Direct naar artikelinhoud

Spotgoedkope Ronja de roversdochter moet kinderen aan het lezen krijgen

Iedereen die 'Ronja de roversdochter' ooit heeft gelezen, herinnert zich het beeld van het vrijgevochten meisje dat blootsvoets in haar eentje over het mos rentBeeld Uitgeverij Ploegsma

Ronja de roversdochter is minstens zo interessant als Pippi, die andere heldin van schrijfster Astrid Lindgren. Het boek is nu te koop voor slechts twee euro.

In de nacht dat Ronja geboren wordt, woedt er een onweer boven de bergen en vliegen de vogelheksen krijsend door de inktzwarte lucht. Een bliksemschicht splijt de burcht van haar vader, roverhoofdman Mattis, in tweeën. Voortaan gaapt er een diepe kloof die de Hellepoel wordt genoemd. Aan weerszijden van die afgrond speelt zich een van de meest legendarische scènes uit de jeugdliteratuur af.

Aan de ene kant staat Mattis, aan de overkant zijn aartsvijand Borka, die met zijn roversbende zijn intrek heeft genomen in de andere helft van de burcht. Mattis heeft Birk, de zoon van Borka, gevangengenomen; de jongen ligt gekneveld in de kerker. Pas als Borka vertrekt uit de burcht, krijgt hij zijn zoon weer terug, zegt Mattis.

Een zomer lang zwijgen tussen vader en dochter, twee koppige karakters die zielsveel van elkaar houden, maar onvermijdelijk botsen

Tegen de stroom in

Hoe wreed, hoe onrechtvaardig is dat in de ogen van Mattis' eigen dochter Ronja. Zij is in het geheim met Borka bevriend geraakt en beschouwt hem als haar broer. Buiten zichzelf van woede neemt ze een aanloopje, zet ze zich af en suist ze over de Hellepoel - recht in de armen van de vijandelijke rovers. 'Mattis zag haar springen en slaakte een kreet. Een kreet als van een wild dier in doodsangst. Zoiets afgrijselijks hadden zijn rovers nog nooit gehoord.'

Het is een haast onmogelijke opgave voor een kind: om te moeten kiezen tégen je eigen ouder. Maar Ronja doet het. Ze lijkt op haar vader, is even wild en stijfkoppig, maar er is een verschil: Ronja drijft niet mee op de stroom, maar laat zich leiden door haar sterke rechtvaardigheidsgevoel. Daarom piekert ze niet, maar springt ze. In blinde drift levert ze zichzelf uit en redt daarmee de waardigheid van haar vriend. Haar vader breekt. 'Ik heb geen dochter meer', beweert hij. Zo volgt een nieuwe oorlog: een zomer lang zwijgen tussen vader en dochter, twee koppige karakters die zielsveel van elkaar houden, maar onvermijdelijk botsen.

De Zweedse Astrid Lindgren (1907-2002) schreef 'Ronja de roversdochter' in 1981. Ze was 74 jaar, een overtuigd humanist, had een glansrijke carrière achter de rug en klom nog steeds in bomen. Geëngageerd als ze was, zette ze haar naamsbekendheid in voor vluchtelingenkinderen, dierenrechten, vrede en geweldloosheid. Met Pippi Langkous (1945) had ze de weg al lang geleden vrijgemaakt voor onaangepaste, geëmancipeerde meisjes als hoofdpersoon; in 'De gebroeders Leeuwenhart' (1973) had ze haar hoofdpersoon tweemaal laten sterven en daarmee een kinderboekentaboe doorbroken. Haar laatste grote kinderroman wijdde ze aan de magie van het bos, met het oerkind Ronja als drijvende kracht. Een sterk karakter dat dichtbij de natuur staat, maar ook dichtbij zichzelf.

De tekst loopt door onder de illustratie.

De tekeningen van illustrator Ilon Wikland zijn onvergetelijkBeeld Illustratie: Ilon Wikland, uit Ronja de roversdochter, Ploegsma 1982

Vrijgevochten

Iedereen die 'Ronja de roversdochter' ooit heeft gelezen, herinnert zich het beeld van het vrijgevochten meisje dat blootsvoets in haar eentje over het mos rent, in bomen klautert, balanceert over glibberige stenen en zichzelf leert op te passen voor de waterval, juist door langs de gevaarlijkste plekken te lopen. Het bos van Ronja is mystiek, bijna betoverd. Je kunt er wilde paarden temmen, dartele vossenjongen bespieden en er sprookjeswezens tegenkomen zoals aardmannen, trollen en 'moenen', die een onduidelijk taaltje brabbelen. Ronja traint zichzelf eindeloos in dapper en niet bang zijn, want bang zijn - daar heb je niks aan als je in de ongerepte natuur helemaal op jezelf bent aangewezen.

Astrid Lindgren benaderde kinderen als individuen, met recht op respect

'Ronja de roversdochter' is een tijdloos en nog altijd ijzersterk verhaal, waar ongelofelijk veel in zit. Die geweldige scènes met dansende rovers voor het vuur. De idyllische zomer die Ronja met Birk doorbrengt in de Berengrot. Ronja's besef dat relaties zo gemakkelijk stuk gaan, als je niet oppast. Maar ook: die sterke vrijheidsdrang, die levensbepalende vriendschap met Birk, het leven met de seizoenen, de dood van een dierbare, en bovenal dat duivelse dilemma: of je stelling kunt nemen tegen je eigen ouder als die immoreel handelt. Voor kinderen is dat misschien wel de moeilijkst denkbare opgave, om je loyaliteit te laten varen wanneer je innerlijke stem zegt dat het niet deugt.

Om zo veel omvangrijks zo natuurlijk en overtuigend in een kinderboek te verwerken, moet je een getalenteerd schrijver zijn als Astrid Lindgren, met haar humor en zuivere toon. Lindgren benaderde kinderen als individuen, met recht op respect, maar ook haar volwassenen zijn complete, levensechte karakters.

Even onvergetelijk zijn de tekeningen van Ilon Wikland, de van oorsprong Estse illustrator, die met haar pen het zonlicht op het bosmeertje ving en in fijne arceringen de bokkensprongen verbeeldde van de bebaarde rovers, die na een lange, stinkende winter in hun blootje de sneeuw worden ingejaagd. 'Ronja de roversdochter' is een springlevend boek dat nog steeds blauwe plekken en zere knieën bezorgt, want wie wil er na het lezen niet oefenen in dapper zijn? Een verhaal dat klaarstoomt voor grote beslissingen die het leven soms van je vraagt, en daarmee een leeservaring die je elk kind zou gunnen.

Opgroeien tussen boeken

'Geef een boek cadeau' is een maatschappelijk initiatief waarin verschillende (leesbevorderings)organisaties hun krachten bundelen om kinderen te laten opgroeien tussen kinderboeken. Jaarlijks wordt daartoe een klassiek jeugdboek uitgegeven in een speciale editie met een 'weggeefprijs' van twee euro. Dit jaar is dat 'Ronja de roversdochter', met illustraties van Ilon Wikland. Vertaald uit het Zweeds door Rita Törnqvist-Verschuur. Er zijn 200.000 exemplaren gedrukt.