Bayern toonde veerkracht op bezoek bij Augsburg. De ploeg van trainer Niko Kovac maakte in de eerste helft tot twee keer toe een achterstand ongedaan en trok na rust aan het langste eind.
Al na dertien seconden kwam Bayern met 1-0 achter door een eigen doelpunt van Leon Goretzka en later op een 2-1-achterstand dankzij een treffer van Ji Dong-won maar door twee goals van Kingsley Coman stond het bij rust 2-2.
Bayern was in de tweede helft wel vanaf het begin bij de les en dat resulteerde al snel in de 2-3 van David Alaba. Daar bleef het bij, ondanks een aantal hachelijke momenten voor beide doelen in de slotfase.
Door de zege verkleinde Bayern het gat met koploper Borussia Dortmund tot twee punten, al komt 'BVB' maandag nog in actie bij hekkensluiter 1. FC Nürnberg.
De spelers van Bayern München vieren de overwinning in Augsburg met de meegereisde fans. (Foto: ProShots)
Juventus heeft geen kind aan Frosinone
Juventus had thuis geen kind aan Frosinone. De ploeg van trainer Massimiliano Allegri stond halverwege op een 2-0-voorsprong door doelpunten van Paulo Dybala en Leonardo Bonucci en liep na rust uit naar 3-0 dankzij een treffer van Cristiano Ronaldo.
Het was voor Ronaldo alweer zijn negentiende doelpunt van het seizoen, waarmee hij zijn leidende positie op de topscorersranglijst van de Serie A verstevigde. Sampdoria's Fabio Quagliarella en Atalanta's Duvan Zapata volgen met zestien.
Door de zege vergrootte Juventus de voorsprong op achtervolger Napoli, die zondag nog thuis tegen subtopper Torino speelt, tot liefst veertien punten.
Bayern en Juventus maken volgende week hun opwachting in de achtste finales van de Champions League. De Duitsers spelen tegen Liverpool en de Italianen tegen Atlético Madrid.
Cristiano Ronaldo na zijn doelpunt voor Juventus tegen Frosinone. (Foto: ProShots)