Haatmisdrijven in Verenigde Staten vorig jaar met 17 procent gestegen

Het aantal haatmisdrijven in de Verenigde Staten is vorig jaar met 17 procent gestegen. Dat meldt de FBI dinsdag in een jaarraport. In absoute cijfers gaat het om 7.175 misdrijven. De meeste van die haatmisdrijven worden beschreven als misdaden tegen personen, zoals intimidatie of geweld.

Net geen 60 procent was gebaseerd op huidskleur, 20 procent had te maken met de religie van het slachtoffer en 15 procent met de seksuele geaardheid. De FBI geeft nog mee dat de cijfers vorig jaar stegen, maar dat ook het aantal overheidsdiensten dat melding maakte van deze misdrijven gestegen is.

Het zichtbaarste haatmisdrijf van 2017 was de dood van een linkse tegenbetoger tijdens een optocht van extreemrechtse groeperingen in Charlottesville, in de zomer van 2017. De voornaamste verdachte, een blanke racist, staat terecht voor moord en haatmisdrijven. De reactie van president Donald Trump op de optocht in Charlottesville, en het dodelijk slachtoffer, kwam hem op zware kritiek te staan. Trump zei toen onder meer dat aan beide kanten “goede mensen” zijn.

De president ligt nog altijd regelmatig onder vuur voor uitspraken die het discours van “alt right” kopiëren. Tijdens de campagne voor de midterms, eerder dit jaar, noemde hij zichzelf nog een “nationalist”.

Er wordt niet verwacht dat het aantal haatmisdrijven in 2018 lager zal liggen: in oktober, bijvoorbeeld, werden 11 mensen omgebracht tijdens een dienst in een synagoge in Pittsburg.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen