reportage stadsdichters

Antwerpse stadsdichters houden benefietveiling: “Goed begin, maar niet genoeg voor nog twee jaar stadsdichterschap”

De benefietveiling had plaats in veilinghuis Bernaerts.© Sebastian Steveniers

Een benefiet­veiling met bijzondere objecten uit twintig jaar Antwerps stadsdichterschap bracht 6.860 euro op. “Voor een volwaardig stadsdichterschap zijn middelen van een andere grootteorde nodig.”

Sam De Wilde

Om het stadsdichterschap financieel te steunen, hielden de Antwerpse stadsdichters, die eind 2022 collectief ontslag namen en sindsdien onafhankelijk opereren, een benefietveiling in veilinghuis Bernaerts. Een grote hoofdletter ‘D’ uit het gigantische spandoek dat de allereerste stadsdichter Tom Lanoye in 2004 aan de gevel van de Boerentoren hing, was het topstuk onder de zeventien geveilde loten. Maar het was een losgeldkoffertje van Ruth Lasters dat uiteindelijk het meeste geld opbracht. Het attachékoffertje gevuld met prints van het gedicht ‘Losgeld’ werd vooraf op 150 euro geschat, maar het ging voor 1.600 euro onder de hamer.

© Sebastian Steveniers

Noem het gerust een vorm van poëtische gerechtigheid dat het in 2022 door de Antwerpse schepen van Cultuur Nabilla Ait Daoud (N-VA) geweigerde stadsgedicht – dat aan de basis van de breuk met het stadsbestuur lag – nu het meeste geld oplevert om de huidige werking van de stadsdichters te kunnen voortzetten. Al wordt dat laatste hoe dan ook een moeilijke klus.

Samen met een stuk kaaimuur van Peter Holvoet-Hanssen, dat in januari tijdens de viering van twintig jaar stadsdichterschap voor 1.000 euro werd verkocht, leverden de zeventien verkochte loten met posters, gedichten en bijzondere uitgaven van verscheidene stadsdichters 7.860 euro op. “Een mooi bedrag”, zegt stadsdichter Lotte Dodion, die zichzelf verkocht in de vorm van een waardebon voor 8 uur stadsdichterlijke gemeenschapsdienst en zo 500 euro in het laatje bracht. “Het is een goed begin, maar niet genoeg om nog eens twee jaar stadsdichterschap te garanderen.”

Minimumwerking

Toch blikken Dodion en veilingmeester Peter Bernaerts terug op een geslaagde veiling. Alle werken werden verkocht, er waren online en live samen een vijftigtal bieders en de meeste loten gingen weg voor grotere bedragen dan vooraf verwacht werd. Dodion spreekt van “een substantieel hart onder de riem en een fijne eerste stap voor de toekomstwerking, maar voor een volwaardig stadsdichterschap zijn middelen van een andere grootteorde nodig”.

Bij een veilinghuis doet men natuurlijk niets anders, maar het is moeilijk om de waarde van kunst in geldbedragen te vatten. Wat stadsdichters voor een stad betekenen, laat zich moeilijk in euro’s uitdrukken, maar die euro’s zijn wel nodig om het werk mogelijk te maken. Daarbij lijkt structurele steun van de stad nog steeds onontbeerlijk. De veiling mag dan een succes geweest zijn, inmiddels zijn de letters van Lanoye’s Boerentorengedicht allemaal verkocht en ook met de crowdfunding op hun website stadsdichters.be is niet plots alles mogelijk. “We zetten momenteel een minimumwerking op, en we proberen het stadsdichterschap, door creatief te zijn, niet alleen te laten afhangen van de beschikbare middelen”, aldus Dodion.

Het gaat ook om meer dan de centen alleen. “Ik ken de precieze bedragen niet, maar stadssteun vertaalt zich niet alleen in een eerlijke gage voor de dichters. Het gaat ook om dingen als coördinatie, drukkosten, samenwerkingen met andere stadsdiensten en een breed verspreide communicatie. Structurele steun betekent ook een politieke validering van het artistieke werk dat we leveren.”

© Sebastian Steveniers