© Karel Hemerijckx

De bloederige geschiedenis van het Albertkanaal: 1.325 doden in amper 2 dagen

10 mei 1940, rond 4.20 uur ’s ochtends. Een veertigtal Duitse zweefvliegtuigen glijden geruisloos door de nacht en landen bovenop het fort van Eben-Emael en aan de bruggen van Vroenhoven, Veldwezelt en Kanne. Hun doel: de bruggen over het Albertkanaal ongeschonden in handen krijgen en zo de weg vrijmaken voor de Duitse tanks. De uren die volgen, vormen het bijzonder bloederige begin van de Tweede Wereldoorlog in de Lage Landen.

Door Joos Meesters

Als je langs het jaagpad van Kanne naar het zuiden fietst, zou je er achteloos voorbijrijden. Verscholen in de heuvel aan de andere kant van het Albertkanaal ligt het fort van Eben-Emael, 125 voetbalvelden groot en ooit beschouwd als een van de sterkste forten van Europa.

Tongenaar Joost Vaesen (38), historicus aan de VUB, was op zijn twaalfde al gefascineerd door de geschiedenis van de plek. “In 1927 is beslist om hier een nieuw fort te bouwen”, zegt hij. “Van hieruit kunnen de cruciale invalswegen naar het Belgische binnenland onder schot gehouden worden. Zo moet het fort het zwakke punt uit de verdedigingslinie van de Eerste Wereldoorlog wegwerken.” In de jaren dertig, als de dreiging van Hitler toeneemt, wordt het nieuwe Albertkanaal vlak langs het fort doorgetrokken. “Dat kanaal is in de eerste plaats een economische verbinding tussen het industriebekken van Luik en de Antwerpse haven, maar krijgt ook een militaire functie. Aan de westkant worden de taluds op meerdere plaatsen opgehoogd, er worden loopgraven aangelegd en meer dan tweehonderd bunkers gebouwd langs het kanaal. In het geval van een aanval is het vooral de bedoeling om de Duitse troepen te vertragen in hun opmars. De hoofdweerstandslijn loopt ten oosten van Brussel, van Koningshooikt naar Waver.”

© Patrick Leenders

Alarm

Nog geen jaar nadat het door koning Leopold III officieel is geopend, belandt het Albertkanaal meteen al in de woeligste periode van zijn geschiedenis. Een complete verrassing is het niet. “Het Belgische leger is al gemobiliseerd sinds augustus 1939”, zegt Vaesen. “Op basis van informatie uit Berlijn wordt er verschillende keren alarm geslagen, maar even vaak wordt een inval op het laatste moment uitgesteld. Wanneer er op 10 mei iets na middernacht opnieuw een alarm binnenloopt, zijn er veel soldaten die denken dat het een oefening is om hen scherp te houden. Bovendien hebben de Duitsers de kentekens van hun zweefvliegtuigjes overschilderd. De Belgische soldaten hebben niet meteen door dat ze worden aangevallen. Ze denken in eerste instantie aan vliegtuigen met motorproblemen.”

Maar al snel blijkt het bittere ernst. Martin Dreessen behoort tot het Bataljon Grenswielrijders Limburg dat de brug van Vroenhoven verdedigt. “Enkelen hadden de kans gezien nog buiten te geraken met hun wapen; zij vonden er ook de dood”, vertelt hij na de oorlog. “De negen anderen zaten nog steeds in de bunker, omringd door vuur. We zaten opgesloten in een hel van vuur, ontploffingen van onze eigen munitie, bommen die werden geworpen door Stuka’s (duikbommenwerpers, nvdr.), handgranaten die naar binnen werden geworpen en dit alles met het inzicht ons allen te doden. Er werd later geweend, gebeden, geroepen om Gods hulp.” Dat hij het kan navertellen, noemt hij een “mirakel”.

© HBVL

Blikseminslag

De Belgische genietroepen hebben de bruggen ondermijnd zodat die kunnen worden opgeblazen om de oprukkende Duitsers af te stoppen. “Oorspronkelijk waren er twee soorten ontstekingsmechanismen voorzien”, zegt Vaesen. “Het ene elektrisch, het andere gewoon met lont. Maar nadat bij een blikseminslag in de buurt van Luik een brug ontploft was, is dat elektrische mechanisme overal losgekoppeld.” Een detail met mogelijk verregaande gevolgen. “De lont van de brug in Vroenhoven was al aangestoken, maar kon nog gedoofd worden door een Duitser. Met een elektrische ontsteking was dat niet meer gelukt.”

