Woordvoerder Eefje van den Akker van het Nationaal Comité 4 en 5 mei snapt dat sommigen ook aandacht aan Gaza willen besteden, maar dat is niet de bedoeling, vertelt ze aan NU.nl. "Wat we herdenken op 4 mei is officieel vastgelegd in een zogenoemd memorandum. Dat is een officiële tekst waarvan de basis in 1946 is opgesteld en waarin is omschreven waar de Nationale Dodenherdenking voor staat."
De tekst van het memorandum is in de afgelopen decennia wel een aantal keer aangepast. In 1961 werd op initiatief van veteranen en in overleg met het ministerie van Defensie toegevoegd dat óók oorlogsslachtoffers die zijn omgekomen in oorlogssituaties en vredesmissies ná de Tweede Wereldoorlog worden herdacht.
"Die definitie geeft ons een helder kader", zegt Van den Akker. "We richten ons op de situaties waarbij Nederland betrokken is geweest. De oorlog in Gaza valt daar niet onder." Dat zou alleen kunnen veranderen als, puur hypothetisch, Nederland zou bijdragen aan een vredesmissie in het gebied.
'4 mei is niet de plek en de plaats'
Ook Dolf Jansen ziet geen ruimte voor aandacht voor Gaza tijdens Dodenherdenking. De cabaretier verleende meerdere malen zijn medewerking aan het programma van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Hij speelde op Bevrijdingsfestivals en gaf in 2017 een Vrijheidscollege. Hij sluit zich aan bij het pleidooi van burgemeester Femke Halsema van Amsterdam om de Nationale Dodenherdenking niet te gebruiken om te demonstreren over Gaza. "Ik vind heel veel van die oorlog, en ik ben blij dat we dat in Nederland ook mogen zeggen", zegt hij. "Maar 4 mei om 20.00 uur moet los blijven staan van andere grote thema's en gebeurtenissen in de wereld."
De kracht van dat moment schuilt voor Jansen ook in het feit dat het hele land collectief de Nederlandse gevallenen in oorlogssituaties en vredesmissies herdenkt. "Als je dat verandert, dan beland je ook in een discussie welke oorlog dan wel of niet", vreest hij. "Dat specifieke moment is ook niet de plek om te gaan opsommen wat er verder allemaal mis is in de wereld. Of wat de mensheid elkaar nog meer heeft aangedaan."
De cabaretier bepleitte vrijdag in het NPO-programma Spraakmakers dat ieder mens natuurlijk wel op 4 mei in zijn of haar eigen hoofd twee minuten de ruimte heeft om zelf invulling te geven aan het herdenken. "Het is een groot goed dat je zelf mag denken aan overledenen die voor jou belangrijk zijn", zegt Jansen. "Dat kan een naaste zijn. Maar dat kunnen ook de tienduizenden slachtoffers in Gaza zijn. Het aantal Nederlanders dat concreet aan de Tweede Wereldoorlog denkt, wordt natuurlijk elk jaar kleiner."
Bevrijdingsdag gaat over méér dan alleen Nederland
Jansen denkt dat er op 5 mei, Bevrijdingsdag, meer ruimte moet zijn om een eigen invulling te geven aan het thema bevrijding. "Die dag gaat over het vieren van vrijheid", legt hij uit. "Voor mij gaat dat ook heel erg over mensen die die vrijheid níet hebben, om allerlei redenen. Vanwege hun huidskleur, hun seksuele geaardheid, hun religie. Of omdat zij op een plek wonen waar zij worden onderdrukt en opgejaagd. Gazanen leven al tientallen jaren in onvrijheid en worden volgens mij onrechtvaardig behandeld." De cabaretier geeft op 5 mei met antropologe Jitske Kramer een theatercollege in Haarlem, waar het onderwerp zeker de revue zal passeren.
Schrijfster Dido Michielsen verzorgt dit jaar de 4 mei-voordracht, voorafgaand aan de Dodenherdenking. Zij zal in haar lezing niet concreet refereren aan Gaza. "Mijn vader zat tijdens de Tweede Wereldoorlog in een kamp bij Tokio en vocht daarna na als KNIL-militair in Indonesië", vertelt ze. "In mijn voordracht pleit ik ervoor dat we het vijandbeeld dat dit soort oude conflicten nog steeds kan oproepen eens laten rusten en álle slachtoffers moeten herdenken. Er zijn al zoveel nieuwe haatgevoelens waar we als samenleving mee moeten omgaan."
Al noemt Michielsen Gaza niet direct in haar lezing, het was wel één van de situaties waar zij tijdens het schrijven aan moest denken. "Ik heb zelf gemerkt dat mensen die getraumatiseerd waren door de situatie in Indonesië hun haat en woede hebben overgedragen aan hun kinderen", legt ze uit. "Dat werkt generaties lang door. En ik vind het een heel droevige gedachte dat dit ook zal gelden voor de oorlogen die nu in de wereld woeden."
Overigens was haar lezing al in januari af. Michielsen gaat haar tekst niet meer aanpassen. "Ik had wel de oorlogen in Gaza en Oekraïne in mijn hoofd toen ik de tekst schreef. Het zag er helaas niet naar uit dat die binnen afzienbare termijn afgelopen zouden zijn", legt ze uit. "Ik heb ook niet de illusie dat ik iets aan de meningen over die oorlogen kan veranderen. Maar ik hoop dat ik met mijn verhaal wel mensen in het hart kan raken. En ze hopelijk kan helpen met iets meer erbarmen te kijken naar het verleden, en naar de huidige conflicten en de mensen die nu in deze situatie zitten."
NUjij: Uitgelichte reacties