Service

Dit verandert op 1 mei: leefloners moeten zich inschrijven bij VDAB, geen wachttijd meer bij ademtest alcoholcontrole

© mhb

Vanaf 1 mei moeten leefloners zich verplicht inschrijven bij de VDAB. Ook kunnen bestuurders voortaan geen 15 minuten wachttijd meer vragen voor een ademtest bij een alcoholcontrole. Een overzicht van wat er vanaf morgen verandert.

lto

Mensen met een leefloon moeten zich vanaf woensdag inschrijven bij de arbeidsbemiddelingsdienst VDAB. De bedoeling is hen sneller aan een baan te helpen. Van alle mensen met een leefloon is na een jaar amper een vijfde aan het werk, maar als ze zijn inschreven bij de VDAB, stijgt dat naar 40 procent.

De bedoeling is om nauw samen te werken met de OCMW’s. Volgens minister van Werk Jo Brouns (CD&V) blijven die “aan het stuur van het dossier van de leefloongerechtigde”. Zodra de betrokkene is ingeschreven bij de VDAB, zal het OCMW kunnen bepalen of het de begeleiding naar werk zelf opneemt of dat het daarvoor een beroep doet op de arbeidsbemiddelingsdienst.

Iedereen in beroepsactieve leeftijd die al een leefloon ontvangt, krijgt drie maanden de tijd om zich in te schrijven. Wie een leefloon heeft aangevraagd, krijgt na de beslissing van het OCMW over de toekenning vier maanden de tijd om zich in te schrijven. Een leefloner die in aanmerking komt voor een baan en bewust niet meewerkt, riskeert een sanctie.

“Wachttijd overbodig”

Ook de regels bij een alcoholcontrole wijzigen vanaf morgen. Bestuurders kunnen geen 15 minuten wachttijd meer vragen voor een ademtest. Die was ingevoerd om het effect van ‘mondalcolhol’ te neutraliseren – alcohol die zich nog in de mond bevindt kort na het drinken en die het resultaat van de blaastest kan beïnvloeden. “Maar de nieuwste toestellen detecteren en neutraliseren mondalcohol automatisch en dat 100 procent betrouwbaar”, zegt de federale overheidsdienst Mobiliteit. “Een wachttijd is dus overbodig geworden.”

Ten slotte komen vanaf 1 mei ook meer mensen in aanmerking voor een tegemoetkoming van de ziekteverzekering bij de aankoop van contactlenzen of brilglazen. Tot nu toe is een terugbetaling van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (Riziv) alleen mogelijk voor een sterkte vanaf -7 of vanaf +7 bij brilglazen en -7,75 of +7,75 bij contactlenzen. Die drempels worden verlaagd: lenzen en brilglazen vanaf -6 en +6 geven voortaan recht op een terugbetaling.

Daardoor komen volgens het Riziv ongeveer 105.000 mensen meer, die sterk bijziend of verziend zijn, in aanmerking voor een tegemoetkoming bij brilglazen. Voor contactlenzen gaat het om ongeveer 154.000 mensen extra.