De Vlaamse spijbelambtenaar Sarah (24): “Telkens ik de spijbelcijfers zie, begin ik te wenen achter mijn bureau”

© Lva

Sarah Neyts is pas 24 jaar en al verantwoordelijk voor een van de grootste uitdagingen van ons onderwijs: het grote aantal kinderen dat chronisch spijbelt. Onderwijsminister Hilde Crevits (CD&V) bombardeerde haar een dik jaar geleden tot Vlaamse Spijbelambtenaar en nu heeft ze een boek klaar met hét recept om het tij te doen keren. “Bijna tienduizend jongeren die ­problematisch afwezig zijn: dat raakt mij.”

Jens Vancaeneghem

Sarah Neyts is jong en klein, maar haar idealen zijn groots. Al sinds haar zeventiende heeft ze er haar missie van gemaakt om jongeren te helpen, toen ze mee aan de wieg stond van het pedagogisch beleid van de FOS-scouts. “Nu heb ik een job vanwaaruit ik álle jongeren kan bereiken”, zegt Sarah, bedrijfspsycholoog van opleiding. “Telkens ik de nieuwste spijbelcijfers onder ogen krijg, moet ik wenen achter mijn bureau. Bijna tienduizend jongeren die problematisch afwezig zijn en zo allerlei kansen mislopen, dat raakt mij. Dat moeten we aanpakken door het systeem te veranderen. Jongeren motiveren om naar school te gaan, dát is de essentie.”

© ID/ Lieven Van Assche

Kinderen moeten zich thuis voelen op school

“Spijbelen is een signaal dat er iets meer aan de hand is”, zegt Sarah. “Een puber die met zichzelf in de knoop zit of een kind dat het thuis niet breed heeft. Alles begint daarom met een schoolklimaat waar jongeren zich thuis voelen. Er wordt minder gespijbeld in klassen waar leraren ­investeren in relaties met hun leerlingen. Toon dat je klaar staat voor hen, dat je geïnteresseerd bent. Eens vragen hoe het vandaag met hen gaat, kan al wonderen doen.”

“Kinderen hebben iemand nodig die in hen gelooft. Een mooi onderzoek ter illustratie: een leraar kreeg twee groepen in de klas. Van de ene groep zeiden de onderzoekers dat er veel werk aan was, ook al hadden alle leerlingen hetzelfde IQ en waren ze even gemotiveerd. Op het einde van het jaar bleek die ene groep veel slechtere resultaten te hebben. Alsof de leraar hen al had opgegeven. De eigen vooringenomenheid aan de kant schuiven, is dus essentieel. Iedereen heeft het potentieel om te leren, het is een kwestie van dat naar boven te krijgen.”

Discipline en structuur, maar niet autoritair

“Discipline en structuur zíjn belangrijk. Een school mag perfect verwachten dat kinderen allemaal op een vaste plek in de rij gaan staan om zo samen naar de klas te gaan. Alleen: het is cruciaal dat leraren dat niet eenzijdig opleggen. Dat ze in het begin van het schooljaar alle afspraken goed doorspreken met de leerlingen.”

“Vraag bijvoorbeeld aan je leerlingen wat ze nodig hebben om te leren. Als de klas aangeeft dat ze een rustige omgeving willen, spreek dan samen af dat er niet gebabbeld wordt wanneer ze aan een opdracht werken. Wordt het tijdens het jaar toch rumoerig, verwijs dan naar die afspraken.”

“Dat klinkt misschien onhaalbaar in een bso-klas met 20 nationaliteiten, maar net daar is het essentieel om gemeenschappelijke afspraken te maken. Net omdat je die samen hebt opgesteld, krijg je gezag van de groep. Als je het baf oplegt, dan krijg je weerstand. Zeker bij pubers die op een punt zijn gekomen waarop ze zich tegen alles willen verzetten.”

© ID/ Lieven Van Assche

Beperk zittenblijven

“Eén op de vijf jongeren loopt in zijn schoolcarrière achterstand op. Dat is gewoon te veel. Zittenblijven is vaak een voorbode van spijbelen en schooluitval. In het middelbaar is een vriendin van mij moeten blijven zitten omdat ze enkel voor fysica – geen hoofdvak – was gebuisd. Dat is dramatisch. Sociaal, omdat je weer in een nieuwe groep terechtkomt en je moet ook alle vakken die je wel begreep opnieuw doen. Dat werkt extreem demotiverend.”

“Geef dan toch een zomertaak of een herexamen. Of gebruik flexibele leerwegen. Wanneer een leerling buist voor een vak in het eerste middelbaar, kan je die laten overgaan naar het volgende jaar en bijspijkeren waar nodig.”

Ouders: straal rust uit voor je kind

“We leven in een competitieve samenleving, dat brengt ook voor ouders extra stress met zich mee. Krijg je op je werk veel negatieve prikkels en spanning, dan geef je dat rugzakje met zorgen door aan je kind. Dat kan een trigger zijn om te gaan spijbelen op school.”

“Ontlaad daarom eerst jezelf wanneer je thuiskomt. Denk aan mindfulness of een toertje lopen. Zo vermijd je botsingen thuis omdat je wat prikkelbaarder bent.”

“Het is ook de taak van werkgevers om daar een rol in te spelen, in hun HR-beleid. Ik wil dit graag bespreken met de sociale partners. Werkgevers moeten beseffen dat zij mee moeten investeren in hun mensen om de volgende generatie niet te hypothekeren. Ook zij hebben onrechtstreeks een impact en kunnen dus helpen om spijbelen tegen te gaan.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer