent. Dat is maar liefst 10,3 procent meer dan in 2014. Ook PTB wint fors, namelijk 9,3 procent. De winst voor die beide partijen maakt het verlies van PS ruimschoots groot. Conclusie: links in Wallonië hergroepeert én wordt groter. CDH-voorzitter Benoît Lutgen slaat geen munt uit zijn breuk met de PS. Zijn partij verliest 5,3 procent en strandt zo op 8,7 procent

BRUSSEL: LIBERALEN ONTTRONEN SOCIALISTEN

In Brussel is het verlies voor de PS ten opzichte van 2014 (-9,8 procent) iets kleiner dan in Wallonië. Maar eigenlijk is het pijnlijker, want het betekent dat de socialisten met 15,1 procent van de eerste naar de derde plaats tuimelen. Volgens de barometer is MR met voorsprong de grootste met 20,7 procent. De partij beperkt namelijk het verlies met 2,4 procent. Tussen MR en PS duikt Ecolo op met 16,7 procent. De partij is grootste groeier (+6,2 procent), samen met de PTB dat met een groei van 5,9 procent doorgroeit naar 9,7 procent.

Aan de Vlaamse kant van Brussel zijn de percentages natuurlijk veel kleiner. De verschuivingen zijn navenant. Maar de groei van N-VA tot 3,9 procent kan wel grote gevolgen hebben voor de coalitiegesprekken in 2019. Een meerderheid vormen aan Vlaamse kant kan lastig worden mocht N-VA ervoor kiezen niet mee te besturen.

EN DE POPULAIRSTE POLITICI ZIJN ALLEMAAL FRANSTALIG

In Vlaanderen blijft premier Charles Michel de populairste politicus, wat een pak beter is dan in Wallonië, waar hij pas op plaats zes staat. Wat in Vlaanderen vooral opvalt is hoe Vlaamse minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) plots de tweede plaats bezet. Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA) vervolledigt de top drie, al moet hij die delen met Kris Peeters (CD&V) en Bart De Wever (N-VA).

Sowieso ligt alles dicht bij elkaar aan Vlaamse kant. Dat is anders in Wallonië, waar Paul Magnette (PS) op eenzame hoogte peilt. Hij laat PS-voorzitter Elio Di Rupo achter zich. Toch hoeft Di Rupo niet te vrezen. Binnen de eigen partij is de populariteit van Di Rupo onbetwist. In Brussel is Olivier Maingain de populairste. Hij houdt het liberale duo Charles Michel en Didier Reynders op afstand.

Methodologie