In Kanne hebben de Duitse vliegtuigjes moeite om te landen, waardoor fortcommandant Jean Jottrand nog het bevel kan geven om de brug op te blazen. De bruggen van Veldwezelt en Vroenhoven vallen - na een korte maar hevige strijd - ongeschonden in Duitse handen. Op het fort kan de artillerie snel uitgeschakeld worden door middel van een nieuw soort explosieven, holle lading genoemd. Na 31 uur strijd geeft het garnizoen in het fort van Eben-Emael zich over. Vermomd als Nederlandse rijkswachters en burgers proberen Duitse commandotroepen ook drie bruggen in Maastricht in te nemen, maar dat mislukt.

© Patrick Leenders

1.325 doden

Ondanks tegenaanvallen met infanterie, artillerie en luchtmacht, rollen zeshonderd Duitse tanks op 11 mei België binnen. “De verliezen zijn groot”, zegt Vaesen. “Bij de tegenaanval vanuit de lucht gaan 64 Franse en Britse toestellen verloren. Meer dan 740 Belgische en 270 Duitse militairen sneuvelen, net als 250 burgerslachtoffers.” De bloederige eindbalans: 1.325 doden in amper twee dagen. “Vaak wordt er gefocust op de problemen aan Belgische zijde, maar bij de Duitsers liep ook niet alles gesmeerd, wat de sterftecijfers bewijzen. Zoals er verhalen bestaan over Belgische soldaten die zich onder het bed verstopten, zo is er ook de getuigenis over een Duitse onderofficier die zo beneveld was door een mix van pepmiddelen en schnaps dat zijn collega’s hem van een draaiende artilleriekoepel hebben moeten sleuren.”

© Patrick LEENDER

Wereldrecordhouders

Er bestaan wel meer misverstanden over het begin van WOII in ons land, zegt Vaesen. Ook het idee dat het verouderde Belgische leger voor schut gezet werd door de Duitsers met hun zweefvliegtuigen moet genuanceerd worden. “Die technologische vernieuwingen werden wel degelijk gevolgd door de Belgische legerleiding. Ze hield rekening met een luchtaanval, maar dacht eerder aan parachutisten. Zweefvliegtuigen waren wel al bekend, maar Duitse ingenieurs waren erin geslaagd om een militaire transportversie te ontwikkelen die tot tien personen tegelijk kon vervoeren.” Ze werden bestuurd door toppers in hun vak. “Onder meer wereldrecordhouders zweefvliegen bestuurden die vliegtuigjes. Ze konden heel nauwkeurig landen, waarna de soldaten aan boord meteen de aanval konden inzetten.”

Zo is er ook de hardnekkige mythe dat Duitse firma’s het fort van Eben-Emael gebouwd hebben en dat de Duitsers daardoor de plannen hadden. “Dat klopt niet. Ze baseerden zich op luchtfoto’s voor hun aanval. Wat wel klopt, is dat twee Duitse firma’s zijn ingeschakeld om het Albertkanaal door het Plateau van Caestert bij Kanne te graven. Wellicht is die mythe zo ontstaan.”

Op 12 september 1944 trekken de Duitsers zich terug. In januari 1947 titelt Het Belang van Limburg ‘De Limburgse levensader wordt hersteld - Albertkanaal herrijst uit zijn puinen’.

31 mei 1930

Eerste spadesteek door koning Albert I

30 juli 1939

Inwijding Albertkanaal door Leopold III

10 mei 1940

Duitse troepen steken het Albertkanaal over en vallen België binnen

Januari 1947

Bijna acht jaar na datum wordt het Albertkanaal eindelijk in gebruik genomen

1968

Beslissing om het kanaal te verbreden en te moderniseren met duwvaartsluizen

© gva

© gva

© gva

© Zondagsvriend

© Zondagsvriend

© Zondagsvriend

© hbvl

© hbvl

© Patrick Leenders

© Patrick Leenders

© Patrick Leenders

© hbvl

© hbvl

Credit laatste twee foto's: Patrick Leenders

www.debrugvanvroenhoven.be, www.fort-eben-emael.be

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Lees meer