Direct naar artikelinhoud
Opinie

Als vrouw iets zeggen over seks, daar moet je blijkbaar nog altijd mee oppassen

Babette MoonenBeeld rv

Babette Moonen is eindredacteur van het Radio 1-programma Nieuwe Feiten.

“Gij zijt toch die hoer van Radio 1, hè? Ik wacht u op aan de fitness en pak u zo hard in al uw gaten dat ge drie weken niet meer kunt spinnen.” In 12 uur tijd heb ik dik 80 privéberichten van totaal onbekenden in die sfeer gekregen. Ik heb er ook 300 Instagram-volgers en evenveel vriendschapsverzoeken op Facebook bij. Wat ik daarvoor gedaan heb? Iets gezegd over seks. Eind 2018 pas je daar als vrouw nog steeds maar beter mee op, zo blijkt.

Flashback naar twee weken geleden op de redactievergadering van Nieuwe Feiten. We hebben het over wat sporten met je lichaam doet. Er ontvalt mij een bekentenis: na het sporten heb ik zin in seks. Ik vraag me af wat er de logica van is en of er een biologische verklaring voor zou zijn.

Interessant, vinden we allemaal. En we besluiten het verder uit te zoeken. Afgelopen vrijdag was het zover. Mijn collega Jan had de best mogelijke inspanningsfysiologe geregeld, Lieven was in topvorm en ik zou bij wijze van introductie kort mijn eigen ervaring komen vertellen. Open en zonder enige schaamte, zoals ik altijd ben. Het leverde een dikke vijf minuten geestige radio op.

Elke minuut en nieuwe man

Zaterdagmiddag sloeg alles om. Een krant had het stuk overgenomen. Binnen de kortste keren begon mijn smartphone non-stop meldingen uit te braken. De vriendschapsverzoeken, Instagram-volgers en berichtverzoeken op kanalen allerlei volgden elkaar in sneltempo op. Allemaal mannen. Op een piekmoment was er elke minuut een nieuwe man die zich aandiende. Mannen die denken dat wanneer een vrouw aangeeft dat ze op regelmatige basis zin heeft in seks, ze dat eigenlijk bedoelt als een invitatie aan hun adres. Een onbehaaglijk gevoel bekroop me. Bij elke melding kromp ik iets verder in elkaar. Ik werd bang. Bang van de redenering die elk van deze mannen gemaakt heeft: ze heeft er zelf om gevraagd, ze roept mij, ze wil mij. Bang dat er een zot zou kunnen rondlopen die me na het fitnessen écht staat op te wachten met exact dezelfde redenering.

Beste mannen, dat we seksuele wezens zijn, betekent nog niet dat jullie je mogen opdringen

Ik schaamde me. Waarom moest ik met mijn grote mond ook op de nationale radio zeggen dat ik na het sporten zin heb in seks? In mijn omgeving was een veel gehoorde reactie “wat had je nu verwacht?”. Ik kreeg het gevoel dat dit allemaal mijn eigen schuld was, dat ik het over mezelf had uitgeroepen en dat ik maar beter had kunnen zwijgen.

Hoe fout is het dat je als vrouw anno 2018 – bijna 2019 – er nog steeds niet voor uit kan komen dat je een seksueel wezen bent? Dat je je nadien opgejaagd, bedreigd en bang moet voelen? Dat je te horen krijgt dat je zelf gevraagd hebt om alle ranzigheid? Als een man eenzelfde statement had gemaakt, was dit onopgemerkt voorbijgegaan. Terwijl mannen moeten leven met het imago dat ze altijd zin hebben, moeten vrouwen kennelijk vooral niet te duidelijk aangeven dat ze soms – of, wat dondert het, vaak – wél zin hebben. Doe je dat wel, dan moet je het maar voor lief nemen dat mannen schijnen te denken dat je makkelijk bent, iemand die het met iedereen doet, iemand die ze zomaar eventjes totaal ongevraagd kunnen komen opwachten. Het is 2018, bijna 2019. We hebben #MeToo gehad. We doen alsof seks de normaalste zaak van de wereld is. Alsof mannen en vrouwen in deze maatschappij daarin gelijkwaardig zijn. Vandaag heb ik het trieste bewijs gezien dat dat nog lang niet het geval is.

Deel van het probleem

Laat het voor eens en voor altijd duidelijk zijn, beste mannen. Vrouwen hebben ook zin in seks. Wanneer en hoeveel, is voor iedereen anders. Maar dat we seksuele wezens zijn, betekent nog niet dat jullie je mogen opdringen. Niet als we ons sexy kleden, niet als we over seks praten, niet als we aangeven dat sporten maakt dat we zin hebben in seks. Nooit. Niets geeft jullie het recht om te denken dat we ergens om vragen. Wie beweert dat we wel ergens om vragen door ons gedrag, is deel van het probleem. Als we ergens om vragen, maken we dat wel onomwonden duidelijk. En tot die tijd: back off.

Zo. En nu ga ik spinnen. En als ik daarna inspanningsgeil ben, los ik dat zelf wel op.