Direct naar artikelinhoud
Interview Frédéric Declercq

Groepsverkrachting door tieners: ‘Minstens één iemand staat dicht bij het slachtoffer. Dat komt harder aan bij de psychische verwerking’

De feiten speelden zich af in het Kabouterbos, een bosje dat uitgeeft op de Scheutistenlaan in Kortrijk.Beeld Hans Verbeke

Kortrijk is opgeschrikt door een groepsverkrachting van een meisje van 14 jaar. Meerdere verdachten zijn opgepakt, de daders zijn tussen 11 en 16 jaar oud. Hoe komen tieners tot zoiets gruwelijks? ‘De individuele verantwoordelijkheid verdwijnt. Dat is een faciliterende factor’, zegt professor forensische psychologie Frédéric Declercq (UGent).

In de paasvakantie werd het slachtoffer naar een afgelegen plek in het bos gelokt door haar vriend, waar ze naar verluidt door meerdere vrienden van hem werd misbruikt. De feiten zouden zich over drie dagen hebben afgespeeld en zijn nu aan het licht gekomen.

Het parket West-Vlaanderen is summier met informatie over de zaak, gezien de inhoud van het dossier en omdat minderjarigen betrokken zijn. Het slachtoffer krijgt psychologische begeleiding. De verdachte jongeren zijn geïdentificeerd en staan onder toezicht van de jeugdrechter. Enkelen van hen zijn opgenomen in een gesloten instelling. Onderzoek moet nu duidelijk maken hoe groot de individuele betrokkenheid van de jongeren is.

Helaas is een groepsverkrachting door tieners niet uitzonderlijk, zegt professor forensische psychologie Frédéric Declercq (UGent). “Er is altijd een onderrapportage van seksuele delicten, of het nu gaat om een groepsverkrachting of om een individueel geval. Het is een bekend gegeven dat slachtoffers zich doorgaans schuldiger voelen dan de daders.”

Daarnaast is er veel schaamte om aangifte te doen. “Wat ook meespeelt, zowel bij vrouwelijke als mannelijke slachtoffers, is stigmatisering. Je bent niet langer wie je altijd was. Als je naar buiten treedt, ben je een verkrachtingsslachtoffer.”

Hoe komen jongeren tot iets gruwelijks als een groepsverkrachting?

“Je hebt een aantal kenmerken van groepsverkrachtingen. Zo speelt mannelijkheid een rol voor jongens: je wilt respect van je vrienden krijgen en je masculiniteit laten zien. Sociale media is daarbij ook een podium, daar heb je een groter bereik en krijg je nog meer respect.

“Daarnaast verdwijnt de individuele verantwoordelijkheid en dat is een faciliterende factor. Een ander kenmerk is dat er altijd één of twee mensen zijn die de leiding nemen, anderen doen half mee en sommigen ondersteunen. Nu horen we dat er een kind van 11 jaar bij betrokken is. Dat is zeer jong, maar het is wel de vraag wat zijn rol was, misschien is hij op sleeptouw genomen. Vaak zijn de jongsten de zwakke figuren, die bijvoorbeeld op de uitkijk gezet worden. Wist hij wel wat er ging gebeuren? Het is nu aan de jeugdrechter om te kijken wie waarvoor verantwoordelijk is.”

Wat gebeurt er met deze minderjarige verdachten?

“Doorgaans worden ze in gesloten instellingen geplaatst om het slachtoffer en de maatschappij en te beschermen, in afwachting van verder onderzoek en om herhaling te voorkomen.”

Hoe groot is die kans op herhaling?

“Dat hangt af van wat er aan de bron ligt. Bij de risicotaxatie kijken we als behandelaar naar welke elementen bij de dader tot de gepleegde feiten hebben geleid. Dat kan een antisociale oriëntering zijn. Zo de ene vatbaarder voor recidive, vergeleken met de andere.

“Bij de meeste minderjarigen zie je dan ook dat crimineel gedrag zoals diefstallen, vandalisme en geweldsdelicten, uitdoven. Minderjarigen zijn impulsiever dan volwassenen en hun geweten is nog niet volledig gevormd.

“Dat gegeven zie je ook terug in de straffen die opgelegd worden door een jeugdrechter: die zijn meer gericht op behandeling dan op repressie en criminalisering. Bij het merendeel van de gevallen is het meer een symptoom van de leeftijd dan een persoonlijkheidskenmerk of iets dat diep ingebed is. Bij een kleine groep jongeren is het een begin van een lang traject.”

Minderjarige daders of niet: de gevolgen voor het slachtoffer zijn er niet minder om. Wat voor impact heeft nu net dat dit misbruik door leeftijdsgenoten is gebeurd?

Wat vaak meespeelt bij verkrachting is de graad van bekendheid. Bij groepsverkrachtingen is er meestal minstens één iemand die dicht bij het slachtoffer staat. In dit geval was onder andere het vriendje van het meisje betrokken. Dat komt harder aan bij de psychische verwerking. Je hebt iemand vertrouwd die jouw vertrouwen beschaamd heeft. Dat geldt ook voor verkrachting door één dader.

“Vaak hoor je dat slachtoffers geen melding maken omdat ze beschaamd zijn dat het om een bekende gaat. De lat om zedenmisdrijven te melden ligt helaas nog altijd hoog. Als iemand je fiets steelt, schaam je je niet om aangifte te doen, ook al ben je vergeten ’m op slot te zetten. En je stapt ook naar de politie als je slachtoffer bent van geweld op straat door een onbekende. Maar bij zedenmisdrijven is er vaak sprake van een affectieve band. Dat maakt het moeilijk.

“Een andere reden is dat slachtoffers de schuld bij zichzelf leggen, ze denken bijvoorbeeld dat ze iets hebben uitgelokt. Als maatschappij en als begeleiders van slachtoffers, ook bij het opnemen van aangiftes, is het daarom essentieel om dat te blijven benoemen: er is één schuldige, en dat is de dader. Ja, het kan zijn dat iemand risicogedrag vertoont, iemand is naïef geweest of heeft gedronken. Maar is er één schuldige, en dat ben jij niet.”