Direct naar artikelinhoud
Strip

De snokavond van het jaar: comedian en tv-schrijver Sander VDV debuteert met strip 'Pissebloem'

De snokavond van het jaar: comedian en tv-schrijver Sander VDV debuteert met strip 'Pissebloem'
Beeld rv

Het hoofdpersonage uit je debuut omschrijven als een ‘waardeloos stuk stront’ en tegelijk beweren dat het semi-autobiografisch is? Sander VDV doet het in Pissebloem. “Ik hoop dat men begrijpt dat ik met mezelf lach.”

1999. Een avondje ten huize Sander VDV, dan nog een puisterige puber. Wanneer zijn ouders op restaurant vertrokken zijn, wrijft hij zich in de handen. Hij schuift gretig de gordijnen dicht, zet een huishoudrol naast zich neer en ritst zijn broek open voor – zijn woorden – "de snokavond van het jaar". Helaas, Murphy’s wet laat zich gelden. Twaalf pagina’s later hijst hij van pure ellende zijn broek op. Zijn broer kwam plots binnenwaaien, zijn ouders keerden op hun passen terug. Masturberen zal voor een andere keer zijn.

Kortom: Sander, het hoofdpersonage uit het debuut van Sander Vanderveeren (32), oftewel Sander VDV, heeft een zwaar leven. Zijn beste vrienden omschrijft hij als creeps, dipshits of serpenten. Zijn seks- en latere liefdesleven lijkt één grote grap, waarbij hij vrouwen onkies behandelt en allerlei strategieën ontwikkelt om zijn “onneukbare zelf niet te laten doorsijpelen”. 

'Het leven is gewoon veel simpeler als je wereld niet groter is dan jezelf en je drie achterlijke maten'
Sander VDV

Semi-autobiografisch

Desondanks kleeft VDV het etiket semi-autobiografisch op Pissebloem. “Goh, ja, Sander is weliswaar een versie van mezelf, maar dan zonder het zelfbewustzijn dat ik in het echte leven heb. Hij is een miserabele vent, blind voor zijn eigen achterlijkheden. Hij heeft werkelijk niets te klagen, maar reageert op de wereld met eigenschappen waarover ik zelf ook beschik: miserie zien in alles en de dramaqueen uithangen."

“Weet je, ik wilde iets herkenbaars maken voor mezelf. Er zit geen bewuste keuze achter om een donkere of negatieve strip te maken. Het enige waaraan Pissebloem moest voldoen, was een strip afleveren die ik zelf grappig moest vinden.”

In de comic gaat zijn papieren antiheld van puber naar jongvolwassene. Maar de sulligheid, zijn onbehagen met vrouwen en zijn seksuele frustraties blijven onveranderd. “Ik was dan ook een extreme laatbloeier. Tot mijn 22ste zat ik meestal met mijn maten op kot, aten we pizza’s, huurden we films en beschimpten we leeftijdsgenoten die van hun studententijd wél de gelukkigste periode van hun leven maakten. Het voelde veilig om vanuit onze cocon de buitenwereld te verwensen. Wij vonden onze positie toen al even grappig als frustrerend. Ergens kijk ik nostalgisch terug op die tijd. Het leven is gewoon veel simpeler als je wereld niet groter is dan jezelf en je drie achterlijke maten.”

Semi-autobiografisch
Beeld rv

Door de mand

VDV was zelf 22 toen hij voor het eerst een meisje veroverde. “Ja, dat is een frustratie. Herkent iedereen niet de frustratie dat je meer veroveringen had kunnen maken dan dat het uiteindelijk geworden zijn? In die zin zijn de toen opgelopen frustraties wel autobiografisch. Daar moet ik niet onnozel over doen. Weet je, ik denk dat iedereen het gevoel wel kent dat als mensen zouden weten wie je echt bent, je een paria zou worden. Niet alleen op romantisch, maar ook professioneel of sociaal vlak. De angst om door de mand te vallen en dan, in een verkrampte poging om beter over te komen, het alleen erger maakt. Dat is Sander. Kijk, ik wil Pissebloem nu niet naar voren schuiven als een openhartige openbaring van mijn diepste zielenroerselen – zeker niet – maar in de strip heb ik wel de vrijheid om dat sociale masker te laten vallen en mezelf te herleiden tot het stuk stront dat diep vanbinnen in ons allemaal zit.”

'In deze strip heb ik de vrijheid om dat sociale masker te laten vallen en mezelf te herleiden tot het stuk stront dat diep vanbinnen in ons allemaal zit'
Sander VDV

Terwijl Vanderveeren voluit gaat in zijn strip en op het podium, houdt hij zich eerder in voor zijn tv-werk. “Wat ik voor mezelf maak op het podium en in de strip is donkerder dan wat ze bij de tv van mij verwachten. Dat heeft minder te maken met wat tegenwoordig nog wel en niet kan, dan met het feit dat mijn persoonlijke smaak niet altijd dezelfde is als die van het brede publiek. Het is wel geruststellend om te weten dat ik het metier voldoende beheers om overdag toegankelijk materiaal te schrijven, maar 's avonds vrij ben om volledig mijn zin te doen. Bij stand-up en de strip ben ik gewoon mijn eigen eindredactie.” 

Over zijn tv-werk, als bijvoorbeeld voor De slimste mens, wil hij verder niets meer kwijt. “Wat ik achter de schermen doe, doe ik achter de schermen. Het is mijn plaats niet om hier een tipje van de sluier te lichten.”

Pissebloem is verschenen bij Borgerhoff & Lamberigts