Paasdagen worden zonnig, let goed op tekenbeten waarschuwt Rode Kruis
Den Haag
Jaarlijks lopen 27.000 Nederlanders deze ziekte op. De meesten knappen na een antibioticumkuur op. Naar schatting 1.000 tot 2.500 mensen blijven na de kuur langdurig klachten houden. Teken komen in het hele land voor, in bos, park, hei, duinen of in de tuin. Ze zitten in de buurt van bomen of struiken in hoog gras of tussen dode bladeren.
Wie eenmaal gebeten is, dient de teek zo snel mogelijk weg te halen om de kans op besmetting met Lyme te verkleinen. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) adviseert daarom altijd mensen die ‘in het groen’ zijn geweest direct daarna lichaam en kleding op teken te controleren. ‘Teken kunnen zich overal vastbijten, maar hebben voorkeur voor liezen, knieholtes, oksels, bilspleet, randen van het ondergoed, achter de oren en rond de haargrens in de nek.’ Soms weten mensen niet dat ze gebeten zijn. Een verkleuring van de huid op de plek van de beeet die groter wordt, kan wijzen op een tekenbeet. Het Rode Kruis adviseert om een teek met een puntig pincet recht uit de huid te trekken. Slechts 1 op de 5 mensen zouden zo een teek verwijderen, bleek al uit onderzoek van het Rode Kruis vorig jaar. Het niet tijdig verwijderen van een teek leiden tot spier- en gewrichtspijn, maar ook tot huid-, zenuw- of hartklachten.
‘Het risico op de ziekte van Lyme in Nederland is sterk toegenomen. Dat heeft verschillende oorzaken, maar klimaatverandering zorgt in elk geval ook voor een gunstiger leefklimaat voor teken’, zegt Maarten van Aalst, directeur van het Rode Kruis Klimaatcentrum.
Doordat het nu al warm weer is, gaan mensen vaker naar buiten. Ook dit weekend wordt het mooi weer en zijn veel mensen vrij in verband met Pasen. ‘Kinderen gaan bijvoorbeeld paaseieren zoeken in het gras en de bosjes, waar teken ook leven. Daarom raadt het Rode Kruis iedereen aan die naar buiten is geweest ‘in het groen’ zijn naasten en zichzelf op tekenbeten te controleren.’
De ziekte van Lyme kan tot veel narigheid leiden, bleek eerder al in het Nederlands Dagblad in het persoonlijke verhaal van de familie Visser uit Veenendaal, waar bijna alle gezinsleden kampen met de gevolgen van de ziekte. <